Als ik het me goed herinner, schreeuwen we nu al veertien jaar moord en brand over de Crisis. Eerst hadden we het over afnemende groei, toen over schulden, vervolgens over recessie en later weer over jarenlange nulgroei. Intussen gingen we gewoon op vakantie, kochten allemaal een smartphone en namen nog een dikbelegde boterham.

Maar, pas op, waarschuwen gezaghebbende economen, de Crisis kan ons zomaar twintig jaar terug­werpen. Brrr, ik herinner me nog goed hoe we als gezin in 1992 onder de IJsselbrug zaten met een droge broodkorst en een bananenschil... Wat een bangmakerij!

De Grote Depressie van de jaren 30, dát was crisis. Op de bodem van de torenhoge werkloosheid kwam in Duitsland het nazisme op. Rotterdam 1944, dat was helemáál crisis: er werden bloembollen gegeten. De oliecrisis van 1973 was al geen echte meer. Met z’n allen genóten we van die paar autoloze zondagen.

Anno 2012 passen we naadloos in een sprookje van Hans Christian Andersen. We zijn het meisje dat zich boven op twintig matrassen nog steeds beklaagt over die ene erwt daaronder. De prins wist het zeker: zó verwend, dat moet wel een prinses zijn!

En zeg nou zelf: was het gisteren in Nederland niet gewoon prinsjesdag?

Reageren op deze column of meer lezen van Peter? 
>>puntuit.nl/peter