-
Woensdag 5 maart
Na zes dagen. {Mattheus 16 vers 13 tot en met 23#http://www.statenvertaling.net/bijbel/matt/16.html}
Mattheüs begint zijn weergave van de verheerlijking op de berg met een tijdsaanduiding: na zes dagen. Waar slaat dat op? Ongetwijfeld op wat een aantal dagen eerder is gebeurd. Zes dagen (zeg maar: een week) eerder was Jezus met Zijn discipelen in Caesarea Filippi, het uiterste noorden van Israël. Daar heeft Hij hen gevraagd Wie Hij voor hen is. Simon Petrus heeft namens de andere discipelen geantwoord: U bent de Christus, de Zoon van de levende God! Dat antwoord, die belijdenis had Petrus niet van zichzelf, zo reageert Jezus, maar van Zijn Vader in de hemel.
Wat Petrus wél van zichzelf heeft, blijkt even later als Jezus met Zijn discipelen voor het eerst openlijk over Zijn lijden spreekt. Petrus reageert met een vastberaden: dat zal U niet overkomen. Deze zo goed bedoelde reactie maakt Petrus voor Jezus tot een satanische verleider. Een lijdende, gekruiste Zaligmaker is niet de Messias die Petrus zich gedroomd heeft. Zo was het bij Petrus. Hoe is het bij jou? Horen en nadenken over het lijden van Christus is niet hetzelfde als het lijden van Christus nodig hebben als het enige verzoenmiddel voor onze zonden. Om dat laatste gaat het. Bij jou ook?
-
Vrijdag 7 maart
Meegenomen. {Lukas 9 vers 28#http://www.statenvertaling.net/bijbel/luka/9.html} en {1 Johannes 4 vers 7 tot en met 21#http://www.statenvertaling.net/bijbel/1joh/17.html}
Wat is de Heere goed! Niet één van de twaalf discipelen toont begrip voor het lijden dat Jezus wacht. Geen hartelijk woord, geen bemoedigend gebaar! Niets daarvan! Kan Jezus zulke discipelen gebruiken? Stuurt Hij hen weg? En als de discipelen geen enkel begrip tonen voor wat Jezus te wachten staat, wie dan wel? Moet Hij naar het kruis voor mensen die volstrekt geen oog hebben voor Zijn lijden? Er is dan ook alle reden dat Jezus nu alléén de berg opgaat en terugkeert naar de hemel. Voel je de spanning? Jezus gaat de berg op. Maar niet om terug te keren naar de hemel. Wel om Zijn discipelen inzicht te geven in (de noodzaak van) Zijn lijden. Dat gaat van Hem uit. Zowel Mattheüs als Lukas benadrukken dat. Mattheüs schrijft: Jezus bracht de drie discipelen op een hoge berg. Lukas schrijft: Jezus neemt hen mee.
Stel je voor dat Hij dat niet gedaan had. Dan zou de betekenis, de noodzaak van Jezus’ lijden en sterven voor ons altijd verborgen zijn geweest. Hij gaat niet alleen straks de berg af om de weg naar Jeruzalem, naar het kruis in te slaan. Hij maakt ook plaats voor Zijn lijden en sterven. Vraag of Hij dat ook bij jou doet.
-
Zondag 9 maart
Drie tenten. {Mattheus 17 vers 4#http://www.statenvertaling.net/bijbel/matt/17.html} en {Markus 8 vers 31 tot en met 37#http://www.statenvertaling.net/bijbel/mark/8.html}
De drie discipelen op de berg hebben uit het topoverleg tussen Mozes en Elia met Jezus gehoord dat Jezus móet lijden en sterven. Daarná pas kan Hij naar Zijn oorspronkelijke heerlijkheid terugkeren. In die volgorde. Hebben de discipelen dat begrepen? Ik ben bang van niet. In ieder geval Petrus niet. Als Jezus straks de berg af en naar Jeruzalem toegaat om daar te lijden en te sterven, wordt duidelijk dat Petrus er niets van begrepen heeft. Hij stelt alles in het werk om te voorkomen dat Jezus zal lijden. Op de berg stelt hij voor om drie tenten te bouwen: voor Mozes, Elia en Jezus ieder één. Wat wil hij eigenlijk? Petrus wil de hemelse heerlijkheid vasthouden.
Wat Petrus wil, willen we allemaal. Wie van ons wil niet naar de hemel? De weg naar de hemel loopt echter via het kruis. Voor Jezus allereerst en bovenal. Maar wie Hem volgen, gaan geen andere weg. Het is veelzeggend dat Jezus meteen na Zijn eerste lijdensaankondiging de weg van Zijn navolging schildert als een weg van sterven, van je leven verliezen om het te vinden. Dat kan alleen als je het eens geworden bent met de lijdensweg die Jezus is gegaan.
-
Klik hieronder voor een printbare versie van het Bijbelrooster.
-
Dinsdag 4 maart
De berg op. {Mattheus 17 vers 1 tot en met 13#http://www.statenvertaling.net/bijbel/matt/17.html}
Afgelopen zondag was de eerste van zeven lijdenszondagen. Zeven weken lang denken we na over het lijden van Jezus. Kunnen we ons dat eigenlijk wel indenken? Zeven weken! Dat lijkt lang: zo’n vijftig dagen steeds over hetzelfde te moeten nadenken! Als je dat vindt, stel jezelf dan eens de vraag of we ons ooit genoeg in het lijden van Jezus kunnen verdiepen. Stel je voor dat Jezus niet (voor ons) had geleden. Waar moesten wij dan onze redding van duivel, zonde en dood zoeken? Die zou er niet zijn! Hopelijk zie je hoe diep dit lijden was, maar ook de noodzaak dat Jezus zo diep moest gaan. Want diep is Hij weggezonken. Tot het niet dieper kon: tot in de hel.
Vóór Jezus echter de diepte inging, ging Hij een berg op. En dat niet alleen: op die berg werd Hij even opgenomen in hemelse heerlijkheid. Hoger kan niet. Hij die de wegzinkt in de diepste diepten waarin wij eeuwig moesten wegzinken, stijgt eerst op tot de hoogste hoogte: die van de hemelse heerlijkheid. De vraag wat dat laatste betekent voor het lijden en sterven van Jezus hopen we in de komende zes dagen te beantwoorden.