Misschien is het je opgevallen. Aan de kant van de weg of via de moderne media wordt er een beroep gedaan op sociale kant van de mens. Ik doel op de kreet ‘Waarom wachten met iets moois zeggen als het ook vandaag kan?!’ Treffend. Zeer treffend. Enerzijds lijkt de reclame een prachtig initiatief. Een roep naar socialere mensheid. Aan de andere kant schrijnend. Is de mens zo ver afgeweken dat hij via deze weg gewezen moet worden op ‘Hoe ga ik met de ander om?’. In de verre oorsprong kon men de naaste liefhebben als zichzelf. Hebben wij soms lange tijd bezuinigd op socialiteit? Legt het feit dat Ton Zuur 2,5 jaar dood op zijn kamer heeft gelegen niet bloot waar we naar toe gaan? Ikke, ikke en de rest.. Juist. En dan is het niet meer verrassend als we weten dat deze reclame gegeven is door een uitvaartcentrum. Zij zien dagelijks wat mensen missen, bij het afstaan van een geliefde. Het is een roep van de doden.
-
Geborgenheid
Soms moet je gewoon eerst iets ervaren, voordat je weet wat het is. Er zijn zaken in het leven die je niet of moeilijk in woorden kunt omschrijven. Vaak zijn dat zaken die uitersten kennen. Of het is er helemaal wel, of het is er helemaal niet. Als het er een beetje is, dan wel en dan niet, dan is het er hoegenaamd niet. Een van die begrippen is geborgenheid. Geborgenheid moet je ervaren om te weten waar je over spreekt. Als je het niet kent, kun je er ook niet iets over vertellen. Als je over geborgenheid spreekt die je zelf niet kent, spreekt je bijna altijd over een geborgenheid die je bij een ander hebt gezien, maar die je zelf mist.
Laat ik concreet worden. Het is vrijdagmiddag en vermoeid van de zware dag op school kom je thuis. Met het binnenstappen, voel je een ontspannen rust opkomen. Op de bank zit een moeder de je hartelijk begroet, die écht blij is dat je weer veilig thuis bent. Een moeder die geen genoegen neemt met ‘het was goed op school’. Ik stop, want woorden schieten te kort. Je voelt het al; geborgenheid.
----
Wat vind jij van deze columns? Stuur je beoordeling in via de reactiemogelijkheid. Geef een cijfer per column of een algeheel cijfer. Wie moeten volgens jou de nieuwe columnisten van Puntuit worden.
-
De jongen die iedereen kent
In je strakke broek een net iets te slap handje schudden op een kennismaking, terwijl je met een hoge stem een compliment geeft over het fleurige jasje van je vrouwelijke studiegenoot en negentig procent van de aanwezigen zal de conclusie trekken dat je homo bent. Wat zeg je? Ben ik te zwart-wit? Ik durf het scherper te stellen.
In gedachten zie ik een meisje even naar de jongen kijken met de gedachte ‘die is lief’. Daarnaast zitten twee jongens die elkaar aankijken met een blik van ‘je weet het wel’. In de koffiepauze zegt de ene jongen iets over de slappe hand en de ander imiteert het hoge stemmetje.
Welk antwoord geef jij op de vraag hoe we om moeten gaan met homofiele jongens? Ze kunnen er niets aan doen toch? Het is een strijd. Ik zou het niet durven omschrijven.
Voel je het? Aan de ene kant medelijden, aan de andere kant schampere woorden. Helaas, is het de realiteit. De een z’n strijd, is de ander z’n vermaak. Nee, uiteraard niet in het bijzijn van de genoemde. Kijk, dat noem ik nu een slappe hand.
En de duivel lacht.