Geen alledaags onderwerp. Was het een gedwongen keuze?
Gertine: „Haha… Nee. Anna kwam met het idee. Ik vond het mooi thema, omdat ik er weinig van wist. Het gedrag van mensen vinden we allebei interessant.”

Anna: „Toen ik eens over dwangstoornissen hoorde, leek het me wel wat voor een pws. Het is vrij onbekend. Het is ook lastig te begrijpen, omdat het iets in het hoofd van een patiënt is, iets psychisch. Zelf dacht ik: „Je hoeft toch niet per se iets dwangmatig te doen?” Waarom ze het dan toch doen, intrigeerde me.”

Wat is een dwangstoornis?
Anna: „Dat je een bepaalde handeling of gedachte van jezelf telkens opnieuw moet uitvoeren. Bijvoorbeeld omdat je denkt dat er anders iets ergs gebeurt. Zo hebben we een man geïnterviewd die zo’n beetje alle mogelijke dwangstoornissen had. Hij had controledwang, ademhalingsdwang, religieuze dwang en bleef met zijn ogen knipperen. Zo gaat het nog wel eventjes verder. Hij heeft een studie gedaan, maar is nu arbeidsongeschikt en uitbehandeld. Heel zielig.”

Gertine: „Of Lisanne van 21 jaar, die dwangmatige gedachten heeft dat ze lelijk is. Ze kijkt in elk raam en elke spiegel hoe ze eruit ziet.” 

Herkenden jullie jezelf niet ietsiepietsie in sommige beschrijvingen?
Anna: „Iedereen heeft wel dwangmatige dingetjes. Gedrag dat je altijd doet. Het moet wel erg zijn om het een dwangstoornis te noemen, anders zou haast iedereen in Nederland zo’n stoornis hebben.”

Gertine: „Ik heb ook wel bepaalde tics, ja. Gelukkig ben ik er niet meer dan drie uur per dag mee bezig, dus het is geen dwangstoornis.”

Nou, welke tics?
Gertine: „Ik ga bij spannende dingen, zoals een presentatie, ergens aan zitten plukken. Dat doe je onbewust, een soort dwanghandeling dus.”

Anna: „Ik heb een lichte vorm van smetvrees. Als mensen aan mijn eten hebben gezeten kan ik iets echt niet meer met smaak opeten.”

Wat blijft nu het meeste hangen van je eigen onderzoek?
Gertine: „Dat dwangstoornissen je hele leven kunnen aantasten. We interviewden voor ons onderzoek psycholoog Kees Roest. Hij vertelde van iemand die op z’n vroegst om 16.00 uur op een afspraak kon zijn. Ze moest eerst twee uur tandenpoetsen en twee uur douchen. Wat mij ook raakte was dat bij sommige dwangstoornissen de opvoeding een rol speelt. Zoals bij Lisanne. Haar ouders maakten negatieve opmerkingen en zeiden nooit dat ze er mocht zijn zoals ze was.”

Anna: „De persoonlijke verhalen van de mensen. Welke enorme invloed het heeft op iemands leven. Wat ook leuk was: dat je dingen herkent tijdens de biologieles of in het dagelijks leven. Zo van: „Hé, daar heb ik mijn pws over gedaan.””

En je ziet bij iedereen opeens zijn of haar vervelende trekjes?
Anna, grinnikend: „Dat valt mee. Het valt wel op als iemand een bepaald trekje heeft. Sommige leraren bijvoorbeeld. Maar ik ga niet iedereen een stoornis aanpraten.”

Gertine: „Nou, tegenwoordig valt het woord dwangstoornis bij ons thuis weleens. Vooral op een grappige manier dan. Zo zegt mijn vader: „Ik heb nu een dwanggevoel om de tafel op te ruimen.””