Voor veel studenten is bovenstaand scenario herkenbaar, voor Gert en Marije minder. Beiden gaan trouw naar hun lessen. Gert: „Gelukkig beginnen mijn colleges altijd laat.†Marije: „Maar als je geen college hebt, is het wel verleidelijk om lang uit te slapen.â€
Vijfdejaarsstudente psychologie Marije weet waar ze over praat: ze woont al evenzoveel jaren op kamers in Leiden. Structuur aanleren noemt de kamer-bewoonster belangrijk voor een student die uit huis is. „Je moet zelf voor een motief zorgen om op tijd uit bed te komen. Ook moet je dingen zoals schoonmaken plannen, anders komt het er niet van.â€

Gert, derdejaars rechten en filosofie in Rotterdam, vindt het vooral een uitdaging voor zichzelf te zorgen. „Ik houd van de vrijheid en de zelfstandigheid die ik nu heb. Vanuit een burgerlijk gezinnetje ben je ineens aan jezelf overgeleverd. Soms stort ik me enthousiast op het koken, tot ik het zat ben. Dan eet ik weer een tijdje pizza, tot ik dat ook zat ben en weer ga koken.â€

Dat de ene kamerbewoner de andere niet is, bewijzen Gert en Marije. Zo is Gert pas na een jaar op kamers gaan wonen, terwijl Marije al meteen uit huis ging, omdat haar familie in Zeeland woont. Gert: „Ik was eigenlijk helemaal niet van plan op kamers te gaan, want mijn ouders wonen dicht bij Rotterdam. Maar omdat ik op de studentenvereniging CSFR zit en ik daardoor vaak ’s avonds laat nog terug naar huis moest reizen, leek het me leuker om in Rotterdam woonruimte te zoeken.â€

Er zijn meer verschillen: Marije woont met drie huisgenoten in een studentenhuis, Gert zit alleen in een appartement. Marijes kamer bevindt zich net buiten Leiden, die van Gert midden in Rotterdam. Marije kan haar kamer huren tot ze haar studie af heeft, Gert woont antikraak en kan er in principe elk moment uitgezet worden.

Beide studenten hebben weinig moeite hoeven doen voor het vinden van een kamer. Marije kreeg haar eerste kamer via een oude kennis, die in Haarlem op kamers woonde en in wiens studentenhuis een kamer vrijkwam. „In mijn tweede jaar ben ik verhuisd naar Oegstgeest. Ik woon nu dichter bij mijn studiegenoten en vrienden. Deze kamer kreeg ik via de CSFR.â€

Gert heeft al vanaf het begin antikraak gewoond. In zijn eerste kamer, die hij vond via kamernet.nl, heeft hij slechts een halfjaar kunnen wonen voordat hij weg moest. „Gelukkig kreeg ik een maand de tijd om iets anders te zoeken. Nu heb ik een eigen appartement met een woon- en een slaapkamer en een douche. Ik betaal maar 105 euro per maand. Daar komen nog wel kosten voor gas, water en elektriciteit bovenop.â€

De twee vinden dat je in mei toch echt wel aan je kamerzoektocht moet beginnen om op tijd woonruimte te pakken te krijgen. „Zoeken kun je doen via bijvoorbeeld een woningcorporatieâ€, zegt Gert. „Of via medestudenten, kennissen, studentenverenigingen of antikraakbureaus.†„Ook in kerkbladen adverteren is een optieâ€, vult Marije aan. „Als je tenminste in de kost wilt.â€

Of de studenten nog tips hebben voor hun toekomstige lotgenoten? „Zorg dat je een leuke kamer hebt en goed kunt opschieten met je huisgenotenâ€, zegt Gert. Marije: „Ga niet in een klein dorpje buiten je studiestad wonen, vooral niet als je ook geen lid wordt van een studentenvereniging. Als je op kamers woont, zijn nieuwe contacten en vrienden heel belangrijk.â€

tekst Jacomijn Hoekman, beeld Henk Visscher