-

Maandag 24 september

Troost in ellende. {Psalm 119 vers 49 tot 56#http://www.statenvertaling.net/bijbel/psal/119.html}

Word jij wel eens bespot om je geloof? Word jij wel eens belachelijk gemaakt, omdat je op de Heere vertrouwt? Nee? Loop je misschien met de massa mee? Want wie de Heere en Zijn Woord serieus neemt, krijgt hoe dan ook met vijandschap te maken.

De dichter van Psalm 119 kan daarover meepraten. Hij wordt belachelijk gemaakt. Men probeert hem op andere gedachten te brengen en zijn vertrouwen op God te breken. Men laat hem niet met rust. De psalmdichter bevindt zich heel letterlijk in een ellendige situatie. Hoe komt hij hieruit? Hoe komt hij hierdoorheen? Komt hij hier wel doorheen?

Dat kun je je wel eens afvragen: Komt er ooit een eind aan alle aanvechting en strijd? De dichter ziet maar één weg. Tegelijk is dat de enige weg. Hij legt zich neer op het Woord van de Heere. Eerder al heeft hij de kracht van dat Woord ervaren. Vanuit de wetenschap dat God het werk van Zijn handen niet laat varen, legt hij zich op de woorden en de beloften van God neer. Dat doet een mens nooit tevergeefs. Je klemt je nooit tevergeefs vast aan het Woord van de Heere. Let eens op die dichter. Luister eens wat hij zegt: ‘Dit is mijn troost in mijn ellende.’ Hij vindt houvast in het Woord. Het Woord is zijn troost. De Heere is zijn levenskracht!

Zeg jij het de dichter na?

-

Woensdag 26 september

Waar zijn de troosters? {Nahum 3 vers 1 tot 12#http://www.statenvertaling.net/bijbel/nahu/3.html}

De stad Ninevé bekeerde zich op de prediking van Jona tot de Heere. Maar op een gegeven moment keerde men toch weer terug tot het oude leven. Als hoofdstad van het Assyrische Rijk slaat Ninevé haar vleugels uit over de volken in het Midden-Oosten. Ook Juda krijgt ermee te maken. Om nog enigszins zichzelf te blijven, sluiten de koningen van Juda een verbond met de Assyriërs. Dit tot groot ongenoegen van de Heere.

Het volk moet het niet van mensen verwachten maar van de God van het verbond. Wie het van Ninevé verwacht, zal met de Ninevieten omkomen. Nahum, de profeet, ziet het in gedachten al gebeuren. De stad, met haar verleidelijke schoonheid, vergaat met allen die zich door haar laten verleiden.

Nahums profetie heeft ook ons wat te zeggen. Wie zich door de zonde laat inpakken, zal omkomen in het oordeel. Je mag niet verwachten dat het wel meevalt. Nee, Nahum zegt: ‘Waar zal ik voor u troosters zoeken?’ Dat geldt de Ninevieten, dat geldt iedereen die zonder de Heere door het leven gaat. Dan zal er niemand zijn die nog troosten kan, omdat er geen troost is.

Nu is die troost nog aanwezig. De naam die Nahum draagt, spreekt wat dat betreft boekdelen. ‘Trooster’ of ‘getrooste’ betekent zijn naam. Hij weet van die Troost die eeuwig standhoudt.’

-

Vrijdag 28 september

De Trooster. {Johannes 14 vers 15 tot 31#http://www.statenvertaling.net/bijbel/joha/14.html}

Wanneer heb je troost nodig? Als je verdriet hebt. Iedereen moet vroeg of laat een geliefde missen. Wat heb je in zo’n situatie anders nodig dan troost? Iemand die je bijstaat en helpt.

De discipelen moeten de Heere Jezus missen. Hij zal na Zijn dood en opstanding naar de hemel gaan. Ze zullen zonder Hem verder moeten. Voor Hij weggaat, belooft de Heere Jezus hun daarom de Trooster. Heel nadrukkelijk noemt de Heere Jezus Hem ‘de andere Trooster’. In de Heere Jezus hebben de discipelen Iemand gevonden Die voor hen instaat en hen helpt. Het woord dat vertaald is met Trooster betekent letterlijk ‘de erbij Geroepene’. Jezus Christus stond voor hen. Hij behartigde hun zaak bij God. Hij was hun Pleitbezorger.

