We ontmoeten de drie jongens in de boomgaard die Bram pas heeft gekocht. De hof staat vol met appel- en perenbomen. Achterin is er ruimte voor een kampvuurtje. Aan de slootkant doet Bram een houten luik van een wel open. „Wie wil er wat drinken?” wil hij weten. Onder het luik liggen flessen bier en cola in koud water. Achter in de boomgaard staat ook nog een houten schuurtje. Daar zitten de jongens als het weer buiten minder goed is. Vanavond wordt het gebouwtje gebruikt om frikandellen te bakken én op te eten.
Terwijl Marco en Johan het vuur aanmaken –met behulp van wat benzine lukt dat wel– vertelt Bram over zijn ervaringen met bidden en Bijbellezen. „Bidden vind ik makkelijker dan Bijbellezen”, zegt hij. „Bidden kun je ook doen als het licht uit is. Waar ik voor bid? Van alles, net wat je aan je hoofd hebt. Als het uit is met je vriendin, bid je daarvoor. Of als iemand is overleden die je kent, ben je in je gebed meer met de dood bezig.”
Bijbellezen doet hij alleen ’s ochtends. „Dan ligt de Bijbel vaak open op de ontbijttafel. ’s Avonds voel ik mij er te moe voor. Een Bijbelverhaal dat mij aanspreekt? Het verhaal over David en Goliath. Ik heb het liefst een beetje actie. Dat leeuwen worden doodgeslagen en zulke grappen, dat vind ik geweldig.”
Waar denkt Bram aan bij de woorden ”luisterend leven”? „Het zal wel met geloof te maken hebben. Naar God luisteren, horen wat Hij zegt en proberen daarnaar te leven. God zie ik als heel groot en ver. Ik vind het knap hoe Hij alles gemaakt heeft. Maar vaak denk je daar niet over na. Soms ben ik jaloers op mensen die echt met God leven. Maar later ben ik weer bezig met mijn werk en denk ik: Zo is het ook best. Het geloof moet je toch overkomen. Ja, je moet ook zelf zoeken, maar daar heb ik soort geen zin in, als ik dat mag zeggen.”
Nieuw hartje
Marco bidt vaak ’s avonds, behalve als hij te moe is. „Ik bid of God mij wil bewaren, voor andere mensen en om een nieuw hartje. Ook lees ik dan een stukje uit de Bijbel en een dagboekje. Ik vind het fijn dat zo’n dagboekje ook gaat over dingen uit het normale leven. Het mooist in de Bijbel vind ik het begin, dat God alles heeft gemaakt. Hoe dat allemaal geschied is in een paar dagen tijd, dat zouden wij nooit kunnen. In het Nieuwe Testament vind ik vooral de zendingsreizen mooi. Dat ze dat durfden!
God zie ik terug in de natuur. Als in het voorjaar alles weer gaat bloeien en de vogeltjes jonkies krijgen. Ja, dat God er is, is voor mij duidelijk. Anders zouden we niet kunnen leven, eten en drinken. Dat we nog normaal met elkaar om kunnen gaan, meestal, daaraan merk je ook dat God er is. En als de Heere Jezus terugkomt? Dat vind ik lastig. Je weet niet wat er precies gebeurt. Ik vind het eng om daaraan te denken.”
Al die regels
Johan vertelt dat hij bidden gemakkelijker vindt dat Bijbellezen. „Dan lig je rustig in bed en heb je verder niets nodig. Ik bid dan voor school, werk, m’n vriendin, vrienden. Bijbellezen doe ik alleen aan tafel met m’n ouders. In mijn eentje doe ik dat nooit. Het verhaal van Jona vind ik indrukwekkend. Het is onnatuurlijk, iets wat eigenlijk niet kan, dat vind ik wel bizar.
God zie ik als Iemand Die echt bestaat. Maar echt leven volgens de Bijbel, daar heb ik op dit moment geen zin in. Al die regels die dat met zich meebrengt. De Bijbel wil het vaak anders dan jij het zelf wil.
Als ik wist dat Jezus morgen terugkwam, dan zou ik Hem wel gaan zoeken. Nu zit die druk niet achter m’n leven, dus ik zie het nut er niet van in om God nu te zoeken. Veel jongeren die ik ken uit de kerk en m’n vriendengroep denken net zo. Ze geloven het wel. Hoe de kerk ons kan helpen? Misschien door te laten zien hoe je met God leeft. Het voorbeeld van mijn ouders triggert mij wel. Bij hen voel ik dat ze met God leven, dat het echt is.”
Nieuwe serie: Luisterend leven
In de nieuwe serie ”Luisterend leven” laat het LCJ jongeren aan het woord over bidden en Bijbellezen, en de (weerbarstige) praktijk daarvan in het leven van alledag.