Trappelen op een tweewieler is normaal gesproken leuk, maar als er regen en wind voorspeld wordt, is er wat minder enthousiasme. Ik trek dan mijn regenpak aan om te voorkomen dat ik nat op school aankom.
We gaan fietsen, maar de wind zorgt er voor dat onze fietstocht bij elke trap vooruit, twee trappen achteruit gaat. Je kent het wel.
Halverwege onze fietstocht rollen onze wielen over een heuvel. Onze geliefde brug. Als we die gepasseerd zijn, gaan we met een hoge snelheid naar beneden. Een paar kilometer verder stuitten we op wat langzaam fietsende leeftijdsgenoten. Wij met onze topsnelheid willen die mensen natuurlijk inhalen.
Onze inhaalsessie verloopt goed, totdat ik op een betonblok stuit. Met een bijna vierkant wiel vervolg ik mijn mislukte inhaalpoging. Ondertussen hou ik mijn fietscollega's goed in de gaten. Het kan namelijk gebeuren dat iemand een waarschuwing afgeeft. Dat is routine.
Na een tochtje door prachtig dorp komen we bij een nogal druk bezocht fietspad. Al zouden er beter twee fietspaden kunnen zijn. Ook één voor de iets te hard rijdende en bellende elektrische tweewielers. Nog een paar kilometer en ons doel is bereikt. Nu de terugweg nog.