Binnenland

Van der Staaij (SGP) en het geschenk van de derde zetel

„Niet toevallig op mijn weg”

Door B. J. Spruyt
DEN HAAG – Er ging „een golf van ontroering” door de partij toen bekend werd dat de 29-jarige mr. C. G. van der Staaij alsnog de derde zetel mocht gaan bezetten. Voor Van der Staaij zelf is de kobaltblauwe kamerzetel zowel de vervulling van een jongensdroom als „een haast te zware verantwoordelijkheid” en „iets dat niet toevallig op mijn weg is gekomen”.

Als jong jurist, behorend tot de Oud Gereformeerde Gemeenten in Nederland, belandde Van der Staaij vorig jaar onverwachts op de derde plaats van de kandidatenlijst van de SGP.

Over de mogelijkheid dat de staatkundig gereformeerden die in 1994 verloren zetel op eigen kracht zouden heroveren, bestond weinig optimisme. Maar de kans dat ze die via reststemmen zouden krijgen, was zeker niet denkbeeldig. Maandenlang zweefde de SGP tussen hoop en vrees, tot op de verkiezingsavond zelf en zelfs nog daarna.

Want op de avond van de 6e mei schommelde de uitslag voortdurend heen en weer tussen de twee en drie zetels. Toen Van der Staaij 's nachts om half één naar huis ging, was 98 procent van de stemmen geteld en leek de SGP definitief te zijn uitgekomen op twee zetels. Thuis in Benthuizen luisterden Van der Staaij en zijn echtgenote Marlies van der Staaij-van Ree tot twee uur naar de radio. De uitslag veranderde niet.

„Voor mijzelf had ik wel argumenten om deze teleurstelling te verwerken. Ik bedacht dat veel verantwoordelijkheid mij bespaard zou blijven. Maar voor de SGP vond ik het natuurlijk wel heel erg dat er geen zetelvermeerdering in zat”.

Verrast
's Nachts om drie uur belde fractievoorzitter Van der Vlies: „Het is niet te geloven maar we hebben toch drie zetels”. Ook Van der Staaij was „volkomen verrast”, maar heeft 'm toch nog enkele dagen zitten knijpen. „Er waren zo veel mistellingen en correcties dat ik voortdurend een slag om de arm heb gehouden. En dat terwijl ik bedolven werd onder enthousiaste reacties, zowel telefonisch als schriftelijk. Iemand merkte volkomen terecht op dat er een golf van ontroering door de partij ging. We hebben die derde zetel als een bijzonder geschenk ontvangen”. Inmiddels heeft Van der Staaij zijn benoemingsbrief binnen en lijkt de zetel onbedreigd.

Zijn lidmaatschap van de Tweede Kamer is misschien ook wel een beetje de uitkomst van een jongensdroom. Het gerucht gaat in ieder geval dat hij als middelbaar scholier al eens moet hebben aangekondigd dat hij ooit voor de SGP in de Kamer zou komen. Of dat ten minste graag wilde. En dat hij eens heel boos is geweest omdat hij zo graag wilde stemmen maar dat vanwege zijn leeftijd nog niet mocht. Van der Staaij reageert lachend: „Dat kan ik me allemaal niet zo goed meer herinneren”.

Na zijn rechtenstudie belandde Van der Staaij bij de Raad van State, waar hij als stafjurist en, sinds april 1996, als adjunct-chefjurist werkzaam was. Dat werk, hoe mooi ook, schonk hem niet geheel de voldoening die hij zocht. „Het bezwaar was voor mij dat ik daar als jurist aan allerlei concrete zaken werkte die niet vanuit bijbelse grondslagen werden benaderd. Tegelijkertijd zag ik hoe de christelijke politiek het juist door allerlei juridische kwesties steeds zwaarder te verduren kreeg. Daarvoor wilde ik mijn gaven eigenlijk inzetten: voor de vrijheid om naar Gods Woord te kunnen leven”.

Roeping
Toch heeft Van der Staaij het kamerlidmaatschap nooit „actief geambieerd”. Hij beseft sterk dat de roeping om in de volksvertegenwoordiging het getuigenis van het Woord van God te laten klinken, „eigenlijk een bijna te zware verantwoordelijkheid is. Wat je gaven en eigenschappen verder ook mogen zijn, alleen het vertrouwen dat je tot dit werk bent geroepen, geeft je de moed en de steun om je schroom te overwinnen en de taak te aanvaarden”.

Bijzondere omstandigheden maakten de vraag naar zijn levensdoel voor Van der Staaij bijzonder actueel. Juist toen werd hij door de SGP benaderd. „Ik geloof dat het geen toevalligheid is dat mijn weg hiertoe heeft geleid”.

Hij heeft „veel respect” voor de zittende kamerleden Van der Vlies en Van den Berg en voelt zich „buitengewoon gemotiveerd om mijn schouders eronder te zetten”. Deze week hebben de drie SGP-kamerleden over de nieuwe taakverdeling gesproken. Zoals het er nu uitziet, krijgt Van der Staaij de zware departementen Justitie, Financiën, Sociale Zaken en Milieu in zijn portefeuille.

Van der Staaij gaat zich voorbereiden door zich de komende maanden grondig in te lezen. En hij gaat zich toeleggen op principiële verdieping. „Wat is op deze terreinen de toets die we moeten aanbrengen?” Ondertussen wordt hij overvallen door de media, die wel eens willen weten wie die jonge SGP'er is. Ook daar bereidt hij zich grondig op voor. „Want veel journalisten hebben de neiging uitsluitend de vragen te stellen die, als je niet oppast, een bepaalde karikatuur van de SGP alleen maar bevestigen”.

Andere nieuwkomers
in de Kamer:

Siem Buijs (CDA)
Judith Belinfante (PvdA)
Jan de Wit (SP)