Als de Heere Jezus er niet meer is, zal de Vader hun op Zijn gebed een andere Trooster geven. Dat is de Heilige Geest. Doordat Christus aan het kruis gehangen heeft, kan de Heilige Geest worden uitgestort.

Wat een zorg besteedt de Heere Jezus aan Zijn kinderen. Bij voorbaat belooft Hij een Trooster. Hij gaat er Zelf voor zorgen dat de Heilige Geest wordt uitgestort. Zo zullen zij die vanuit Christus’ kruis en opstanding leven, getroost worden en getroost leven.

Reis jij al getroost naar het erfgoed hierboven, naar het Vaderlijk huis?

----

Zaterdag 29 september

Troost van de liefde. {Filippensen 2#http://www.statenvertaling.net/bijbel/fili/2.html}

In elke gemeente ligt verdeeldheid op de loer die de eenheid aantast. Paulus laat zien dat dit eigenlijk niet kan. Zij die vanuit de Heere Jezus leerden leven, horen één te zijn. Verlangen naar eenheid is een noodzakelijke vrucht van het geloof. Als er enige troost is van de liefde, zal men elkaar liefhebben.

Die troost van de liefde kan verschillende dingen betekenen. Paulus kan daarmee bedoelen dat de mensen in Filippi zich getroost weten door de Heiland. Zij zullen Zijn nabijheid hebben mogen ervaren op moeilijke momenten. Maar Paulus kan in de uitdrukking ‘troost van de liefde’ ook zijn eigen genegenheid voor de gemeente hebben gelegd. Ook op afstand leeft hij intens mee. Paulus kan ook gedacht hebben aan de troost die de gemeenteleden in Filippi elkaar bieden. In het verlengde daarvan kunnen we denken aan de troost die de Filippensen boden aan de apostel, die op dat moment in de gevangenis zat.

De troost waarover hier gesproken wordt is geen loos gebaar. Daar zit zichzelf wegcijferende liefde achter. Daar zit genade achter. Deze troost en liefde hebben we niet van onszelf. Die is te verkrijgen bij Hem Die de Zijnen zo uitnemend heeft liefgehad.

Jouw gemeente is ermee gediend als er jongeren en ouderen zijn die leven van de troost van die liefde.

-

Zondag 23 september

Deze zal ons troosten. {Genesis 5 vers 18 tot 32#http://www.statenvertaling.net/bijbel/gene/5.html}

Steeds weer die woorden ‘en hij stierf’ maken je niet blij! Dit is echt zo’n hoofdstuk om bij het Bijbellezen over te slaan. Laten we dat niet doen, want dan ontgaan ons een paar bijzonderheden. De eerste bijzonderheid is het feit dat bij Henoch het refrein ‘en hij stierf’ ontbreekt. De tweede bijzonderheid is de hoopvolle verwachting die Lamech uitspreekt als er in zijn gezin een kind geboren wordt. ‘Deze zal ons troosten’, zegt hij.

Lamech heeft behoefte aan troost. Het leven blijkt moeiten en zorgen te bieden. Sinds de zondeval krijgt iedereen daarmee te maken. De vloek van God werkt overal in door. In het kind dat Lamech in zijn armen sluit, wordt hij even boven de zorgen uitgetild. Daarom noemt hij zijn kind Noach. Letterlijk betekent dat ‘rust’ of ook wel ‘troost’.

Er wordt wel eens gedacht dat Lamech in dit kind de beloofde Verlosser heeft gezien, net als Eva Hem in de geboorte van háár eerste kind zag. Ook al is Noach de Verlosser niet, in hem laat God wel zien dat Hij behoud en redding biedt. Uitgerekend Noach bouwt op Gods bevel de ark als het oordeel over de aarde losbarst. In Noachs ark licht het werk van de grote Verlosser op. Hij biedt werkelijk troost en geborgenheid. Daarom is het van levensbelang in Hem te zijn!