Even een situatieschets. Rond het jaar 1960 ontdekte de Nederlandse Aardolie Maatschappij dat er onder de Groningse grond wat gas zat. Na een paar jaar onderzoek bleek dat er zoveel aardgas zat dat Nederland met recht de naam ‘Koeweit aan de Noordzee’ kon dragen. Al snel werd besloten de aardgasvelden te gaan exploiteren.
Sinds die tijd is een immens bedrag aan gasbaten de Nederlandse schatkist ingegaan. Allerlei dingen werden ervan bekostigd: F-16’s, de Betuwelijn en ook de hogesnelheidslijn naar België. Al met al hebben we sinds 1960 zeker zo’n 200 miljard euro uit de Groningse grond weten te trekken.
Juist daarom is het schrijnend dat de overheid de Groningers in de steek laat nu ze te maken krijgen met de logische gevolgen van gaswinning: bodemverzakking. Iets meer dan een miljard euro besloot minister Kamp ervoor uit te trekken om de Groningers te compenseren: een schijntje natuurlijk ten opzichte van wat we al aan ze verdiend hebben. En dat terwijl de Groningers al die jaren wel solidair met ons zijn geweest: wij mochten immers hun gas gebruiken.
En dat is dus waar ik me zorgen over maak. Diederik Samsom maakte met veel bombarie bekend dat hij de Groningers niet in de steek zou laten en solidariteit zou tonen. Maar de solidariteit van de socialistische PvdA (dat nota bene een grote achterban heeft in Groningen) blijkt dus niet meer in te houden dan een doekje voor het bloeden. Blijkbaar betekent solidariteit voor Nederlandse politici dat ze je best willen helpen, zolang je maar niets nodig hebt.
En anders? Dan laten ze je gewoon zakken.