J. L. Klaassen staat er op het naambordje naast de voordeur. Het is een gewoon naambordje, van een gewoon huis in een gewone straat. En toch is niets in huize Klaassen gewoon meer, sinds de persoon wiens initialen op het bordje staan vorig jaar zomer overleed.
„Het begon toen mijn vader in maart 2013 een epileptische aanval kreeg”, herinnert Carolina zich, terwijl ze een paar koperkleurige krullen terugstopt in haar paardenstaart. „We hadden niet meteen door dat er echt iets mis was en de artsen dachten aan een tia (een voorbijgaande beroerte, JA). Na de tweede aanval werd hij voor een hersenpunctie naar het ziekenhuis gestuurd. Daarna ging het heel snel. Was er eerst bijna niks te zien, bij de tweede controle zat er al een groot gezwel. Er was niets meer aan te doen, zeiden de artsen.”
Onmachtig
Voor Carolina, haar moeder en haar broers Willem (20) en Gert-Jan (16) breekt een ontzettend verdrietige, onwerkelijke tijd aan als hun vader naar huis komt om te sterven. „Ik kon het niet bevatten.”
Ze besluiten hem met z’n vieren te verplegen. „Soms zaten we twee uur lang naast zijn bed om hem beetje bij beetje eten te geven. Maar het was goed dat we dit voor hem konden doen. We voelden ons verder zo onmachtig.”
Sneltrein
Het verdriet van het naderende afscheid en de elke dag terugkerende verzorging van haar vader gaan Carolina niet in de koude kleren zitten. „We waren van ’s ochtends tot ’s avonds continu bezig met het helpen van mijn vader. Het leven leek op een sneltrein waar geen rem op zat. Je dendert maar door tot je soms van vermoeidheid bijna niet meer kan.”
Op 9 augustus overlijdt haar vader aan de hersentumor. Een moment waar de vier overgebleven gezinsleden allen getuige van zijn. „Dat was ons heel dierbaar: het was onze wens om er met zijn vieren bij te zijn als hij zou sterven.”
Gebed
Het leven lijkt daarna voor iedereen weer door te gaan. Behalve voor Carolina en haar familie. „Verstandelijk weet ik dat mijn vader er niet meer is, maar het voelt nog steeds onwerkelijk. Ik wist dat hij zou gaan overlijden, maar dat betekent niet dat ik dat ook kan accepteren. Het blijft heel moeilijk, ook nu, na zeven maanden. Er is geen dag dat ik niet aan mijn vader denk.”
Toch heeft Carolina ervaren dat God kracht gaf tijdens de periode van verzorging van haar vader. „En ik weet dat ik ook nu in mijn gebed alles aan God voor kan leggen en dat Hij me echt begrijpt. Daaruit kan ik troost putten. Maar dat neemt niet weg dat de vraag blijft waarom dit is gebeurd.”
Soms worden de herinneringen Carolina te veel. „Dan voelt het alsof ik in een donkere, lege put zit en huil ik veel. De ene keer trek ik me op zo’n moment terug. Een andere keer zoek ik bewust mijn moeder, Willem en Gert-Jan op en slepen we elkaar erdoorheen. We zijn gelukkig nog steeds een hecht gezin.”
Vergeten
Praten met anderen over haar verdriet wil ze niet altijd. „Sommige mensen lijken vergeten te zijn dat mijn vader nog maar zo kortgeleden is overleden en doen alsof er niets is gebeurd. Anderen kunnen onmogelijk begrijpen wat je doormaakt, omdat ze het zelf niet ervaren hebben. En ik wil ook niet dat mensen me gaan ontlopen omdat ze denken dat ik altijd maar over mijn vader wil praten.”
Carolina merkt dat ze door het overlijden van haar vader veranderd is. Haar onbezorgde leventje is voorgoed voorbij. „Leeftijdsgenoten kunnen zich druk maken om kleine dingen. Dan denk ik: Waar heb je het over? Ik hoop dat andere jongeren door dit interview beseffen dat het leven niet altijd leuk en plezierig is, maar dat het ook anders kan gaan.”
-
Reactie Carolina op chequeactie
Toen ik hoorde dat er 139 mensen waren die mij via Puntuit een kaart gestuurd hadden, was ik heel erg verrast. Zo veel mensen die aan mij denken, dat had ik niet verwacht. Daarvoor wil ik iedereen heel erg bedanken! Het meeleven doet heel erg goed!
Groetjes, Carolina
-
De chequeactie van Puntuit leverde vier finalisten op: Carolina Klaassen, Monika Prins, Sander den Hertog en Leantine Schot. Dit is de eerste aflevering in de serie. Volgende week deel 2.