Merit van Valen is een tiener van vlees en bloed. De gt-leerlinge van de Marnixlocatie van het Wartburg College in Dordrecht is dan nog wel geen agente van beroep, ervan dromen doet ze wél. Dat liet de Papendrechtse begin dit jaar optekenen in het Algemeen Dagblad, toen ze door een verslaggeefster van straat werd geplukt om over haar toekomst te vertellen. „Ik wil rechercheur worden, en de boeken vanBen de Raaf hebben me daartoe geïnspireerd”, voegde ze eraan toe in die krant.

Gisteravond ontving Merit daarom het nieuwste deel uit de politieserie, die intussen bestaat uit zeventien klinkende titels als ”Moord in Ommoord” en ”Metroramp in Zevenkamp”. De Raaf –met 38 jaar politie-ervaring– drukte een stralende Merit een exemplaar van zijn nieuwste boek in handen tijdens de presentatie op het hoofdbureau van de politie Rotterdam-Rijnmond.

De tiener is een trouwe lezer van boeken van De Raaf. „Ik heb alle delen van de serie in de boekenkast staan, en heb ze allemaal minstens vier keer gelezen. Dan heb je er wat aan, anders kun je ze net zo goed tweedehands verkopen.” Merits beide boekenkasten bevatten „bijna alleen maar politieboeken.” „Van Hans Mijnders, Jennifer Brown en Gerda Ronhaar”, somt ze moeiteloos op.

De Raaf, die zelf ook op het Wartburg heeft gezeten, kwam door het AD-artikel zijn trouwe fan op het spoor. „Die moet in mijn boek voorkomen”, wist hij. En zo gebeurde het. Merit: „De Raaf stuurde mij een mail met vragen over mezelf. Ik moest van alles over mezelf vertellen. Over mijn ouders, dat ik van schaatsen houd, de ziekte van Crohn heb, echt van alles.”

De boeken van De Raaf zijn immers gebaseerd op bestaande personen en waargebeurde verhalen. Inspiratie voor zijn nieuwste boek kreeg hij door een tweetal moorden in het Kralingse Bos in 1993. „Als ik het me goed herinner, heb ik als agent de vrouw van het eerste slachtoffer nog van koffie voorzien toen ze haar man als vermist kwam opgeven.”

Toen er een lichaam in het Rotterdamse natuurgebied werd gevonden, moest De Raaf het daar identificeren. De moord bleef onopgelost. Dat bleek iedere keer wanneer De Raaf bij de rechercheafdeling binnenwipte om te vragen hoe het met het onderzoek stond. Totdat een man vorig jaar een misdrijf pleegde. Hij moest zijn DNA afstaan. „Er was een match met het DNA dat in verband werd gebracht met de moorden van toen. De verdachte bekende en is alsnog voor die moorden veroordeeld”, weet De Raaf. „Het boek is dus lekker actueel.”

Merit bladerde gisteravond vlug door het kersverse boek. „Ik kom voor het eerst aan het bod in hoofdstuk 7”, ziet ze. „Ik ben de assistente van Leonie.” In hoofdstuk 11 komt ze haar naam weer tegen. „Kijk, hier staat dat ik geheimzinnig kijk”, lacht Merit. „Ik vind het zó tof dat ik in een boek voorkom.”

Wat haar rol in het boek precies is, was voor Merit gisteravond zelf ook nog een verrassing. „Maar morgen weet ik het wel. Dan heb ik het boek wel uit”, zegt ze met zo veel overtuiging dat je haar wel móét geloven.