-
Maandag 25 februari: Geen oogje dicht
Lezen: {Psalm 130# http://www.statenvertaling.net/bijbel/psal/130.html}; Zingen: {Psalm 130: 2# http://www.online-bijbel.nl/psalm/130/}
Wil de dichter van Psalm 130 zeggen: als God maar een oogje dicht doet, ziet Hij mijn zonden niet en word ik er ook niet om gestraft? De dichter weet wel beter en jij ook! De ogen van God doorlopen de hele aarde en zien zelfs wat zich in het verborgen afspeelt. Niets is bedekt voor Zijn gezicht. De tekst zet dan ook niet in met de mogelijkheid, maar met de werkelijkheid dat God de zonden ziet. En als dat zo is, zo weet de dichter van Psalm 130 glashelder, kan ik voor God niet bestaan. Hij stelt dat wel vragenderwijs. Maar het is geen vraag die op antwoord wacht. Het antwoord zit in de vraag opgesloten.
Zie je dat de dichter het heel algemeen trekt: wie zal bestaan? Het antwoord moet zijn: niemand. Want wij hebben allen gezondigd. En door te zondigen hebben we het ‘recht’ op leven verspeeld. Wat moet er van ons worden? God zij dank: vers 3 vormt niet het laatste woord van dit gebed.
Vraag: Wat doet het jou te weten dat heel jouw leven voor God open en bloot ligt?
-
Woensdag 27 februari: Vaste rots van mijn behoud
Lezen: {Exodus 34:1-9# http://www.statenvertaling.net/bijbel/exod/34.html}; Zingen: {Psalm 25:3# http://www.online-bijbel.nl/psalm/25/}
Wees niet bang dat we in herhaling vallen. Het gaat om dat ene woord (HEERE), dat we gisteren en eergisteren hebben overgeslagen, maar dat we niet mogen overslaan. Omdat hier het raam wordt opengezet naar de vergeving der zonden. Op een kier. Maar toch!
In de belijdenis dat hij vanwege zijn zonden het leven verspeeld heeft, waagt de dichter het de naam ‘HEERE’ te noemen. Nee, dat is niet goed, want te zachtjes gezegd. Hij roept die Naam aan, doet een beroep op die Naam. Hij klemt zich eraan vast, zoals een drenkeling aan een rots. En die rots houdt hem, behoudt hem als hij dreigt weg te zinken in een peilloos diepe oceaan van zonden, schuld en Godverlatenheid. Want die Naam is de verbondsnaam van God.
In die naam laat God Zich kennen als een God die barmhartig en genadig is, als een God die de ongerechtigheid, overtreding en zonde vergeeft (Ex. 34: 6,7). Wie door alle bodems heen gezakt is en God bij die Naam aanroept, heeft de vaste rots van het behoud gevonden. Heb jij al een beroep op deze naam gedaan?
Vraag: Wat betekent het voor jou dat God in jouw doop Zich met Zijn verbondsnaam aan jou heeft verbonden?
-
Vrijdag 1 maart: De prijs van de vergeving
Lezen: {Hebreeen 9:15-28# http://www.statenvertaling.net/bijbel/hebr/9.html}; Zingen: {Psalm 103:2# http://www.online-bijbel.nl/psalm/103/}
De Franse denker Voltaire (1694 – 1778) moet gezegd hebben van Gods vergevingsgezindheid: ‘Pardonner, c’est son métier’ – vergeven dat is Zijn beroep! In een voorbeeld: zoals het timmeren vanzelfsprekend bij een timmerman hoort, zo hoort het vergeven vanzelfsprekend bij God. De Bijbel denkt en spreekt daar echter volstrekt anders over.
De hele Bijbel door is er een diep besef van de hoge prijs die aan de vergeving van zonden is verbonden. God vergeeft niet zo maar. Op de kleinste zonde staat de doodstraf. De zonde kost me het leven. Als God de ongerechtigheden gadeslaat, wie zal bestaan? Niemand!
In de offerdienst van Israël klonk al het voorspel op hét offer dat eens en voorgoed zou worden gebracht. En voor altijd genoeg was. Want (offer)bloed is leven. Hét offer is gebracht door Jezus Christus, die Zijn bloed gestort en Zijn leven gegeven heeft tot een losprijs voor velen. Om van schuld en eeuwig lijden verlorenen te bevrijden! Duizend, duizendmaal o Heer’/ Zij U daarvoor dank en eer!
Vraag: Licht de volgende uitspraak toe. ‘Als je de prijs van de vergeving kent, zondig je niet zo gemakkelijk’.
-
Klik hieronder voor een printbare versie van het bijbelrooster op twee pagina’s en een grotere versie op drie pagina’s.
-
Zondag 24 februari: ‘Ik geloof in de vergeving der zonden…’
Lezen: {1 Johannes 1:8-2:2# http://www.statenvertaling.net/bijbel/1joh/1.html}; Zingen: {Psalm 32:1# http://www.online-bijbel.nl/psalm/32/}
In de dagboekstukjes van deze week willen we samen het onderwerp ‘vergeving van zonden’ uitdiepen. De twee woorden ‘vergeving’ en ‘zonden’ vormen de grootst denkbare tegenstelling in het heelal. Het zijn twee begrippen die elkaar volstrekt uitsluiten. Zomin licht en donker, dag en nacht, zomer en winter kunnen samengaan, zomin kunnen vergeving en zonden samengaan. En toch is het een vaststaand onderdeel van onze geloofsbelijdenis: ‘Ik geloof de vergeving der zonden’. En daarmee is het grootst denkbare wonder in het heelal onder woorden gebracht. Het wonder dat God de zonden vergeeft. Wat dat precies inhoudt, zullen we van dichtbij gaan bezien. Maar één ding is duidelijk: je kunt die woorden eigenlijk niet uitspreken zonder dat je stem van verwondering trilt. En je kunt over dat wonder niet nadenken zonder de ontroering over de prijs die met de vergeving van zonden samenhangt: het leven van Gods Zoon. Wat ben jij gelukkig als je aan het einde van deze reeks dagboekstukjes over de vergeving van zonden heel persoonlijk mag belijden:’Ik geloof de vergeving der zonden’!
Vraag: Wat doet het jou als op zondagmiddag of -avond in de kerk wordt beleden: ‘Ik geloof de vergeving van zonden’?