Hoe passen miljarden lichtjaren in Genesis?
De Amerikaanse president Joe Biden publiceerde dinsdagnacht om 1.00 uur Nederlandse tijd de eerste foto van de James Webb ruimtetelescoop. De sterrenstelsels op de foto zouden volgens de astronomen licht uitstralen van 13 miljard jaar oud.
De Amerikaanse ruimtevaarorganisatie NASA noemt de plaat het Webb First Deep Field. Sommige sterrenstelsels op die foto liggen 13 miljard lichtjaar ver weg. Hoe is dit te rijmen met de Bijbelse scheppingsgeschiedenis?
Hoe komen astronomen aan die sterrenleeftijd van 13 miljard jaar oud?
De meeste astronomen gaan ervan uit dat het heelal 13,8 miljard jaar geleden is begonnen met een oerknal. