Om te kunnen meedoen aan deze wedstrijd, moet je je houden aan een aantal spelregels:
- Je bent tussen de 12 en de 25 jaar oud.
- Je inzending is geheel eigen werk.
- De gedichten zijn luchtig en grappig. Snijdt in ieder geval geen zware of theologische thema’s aan.
- Je kunt kiezen uit vier dichtvormen: een limerick, een elfje, een tautogram of een 160 (sms-gedicht). Zie kaders.
- Je moet twee of drie gedichten insturen. Deze mogen van eenzelfde dichtvorm zijn, maar dat hoeft niet.
- De inleverdatum is uiterlijk 23 februari, 23.59 uur. Dus je hebt even de tijd.
- Stuur je gedichten naar info(aapstaartje)puntuit.nl. Vermeld in het e-mailbericht je voor- en achternaam, leeftijd, adres, woonplaats en telefoonnummer.
Jury
De liederen worden beoordeeld door een deskundige jury, onder wie een neerlandicus, een boekenredacteur en een Puntuitredacteur.
Ook zullen de gedichten op puntuit.nl gezet worden, waarna jongeren in een reactie een cijfer kunnen geven. Discussie naar aanleiding van de inzendingen is niet mogelijk. De waardering van de bezoekers wordt door de jury meegenomen bij de beoordeling. De uiteindelijke beslissing ligt echter bij de jury. Hierover wordt niet gecorrespondeerd.
Prijzen
Er zijn drie prijzen te verdelen. De winnaar wordt beloond met 50 euro. De tweede plaats levert 25 euro op en de derde plaats 10 euro.
-
Elfje
In een elfje worden elf woorden verdeeld over vijf regels.
Regel 1: 1 woord (de naam, de kleur, geur of het karakter van het ding, het dier of de mens).
Regel 2: 2 woorden (zegt iets over het eerste woord: hoe is hij, zij, het ding)
Regel 3: 3 woorden (waar is het ding, dier, mens).
Regel 4: 4 woorden (wat doe je er mee, wat doet het dier, ding of de mens?).
Regel 5: 1 woord (de clou of de wending. Gevoel: ah, dat is het! Of: dat zegt of doet het. Of: een gevoel, een geluid).
Met het eerste woord probeer je een bepaalde sfeer op te wekken. Je kunt dan bijvoorbeeld denken aan een kleur, een ding, een dier of een eigenschap. In regel twee, drie en vier werk je dat thema verder uit. Regel vijf - het laatste, elfde woord - is bij het elfje meestal de clou van het gedicht, de uitsmijter.
Voorbeeld
Zwanger
Opgezwollen enkels
Elke ochtend misselijk
Kramp in de kuiten
Hoera
(Bron: ”Het elfje nader bekeken”)
-
160
Een 160 is een gedicht van 160 tekens inclusief spaties en leestekens. Ofwel een gedicht dat precies in een sms’je past. Enkele regels:
- In een 160 wordt niet gesmokkeld met spaties. Harde enters zijn toegestaan, maar dubbele spaties niet. Ook mag een zin niet eindigen met een spatie.
- In een 160 mogen ook afkortingen, sms-taal of emoticons gebruikt worden. Maar dat moet wel functioneel zijn.
- Op de website www.precies160.nl kan je eenvoudig een 160 schrijven in een speciaal schermpje.
Voorbeeld
er was eens een
juffrouw sofie
die bedacht
pardoes vanuit
het blote niets
een compleet
verse versvorm
voor mobiele
telefonie
en de rest?
tja, de rest is
geschie
(Bron: Sofie Cerutti)
-
Hieronder vind je de dichtvormen uitgelegd. Lees het zorgvuldig door voor je de uitdaging aangaat!
Limerick
In een limerick wordt in de eerste regel een persoon of dier geïntroduceerd, samen met een plaatsnaam. Een limerick heeft 5 regels met een vrij strak metrum. Twee regels hebben het ritme van kort-lang-kort (U—U) en dat drie keer. Vervolgens twee regels U—U U— en dan weer afgesloten met een regel U—UU—UU—U.
De regels 1, 2 en 5 rijmen met elkaar en er is een ander rijm tussen de kortere regels 3 en 4 (rijmschema: a a b b a). De laatste regel is een soort pointe of uitsmijter.
Voorbeeld
Een jonge student uit Stavoren
had schulden tot over zijn oren.
Hij zei tot zijn mam
hoe dat toch zo kwam.
Omdat hij zijn beurs was verloren.
(Bron: onbekend)