Met schreeuwen is het net zo. Iedereen kan schreeuwen. Of je nou Schotse Hooglanders hoedt op de afgelegen steppes van Oost-Zeeland of dat je vakken vult bij de C1000, aan je vermogen tot schreeuwen verandert er niets. Maar móói schreeuwen is een vak apart, daar is talent, durf en (bovenal) oefening voor nodig, dat is kunst. Een kunst die Geert Wilders onwaarschijnlijk goed beheerst.
Een treffend voorbeeld was Prinsjesdag 2013. Waar andere politici nog hun best deden iets met inhoud te zeggen over de zojuist gepresenteerde miljoenennota deed Wilders niet de minste moeite: “Nederland ligt op zijn rug en dit kabinet geeft het een schop na”, was zijn eerste commentaar, om er via twitter aan toe te voegen dat het kabinet bestond uit “wereldvreemde amateurs”. Een paar dagen daarvoor had hij de premier al “een politieke autist” genoemd. Andere slogans die Wilders’ ooit gebruikte bij het beschrijven van miljoenennota’s waren: “Het is een eurofiel stuk” (2011) en “ flutstuk van het slechtste kabinet ooit” (2009). En laten we vooral het “u bent een hypocriet, miezerig mannetje” niet vergeten.
Het merendeel van zijn teksten is niet meer dan gebral. Maar laten we eerlijk zijn: het trekt je aandacht, het blijf hangen en het ontlokt je vaak ook nog eens een glimlach. Als je het zo beschouwd is Wilders een artiest, een groot artiest zelfs. Maar serieuzer dan dat, moeten we hem ook niet nemen.
Reageren? Graag!