In de drie jaar durende strijd waren het aanvankelijk vooral de Syrische regeringstroepen die verantwoordelijk waren voor de ernstige mishandeling van kinderen. Later maakten volgens het rapport ook gewapende oppositiepartijen zich daar aan schuldig.
Volgens secretaris-generaal Ban Ki-moon zijn regeringstroepen verantwoordelijk voor „het arresteren, opsluiten en martelen van kinderen die banden zouden hebben met de oppositie”. Kinderen zijn volgens de VN ingezet als menselijk schild, werden seksueel misbruikt, geslagen met houten of metalen voorwerpen of kregen elektrische schokken.
„Het lijden van deze kinderen sinds het begin van de conflicten in Syrië is onbeschrijflijk en onacceptabel”, stelt Ki-moon in het document.