Wat versuft zit hij om 3 uur ’s middags op een bank in zijn hotel in Amsterdam. Hij is die morgen om halfzeven met een flinke jetlag aangekomen op Schiphol en heeft tot nu toe alleen nog maar interviews gegeven.

Sinds hij de kankertest heeft uitgevonden, is zijn leven in een stroomversnelling geraakt. Hij heeft tientallen wetenschapsprijzen gewonnen, de ene nog mooier dan de andere. Gedurende zijn reizen naar allerlei verschillenden landen heeft hij minstens duizend interviews gegeven, waarbij hij telkens opnieuw uitlegde hoe hij met zijn jonge hersens zo’n goede test heeft kunnen ontwikkelen. Hij staat op foto’s met de Clintons, sprak met president Obama en allerlei andere beroemdheden en heeft bovendien een boek geschreven dat in tientallen landen werd uitgebracht.

Wat kan Puntuit deze jongen nog vragen dat al niet honderd keer aan hem gevraagd is? Hij haalt lachend zijn schouders op. In vlot Engels vertelt hij dan maar gewoon voor de tienduizendste keer hoe zijn leven de afgelopen jaren verlopen is.

Proefjes
Jack en zijn oudere broer Luc groeien op in een doorsnee Amerikaans gezin, met een moeder die anesthesist en een vader die bouwkundig ingenieur is. Luc en Jack zijn dol op wetenschappelijke proefjes. Waar andere kinderen boeken lezen of filmpjes kijken, doen zij niets liever dan nieuwe dingen leren: bacteriën kweken, zich in wiskunde verdiepen en oplossingen bedenken voor ingewikkelde wetenschappelijke vraagstukken.


„In onze tuin zit nog steeds een krater van een mislukte proef”


Van hun ouders mogen ze de kelder van het huis gebruiken om te experimenteren met allerlei chemische stoffen. Volgens Jack was dat soms best gevaarlijk. „In onze tuin zit nog steeds een krater van een mislukte proef.”

Toch heeft al dit experimenteren wel degelijk zin. Jack ontdekt dat hij er goed in is en het enorm leuk vindt. Hij gaat naar een school waar wetenschappelijk onderzoek aangemoedigd wordt en wint zijn eerste grote wetenschapsprijs voor jonge studenten met een project over het veiliger maken van stromingen in de buurt van stuwen.

Kanker
Als Jack 14 is, staat zijn leven op zijn kop omdat zijn oom Ted overlijdt aan alvleesklierkanker. Hij wil dan nog maar één ding: een test bedenken die vroegtijdig kanker kan opsporen, zodat behandeling nog mogelijk is voordat het te laat is.

Maandenlang zoekt hij op internet informatie bij elkaar. Hij ontdekt dat hij van alle 8000 eiwitten in ons lichaam een eiwit moest vinden dat aantoont dat iemand alvleesklierkanker heeft. „Dat kan me wel honderd jaar kosten”, bedenkt hij wanhopig. Tegelijkertijd is hij vastberaden vol te houden. „Ik had geen idee of het me zou lukken. Maar één ding was zeker: mijn taak was nu echt begonnen.”

Succes
Het lukt hem. Na maanden en maanden zwoegen. Telkens als zijn onderzoek op een dood spoor lijkt te komen, moet hij vechten tegen de neiging om de handdoek in de ring te gooien. Maar hij zet door. Net zolang tot hij vindt waar hij naar op zoek is: het eiwit dat alvleesklierkanker aantoont.

Maar dan is hij er nog niet. Nu moet hij zijn theorie nog aan praktijkonderzoek onderwerpen. En daarvoor heeft hij een professioneel laboratorium nodig. Hij benadert bijna 200 universiteiten en ziekenhuizen. Van 192 krijgt hij een afwijzing. Soms beleefd, soms ook onbeschoft, zoals: „Voordat u nog meer kostbare tijd verspilt van mijn collega-onderzoekers, zou ik u willen aanraden uzelf beter te verdiepen in uw interessegebied.”

Uiteindelijk is er één universiteit die haar laboratorium ter beschikking wil stellen zodat hij zijn theorie in de praktijk kan testen: het Johns Hopkins in Baltimore. En daar lukt het hem ten slotte ook om te bewijzen dat zijn kankertest werkt. Beter, sneller en goedkoper dan welke bestaande test dan ook.

Inspireren
Op dit moment is zijn test nog in ontwikkeling. Het duurt nog zeker een jaar of vijf voordat die op de markt komt. Maar Jack heeft geduld. Hij wacht het gewoon af.
Dit jaar heeft hij zijn middelbareschoolperiode met succes afgesloten. Na de zomer begint hij met studeren. Hij wil arts worden. Kankerspecialist om precies te zijn. Want zijn missie is: de wereld veranderen door het beoefenen van wetenschap. En anderen te inspireren om dat ook te doen. Want dat is makkelijker dan veel mensen denken, daar is hij van overtuigd. „Het kan al met een paar wetenschappelijke experimenten”, zegt hij.

Zijn sleutel tot succes: „Wees creatief en geloof in je ideeën. Volg je passie, wees toegewijd aan je werk en geeft niet op. Er is nog zo veel winst te behalen op het gebied van medische wetenschap door het gebruik van nieuwe technologie. Er komen nog veel meer doorbraken aan, ook op het gebied van kanker.”

Jack gaat in elk geval zijn dromen waarmaken, dat weet hij zeker. Hij is alweer bezig met twee nieuwe projecten op het gebied van medische wetenschap. Of hij ook nog wel een normale tiener is? Hij lacht. „Nou, ik ben pas gezakt voor mijn rijbewijs, dus hoe normaal wil je het hebben?”


Boekgegevens

”Doorbraak”, Jack Andraka en Matthew Lysiak; uitg. Kluitman, Alkmaar, 2015; ISBN 978 90 206 4931 4; 256 blz.; € 15,99.