Het heeft heel wat voeten in de aarde om een foto te kunnen maken van Heleen in uniform op de kazerne. Het militaire complex in Utrecht waar ze deze week beroepsmilitairen ondersteunt, is streng beveiligd. Fotografen noch journalisten komen daar zonder toestemming binnen. Heleen gaat als een van de 3000 Nederlandse Natresmilitairen echter al drie jaar ongehinderd langs alle beveiliging. „Ik heb heel wat kazernes vanbinnen gezien.”

Ze komt in 2009 voor het eerst met de Natres in aanraking als ze verhalen hoort van een huisgenoot die bij het Korps Nationale Reserve zit. Heleen, die dan godsdienst pastoraal werk aan de Christelijke Hogeschool Ede studeert, verdiept zich in de achtergrond van de Natres en raakt vrij snel enthousiast. „Het leger trok mij altijd al”, zegt ze, „maar niet genoeg om beroeps te worden.”

Na haar aanmelding wordt Heleen onderworpen aan een serie keuringen. De Edese rolt daar met succes doorheen, waarna ze wordt toegelaten tot de twee weken durende amo – algemene militaire opleiding. „We leerden marcheren, onze wapens hanteren en zelfhulp kameradenhulp (zhkh) – een soort militaire EHBO.”

Na de amo wordt Heleen toegevoegd aan een peloton bij haar in de buurt. Daar gaat haar opleiding door tot op dit moment.

Dodenherdenking

In theorie is Heleen drie avonden en een zaterdag per maand kwijt aan training. In de praktijk kost de Natres haar meer tijd. Zo zijn er incidentele sportwedstrijden, doet ze met een detachement mee aan de Nijmeegse Vierdaagse en stelt ze zichzelf als vrijwilliger beschikbaar om beroepsmilitairen te ondersteunen bij hun oefeningen. „Ik heb weleens een hele week in een polder gelegen voor een beroepsverkennings­eenheid die moest oefenen. Dan dienen wij als ‘de vijand’ die zij moeten verkennen.”

Ook voor ceremoniële taken wordt Heleen ingezet. „Bij de inhuldiging op 30 april stond ik van elf tot halfeen voor het Paleis op de Dam. Jammer genoeg gebeurde er in die tijd niets, maar het was mooi om erbij te zijn.”

Dodenherdenking is indrukwekkend geworden voor haar sinds ze bij de Natres zit. „Als militair ben ik me bewuster van wat er in de oorlog gebeurd is. Het doet me wat als de namen van de gesneuvelde militairen afgelezen worden en ik daar met mijn hand aan mijn hoofd hun eer sta te bewijzen.”

Ideaal studentenbaantje

Voor alle inspanningen die ze levert, krijgt Heleen een vergoeding. „Het betaalt per uur meer dan een bijbaantje bij de Albert Heijn en is ook nog eens vijftig keer leuker. Veel studenten vinden het daarom een ideaal studentenbaantje.”

Heleen doet het niet voor het geld, maar vooral omdat ze het enorm leuk vindt. De trainingen maken haar hoofd leeg, zegt ze. „Je moet gewoon zonder nadenken bevelen opvolgen. Dat is heerlijk, want denken doe ik de hele dag al.”

Bovendien heeft de Natres haar ook veel vaardigheden opgeleverd: teamgeest, doorzettingsvermogen en een winnaarsmentaliteit. „Ook sta ik nu steviger voor een groep, omdat ik geleerd heb robuust op te treden. En ik ben een stuk fitter dan drie jaar geleden.”

Discipline

Natuurlijk komt Heleen als reservist ook in aanraking met de minder leuke kant van het militaire leven, zoals de strenge discipline. Geen probleem, vindt ze. „Als mijn commandant zegt: „Spring in de sloot”, dan doe ik dat zonder discussie. Je moet niet bij de Natres gaan als je je afvraagt waarom een bevel gegeven wordt. Je moet gewoon doen wat ze je opdragen.”

Defensie is een mannenwereld. Of het lastig is om je als vrouw daar overeind te houden? Heleen schudt haar hoofd. „Ik kan als vrouw prima meekomen, al kan ik fysiek niet hetzelfde presteren als een man. Misschien moet ik me alleen iets meer bewijzen.”

Ook het feit dat de Heleen de zondag vrij wil houden, levert haar geen problemen op. „Alleen als we ingezet worden in nood­situaties kan het zijn dat we op zondag aan de slag moeten.”

Zulke noodsituaties heeft Heleen de afgelopen drie jaar zelden meegemaakt. Slechts één keer werd ze opgeroepen: begin vorig jaar, toen er een overstroming dreigde in Groningen en militairen moesten helpen met het evacueren en zandzakken sjouwen. Heleens ogen glinsteren nog als ze eraan terugdenkt. „Natuurlijk hoop ik dat er in de toekomst geen grote rampen zullen gebeuren, maar áls ze gebeuren, is het voor een reservist prachtig om te kunnen helpen.”

----

Dit is deel 1 in een tweeluik over werken bij het Korps Nationale Reserve.

{www.natres.nl# http://www.natres.nl/} voor meer informatie.