Paardenvlees, heb ik iets gemist?

Als je het nog niet gehoord hebt, loop je zeker achter. Het paardenvleesschandaal speelt al een paar weken.

In allerlei producten in winkels waar ”puur rundvlees” op staat, blijkt paard te zitten. Zo haalde Albert Heijn de lasagne bolognese van het merk Euroshopper uit de schappen en stopte IKEA met de verkoop van gehaktballen.

Op welke schaal gaat dit mis?

Sinds het begin van het schandaal half januari buitelen de bekendmakingen van fraude over elkaar. Winkelketens in ten minste zeventien landen in Europa blijken paardenvlees aangeboden te hebben. Ook restaurants –waaronder een bekend steakhouse als Piet de Leeuw in Amsterdam– verkochten paard voor runderbiefstuk. Iglo verkocht chili con carne waarin 2 procent paarden-DNA werd aangetroffen.

Zijn er gezondheidsrisico’s?

In Engeland zijn er sporen van het medicijn butazolid in paardenvlees aangetroffen. De pijnstiller kan bij overmatig gebruik levensgevaarlijke bloedziektes veroorzaken.

Tot nog toe blijkt uit tests dat er maar weinig besmet paardenvlees op de Europese consumentenmarkt is terechtgekomen. Feitelijk is er dus niets aan de hand als je een keer paard in plaats van rund gegeten hebt.

Wat is het probleem dan met paardenvlees in producten?

Eigenlijk is dat er niet. Je kunt het prima eten en je wordt er dus ook niet ziek van. Waarschijnlijk werk je met een frikadelletje –min of meer bewust– geregeld een stukje paard naar binnen. Maar bij de snacks staat het meestal gewoon netjes op de verpakking.

Want dat is het echte probleem: supermarkten bieden de producten aan met etiketten die ”100 procent rundvlees” beloven. Je wordt dus gewoon bedrogen.

Maar doen bedrijven dat expres?

Mogelijk niet. De meeste bedrijven zeggen tenminste geen idee te hebben hoe het paardenvlees in hun producten terecht is gekomen. Ze spelen stommetje. En ze wijzen beschuldigend naar de slachter of de vleesverwerker, liefst in een ander land.

Hoe komt het vlees dan in die producten?

Ergens moet het opzettelijk mis zijn gegaan. Paardenvlees kost doorgaans veel minder dan rundvlees. Voor iemand die op een foute manier geld wil verdienen, is de verleiding groot om paard met het etiket rund aan te bieden. De Britse minister van Landbouw, Owen Paterson, sprak zelfs over „een internationale criminele samenzwering”. Justitie, politie en voedselautoriteiten in verschillende Europese landen doen daar onderzoek naar.

Wat gebeurt er met al de afgekeurde producten?

De meeste bedrijven hebben de bewuste goederen uit de schappen gehaald. Ze zijn van plan om alles weg te gooien of hebben dat al gedaan. Voedselconcerns kennen vaak vrij rigoureuze protocollen om met afgekeurde waren om te gaan. Meestal is dat vernietiging.

Maar het smaakt prima?

De leek proeft inderdaad geen verschil. Paardenvlees zou iets zoeter dan rundvlees zijn. Het bevat weinig vet, is rijk aan ijzer en daarom zelfs gezonder dan rundvlees. Prima eten in ieder geval! Er gaan dan ook stemmen op om de afgedankte producten aan voedselbanken te schenken. Maar of het daar ook van komt?

Klopt het dat het publiek door de media-aandacht meer paard koopt?

Yep. Het lijkt wel een hype. Het steakhouse in Amsterdam zette paardenhaas op het menu. Het gerecht loopt als een trein.

En waarom ook niet. Zo’n 81 procent van de Nederlanders heeft geen bezwaren tegen het eten van paardenvlees, bleek uit een peiling van Maurice de Hond van vorige week.

Paardenslachter Jan van de Veen zei tegen de NOS: „Normaal slacht ik per week twee paarden voor de binnenlandse markt. Nu zijn dat er wel acht.” Toch maar naar het restaurant voor een mals paardenbiefstukje!