Boven het Camp-centre, waar we zaterdag geweest zijn, staan de woorden: ‘Dios es Amor’, God is liefde. Liefde stralen de Colombianen die wij ontmoeten ook uit. We ervaren het in hun glimmende ogen, de knuffels en de kussen die we krijgen. Dat komt misschien ook door de cultuur. Ik merk dat de kinderen ons gemakkelijk vertrouwen, zoals dat meisje dat op de terugweg in de bus op met haar hoofd op mijn schoot gaat liggen.
’s Zaterdags worden we ergens midden in Bogotá uit de bus gezet. Er staat een lange rij met mensen. ‘Die gaan vast ook naar de kerk’, grapt iemand. Zelf zijn we daar naar op weg, maar eerst drinken we een bak koffie bij het cafè Juan 15:16. En dan blijkt inderdaad dat al die mensen naar de gemeente gaan die wij willen bezoeken. Het gebouw zit vol met drieduizend mensen. We denken dat dit te vergelijken is met een redelijke gemeente in Nederland. Totdat we horen dat dit een van de drie diensten van zaterdag is en er morgen nog vijf volgen, allemaal bezocht door drieduizend anderen.
Zondagochtend zijn we in een heel andere dienst. Een kleine gemeente die voor het eerst een groep buitenlanders verwelkomt en daardoor bemoedigd wordt. Voorin de kerk staat op de muur: ‘Wie in Mij gelooft, zoals de Schrift zegt, stromen van levend water zullen uit zijn binnenste vloeien’. We gaan nog even langs in de kinderdienst waarbij de kinderen ons een lied voordragen.
Als we terugkomen bij de jongeren van deze gemeente volgt een vraaggesprek. Ons vragen ze hoe wij het geloof uitdragen in een seculiere samenleving. We weten niet goed hoe we daarop moeten antwoorden, juist omdat we hier zien hoe ze vrij mensen uitkomen voor hun geloof. Op een bepaald moment hebben we het over gebroken gezinnen. Is het voor kinderen uit zulke gezinnen moeilijker om de rol van God de Vader te begrijpen? Juist niet, vertellen de jongeren ons, omdat Hij juist dan Diegene is Die het gezin completeert.
Na deze bijeenkomst gaan we mee met de jongeren van de gemeente naar een voetbalveldje midden in de wijk. Vorige week zijn hier twee jongens doodgeschoten. Nu is er een wedstrijd. In de pauze organiseren de jongeren een evangelisatieactiviteit. Wij doen mee en bidden met de mensen en geven de teams en toeschouwers kaartjes met Bijbelteksten mee. Wat ontzettend gaaf is het om met geliefde broeders en zusters bezig te zijn in Gods Koninkrijk, en Zijn liefde te laten zien aan mensen die in een harde buurt wonen.
Ook op de school waar we te gast waren, is de christelijke identiteit duidelijk zichtbaar. Waar je ook maar kijkt op de muren in de gangen en in de klassen, er hangen Bijbelteksten. Bij binnenkomst in een klas gaan kinderen naast hun stoel staan en zeggen een Bijbeltekst voor je op. Dit zijn nog maar een paar elementen die we de afgelopen dagen hebben. Dan vormt zich vanzelf de vraag: is geloof zichtbaar in mijn christelijke gemeenschap?
Studenten van Driestar hogeschool naar Colombia
Studenten van Driestar hogeschool maken een studiereis naar Colombia waar ze kennis maken met het land, de cultuur en het onderwijs. De aanleiding voor deze reis is het International Network for Christian Education (INCE). Dit netwerk is geïnitieerd door Driestar educatief en Woord en Daad en moet wereldwijd werken aan onderwijsverbetering in onder andere Afrika, Azië, en Zuid-Amerika. Vanuit de pabo zijn er hiervoor het afgelopen jaar acties gevoerd door drie ambassadeurs (derdejaars pabostudenten) onder de naam ‘Geef ze een tien!’. Deze drie ambassadeurs zijn met vijf medestudenten en twee begeleiders naar Bogota. Ter plaatse bezoeken ze een christelijke school, doen lesobservaties, geven lessen en gaan in gesprek met docenten. De studiereis is ingebed in het curriculum van de pabo en is nieuw in het aanbod van studiereizen en werkweken buitenland.