Vooral zomers wordt het weggetje gebruikt als voet- en fietspad, zondags gaan kerkgangers via dat paadje op naar hun kerk en uiteraard trekken veel rouwstoeten onder de dikke beuken door richting het graf. Ook de hondenmevrouw laat op een vast tijdstip haar vier honden – illegaal – toiletteren. Ze blijft dan net zo lang het laantje op en neer lopen totdat al haar viervoeters hun behoefte hebben gedaan.

De laatste tijd wordt dit vertrouwde ritme verstoord. Op sommige tijdstippen wemelt het van de jagers. Ze zien er echter niet uit als jagers. Geen groen vaal pak aan, geen hoedje met een veer erop, geen jachthond en al helemaal geen geweer. De jagers zien eruit als de gewone wandelaars van het laantje, alleen een slag jonger en met hun smartphone nons-stop in hun hand. Alsof ze met een metaaldetector zoeken, lopen ze zigzaggend over het weggetje, kijkend naar het smartphonescherm. Als ze ‘iets’ gevonden hebben, maken ze selfies en verdwijnen dan weer.

Deze mensen zijn pokémonjagers en spelen het spel Pokémon Go. En twintig meter van onze voortuin is een Pokémon te vinden. Ik ga een pokémonjaag-verbodsbord in de voortuin zetten. Hoelang zal het jachtseizoen dan nog geopend blijven?