De Bijbel krijgt een grote plaats in het korte, maar krachtig geschreven boekje. Vanuit het Oude en Nieuwe Testament reikt de schrijfster handvatten aan om zelfverloochening een plekje te geven in het leven van elke dag. Hierbij laat ze zien dat zelfverloochening al in heel kleine dingen zit.
Mijn ding of het jouwe is lezenswaardig. Vooral omdat je zelf over zelfverloochening gaat nadenken. Ben ik niet teveel ik-gericht? Dit boekje kan je helpen een Bijbelse lijn te vinden om je aan vast te houden.
Zelfontplooiing dien je in te zetten in het kader van Gods Koninkrijk, leerde ik. Gaven en talenten moeten voor de Heere worden besteedt. En in het verlengde daarvan voor de naaste.
Is zelfverloochening alleen iets voor vrouwen die geen carrière kunnen najagen? Hoewel het boekje zegt van niet, doet de schrijfstijl iets anders geloven. De auteur heeft het meerdere keren over „wij vrouwen”. Dat had volgens mij niet gehoeven. Misschien is zelfverloochening voor mannen nog wel een grotere opgave.
Wanneer het over „vrolijk kruisdragen” gaat, spreekt dit stukje me erg aan: „Denkend over zelfverloochening moet ik concluderen: blijmoedig Gods weg gaan, hoe moeilijk, hoe onbekend en hoe onbegrepen ook, dat is de ware zelfverloochening.” Beter kan ik het niet zeggen. En hieruit blijkt ook iets heel belangrijks: ware zelfverloochening is een genadegave.
Mijn ding of het jouwe? Ada Schouten-Verrips; Uitgeverij Om Sions Wil; 62 blz.; 7,95 euro
Deze recensie is geschreven door