Geconcentreerd kijken Vince en Sem naar het speelbord voor hen. Twee legers staan tegenover elkaar. Rood (Sem) tegen blauw (Vince), oftewel de nummer 1 van het NK Stratego bij de junioren tegen de nummer 3. Met bijna onnavolgbare snelheid schuift het tweetal de stukken over het bord. Soldaten worden in stelling gebracht, maken rechtsomkeert en tikken een tegenstander aan voor een krachtmeting. Links en rechts sneuvelen er stukken. Het is spannend. Sem bijt op zijn nagels.
Bluf
Bij de broertjes Van Geffen vloeit er strategisch bloed door de aderen. Sem: „Het komt door papa. Hij was wereldkampioen Stratego in 1999. Daarom zijn wij het spel gaan spelen.” En dat bevalt goed! Het gezelschapsspel komt twee tot vijf keer per week op tafel. Meestal zijn de broertjes elkaars tegenstander. „Als de stukken in de rondte vliegen, wat heel af en toe gebeurt, is het de laatste keer voor die dag”, zegt pa Van Geffen grijnzend. Soms nemen ze het op tegen hun vader: zelden met succes.
Hun strategie? Afwachten. Niet vol in de aanval, maar het juiste moment kiezen om bepaalde stukken te slaan. Vince: „Door te verdedigen heb ik meer zelfvertrouwen.” Sem: „Wat ik ook weleens doe, is met één stuk heen en weer blijven lopen. De tegenstander wordt daar vaak helemaal gek van.” „Ja, na vijf of tien minuten gaat iemand vanzelf druk zetten en in de aanval”, vult zijn broer aan.
De tactiek bij Stratego bestaat ook voor een deel uit bluf en een verrassende opstelling, leggen de jongens uit. Vince: „Bluffen vind ik leuk. Dat je een sergeant dreigend naar voren zet, net alsof-ie een hoge rang heeft.”
De beide broers hebben een boekje waarin ze hun mogelijke opstellingen tekenen. Maar die laten ze natuurlijk niet aan elkaar zien. „Hoewel je op een gegeven bepaalde opstellingen van elkaar kent”, vertelt Sem.
Het favoriete speelstuk is voor beide Strategofanaten de maarschalk, de hoogste in rang. „Hoewel ik een verkenner ook razend handig vind”, vindt Vince.
Remise
Het potje Stratego blijft spannend. Wie wint er? Vorig jaar november –op het NK voor junioren– speelden de broers ook tegen elkaar. Toen werd het remise. Omdat Sem van de nummer 2 won en Vince daarvan verloor, gingen ze met goud en brons naar huis.
„Ik loop een kolo voor”, bezigt Sem een vakterm. Hij doelt op de kolonel. „Ook weet ik waar je zeven staat (majoor, MK).” Even later zijn de rollen omgedraaid en staat Vince voor. Maar Sem geeft niet op. Hij gaat flink tekeer –„rauzen”– in het veld van zijn broer en slaat zo diens laatste mineur. Het lijkt uit te lopen op gelijkspel.
„Accepteer je een...” probeert Vince. „Nee!” valt Sem hem fel in de rede. Híj heeft nog mineurs en kan de vlag nog veroveren. Niet veel later geeft hij zich alsnog gewonnen. De broederstrijd eindigt opnieuw in remise.
Dit is het eerste deel in een tweeluik over (strategische) gezelschapsspellen. Vrijdag 23 januari 2015 volgt deel 2. Tegelijk met de tweeluik organiseert Puntuit samen met 999 games een gezelsschapsspelactie, een wedstrijd waarbij je onder andere Carcassonne Big Box 2 kunt winnen.
Tien tactische tips van Vince en Sem
- Vlag op achterlijn: dan loop je het minste risico.
- Vlag tussen bommen: sluit een toevalstreffer door een alles-of-niets-poging grotendeels uit.
- Maak je maarschalk en generaal niet te snel bekend: als het wel bekend wordt, loop je het risico dat je tegenstander je op een plek aanvalt waar je je niet kan verdedigen.
- Wees een beetje zuinig met je verkenners: elk stuk dat van het bord verdwijnt is er een en later in het spel kunnen ze erg handig zijn.
- Bluffen is een belangrijk onderdeel van het spel, maak daar gebruik van: heerlijk om met een verkenner achter een majoortje aan te hollen en je tegenstander te zien zweten.
- Zet altijd een stalen gezichtop: al staat je tegenstander valk voor je vlag, doe net alsof er niets aan de hand is. Het is gevaarlijk als je tegenstander bloed ruikt.
- Spion niet altijd in de buurt van je generaal neerzetten: het is verrassender om de spion bijvoorbeeld een keer achter een kolonel te plaatsen.
- Val gerust met een majoor of kolonel aan: handig voor de nodige informatie en natuurlijk om stukken die lager in rang zijn teverslaan.
- Probeer zo min mogelijk te gokken: als je het toch doet, denk dan vanuit je tegenstander. Sta je achter en krijg je de gelegenheid voor een gok? Altijd doen, vaak krijg je in de partij geen tweede kans meer.
- Twee mineurs tegen een maarschalk wint altijd: dus niet meteen in paniek raken bij een (kleine) achterstand.