Blauwe bollen, witte bollen, bruine bollen, oudbollig. Welk woord hoort niet in het rijtje thuis? Dat is absoluut oubollig, want breien is sinds kort weer helemaal hip volgens winkeleigenaar Leslie van Knotten in Delft.
Het klinkt als een grap: negen jonge meiden die zich een lekker avondje op de bank ontzeggen en in plaats daarvan in een handwerkwinkel gaan zitten breien. Toch zit er bij hen geen steekje los. Niet figuurlijk in elk geval. De negen zijn enthousiast en vastbesloten aan het eind van deze speciale brei-avond voor studenten met een zelfgemaakte sjaal naar huis te gaan.
Thee staat op tafel, koekjes liggen in een schaaltje, maar de negen kijken er nauwelijks naar om. Breien, dat is wat ze willen. De zoete lucht van vruchtenthee vermengt met de geur van geitenwollen sokken die al zo veel jaren over breien hangt.
Personeelslid Leslie en assistent Dorien staan klaar om de studentes te helpen. En dat blijkt nodig, als het aan studente Marjolein ligt tenminste. Ze heeft het zich niet makkelijk gemaakt door in haar breiwerk een averechtse knoop te verwerken. Na een uur zwoegen trekt ze het hele breiwerk uit elkaar. „Ik had gaten laten vallen”, zegt ze.
Ook Moniek komt er niet helemaal uit. Ze wenkt Leslie, die van tafel naar tafel loopt. Ze duwt haar breiwerk onder Leslies neus en zegt droog: „Er is hier iets misgegaan, maar ik heb geen idee wat.” Met de kiene blik van een professional haalt Leslie de fout er binnen een paar seconden uit.
Het werk van Odette en Nine gaat als een speer. De meiden hebben Leslie nauwelijks nodig. Of ze hun colsjaal afkrijgen vanavond? Nine schudt haar hoofd. „Ik ga thuis verder.” Misschien dat ze na deze sjaal zelfs nog wel een nieuwe sjaal gaat breien, zegt ze. Of misschien ook niet. Ze ziet wel.
Breiwinkel Knotten in Delft is sinds augustus open. Deze week heeft de winkel voor de tweede keer een speciale studentenbreiavond. „Er is vraag naar dit soort avonden”, zegt Leslie. „Breien is sinds kort hip aan het worden.”
Waarom precies weet ze niet. Wat haar betreft is breien altijd al leuk geweest. Een aantal jaren geleden studeerde ze af aan de kunstacademie op oude ambachten. Weven, spinnen, haken, klossen: niets is haar te veel.
Voor Hanna, die orthopedagogiek in Sittard studeert, is breien vooral leuk omdat het zo lang geleden is dat ze het voor het laatst heeft gedaan. „Sinds de handwerklessen op de basisschool niet meer”, zegt ze. „Ik wilde het gewoon weer eens proberen.”
Leslies helpster, Dorien, begon drie maanden geleden om dezelfde reden. De studente industrieel ontwerpen aan de universiteit in Delft meldde zich in november aan voor de eerste studentenbrei-avond. Daar raakte ze zo enthousiast, dat ze naar de eigenares van Knotten gestapt is om te vragen of ze er niet terechtkon voor een bijbaantje. Sindsdien breit ze met de regelmaat van de klok mutsen en haarbanden, die ze cadeau doet aan vrienden en familie. „Om de twee weken heb ik iets af”, grijnst de vlot uitziende studente. „Het is verslavend, weet je. En heel rustgevend. Een soort meditatie.”
Moniek, quasi-opgelucht: „Dan is er ook nog hoop voor ons.”
De brei-avond vliegt om. Terwijl de breipennen nog volop tegen elkaar tikken, roept Leslie al dat de tijd voorbij is. „We gaan er een eind aan breien, meiden”, zegt ze. Het levert haar een schaterlach van Moniek op.
Of breien dan helemaal niet kneuterig meer is? Nine haalt wat verlegen haar schouders op. „Het klinkt misschien nog wel een beetje suf, ja. Ik heb het tegen niemand verteld.”