Een golfplaten dak, vier stenen muren en een reclamebord van Dorcas. Het huisje op een bedrijventerrein in Dordrecht stelt niet veel voor. Het is ongeveer 4 bij 6 meter en alleen het hoognodige past erin. Dat is ook de bedoeling. Zo leven de allerarmsten in Oekraïne.

Vanuit dit gebouw worden Benjamin, Niesje, Erno en Rolien een week lang elke dag aan het werk gezet om geld op te halen voor voedselpakketten. Flyers uitdelen, mensen ontvangen, voorbijgangers uitnodigen voor een Oost-Europees diner: er valt genoeg te doen. En dat is maar goed ook. Het huis is in de verste verte niet geschikt om hele dagen in te bivakkeren.

Een houtkachel blijkt dienst te doen als warmtebron en kookplaat. Er staan drie bedden (Benjamin slaapt elke nacht op de vloer), een tafel en een kast. Kleedjes op de grond en aan de muur moeten de kou buiten houden. Maar het ergste is misschien wel het toilet: een gat in een plank met een emmer eronder. „Erg onsmakelijk”, zucht Erno. „Gisteren moesten we ’m legen. We konden er wel om lachen, maar als je er bij stilstaat is het eigenlijk heel triest. Voor mij duurt dit een week, maar mensen in Oekraïne hebben niets anders. Daar word je toch depressief van?”

Ook het eten valt tegen. De Oekraïnehuisbewoners lopen na drie dagen actievoeren rond met een knagend gevoel in hun maag. Ze moeten leven op een voedselpakket, terwijl Nederlandse buiken duidelijk overdadiger gewend zijn.

Ondanks dat de groep al een paar dagen fanatiek actievoert om geld binnen te krijgen voor voedselpakketten voor arme Oekraïners, wil dat nog niet echt lukken. Erno: „De teller stond gisteren op 1300 euro, terwijl we al drie dagen bezig waren. Ons streven is 25.000 euro: met dat bedrag kunnen we 1000 voedselpakketten weggeven.”

Gelukkig krijgen ze behoorlijk wat aanloop. Hopelijk stuwt dat de inkomsten, zegt Erno. „Gisteren was Rolien jarig, dus kwamen er extra veel mensen langs.”

Het zijn intensieve dagen voor de bewoners: weinig privacy, weinig slaap, veel mensen en veel werk. Maar het is de moeite waard, vindt zowel Erno als Benjamin. „Wat is nu een weekje als mensen in Oekraïne elke dag in deze omstandigheden moeten overleven?”

Schenk geld via gironummer 2500, ovv Oekraïnehuis.

-

Erno Nikkels (24), Schiedam:

„Ik doe mee met deze actie omdat Rolien, een kennis, me dit vroeg. Ik hoefde er niet zo lang over na te denken: dit is een goede actie, vind ik. En ook een persoonlijke uitdaging.

Een van de spannendste dingen vond ik de groep. Je moet toch een week lang samen doorbrengen. Maar we hebben een goede klik met elkaar. Er zijn geen grote irritaties en we voelen elkaar behoorlijk aan.

Afgelopen nacht kwam er nog een jongen in het Oekraïnehuis slapen. Wij vroegen hem daarvoor 200 euro te betalen, dat naar de voedselpakketten gaat. Die jongen heeft toen al zijn klasgenoten overgehaald geld voor Dorcas te geven.

Gelukkig vriest het niet: dat zou het nog moeilijker gemaakt hebben. Nu stoken we de houtkachel alleen op als we gaan slapen. Halverwege de nacht moeten we er eigenlijk weer hout opgooien, maar dat doet niemand. We zijn te moe. Dus gaat het vuur uit. Gelukkig hebben we veel dekens. En ik draag ’s nachts voor de gelegenheid sokken.

Het koken op de houtkachel duurt erg lang. We eten vooral rijst en macaroni. Gisteren hebben we rijst met witte bonen in tomatensaus gegeten. Het is niet te eten. Ik heb heel de dag al een hongergevoel, ook als ik net heb gegeten. Er zit genoeg rijst in het voedselpakket, daar ligt het niet aan. Alleen is droge rijst niet echt smakelijk. Maar dat zeg ik misschien ook omdat ik luxe gewend ben.”

----

Daan van Oostenbrugge tekende een strip naar aanleiding van dit verhaal.


-

Benjamin Goeree (22), Zuidlaren:

„Ik ben in maart met Dorcas meegeweest naar Oekraïne om voedselpakketten uit te delen. Je moet er geweest zijn om te geloven hoe arm mensen daar zijn. Wij leven hier met z’n vieren zes dagen van een voedselpakket, in Oekraïne moeten de mensen er twee weken mee doen. Soms met gezinnen van zeven of acht mensen. Voor sommigen betekent het voedselpakket het verschil tussen leven en dood.

In Oekraïne staan huisjes van dezelfde afmetingen als ons actiehuis. Maar daar moeten ze dus met een heel gezin in slapen. Er liggen dan ook meerdere mensen in één bed. Dat ruik je. Wij kunnen nu een week niet onder de douche, zij douchen bijna nooit.

Ouderen in Oekraïne krijgen maar 160 tot 200 euro pensioen per maand. Daarvan moeten ze huur betalen en hout kopen. De kachel brandt er alleen ’s nachts, omdat het anders te veel kost. De prijzen in Oekraïne zijn voor veel dingen gelijk aan de prijzen hier.

Ondanks dat ik weet dat het nog veel erger kan, is het voor mij toch afzien in het Oekraïnehuis. Veel luxe hebben we hier niet. Maar het moeilijkst vind ik het niet te kunnen douchen en wassen en gebruik te moeten maken van een smerige wc. Toch: als we op zo’n manier geld kunnen ophalen, is het goed. Want dat is hard nodig. En gelukkig hebben wij het vooruitzicht dat we zaterdagavond weer naar huis kunnen.”