In een ander dorp, ergens anders op de wereld, werd vandaag ook een meisje geboren. De vader noemde het kind Binti, wat ‘dochter’ betekent. De moeder overleed helaas bij de geboorte. Het was immers warm, de moeder was zwak door te weinig voedsel en hulp was ver weg. En bovendien, hoe zouden ze die hulp moeten betalen? Voor dit kind was er geen leuk ingerichte kinderkamer, was er geen schattige wieg, waren er geen geboortekaartjes en waren er geen beschuiten en muisjes. Het heeft enkel een matje in een strohut, waarop het klaaglijk ligt te huilen.

Levensgrote, wereldwijde tegenstellingen. Dat kind in Nederland heeft geen weet van dat kind van ver weg en dat kind van ver weg heeft geen weet van dat kind in Nederland. Trouwens, de ouders misschien ook niet.

In Israël was het de regel dat tien procent van het inkomen gegeven werd aan de vreemdeling, de wees en de weduwe. Deze tienden werden gebracht naar de poorten, zodat niemand gebrek zou hoeven lijden. Misschien zou het goed zijn als deze regel ook in Nederland werd ingevoerd. Misschien zou Binti dan nu nog een moeder hebben.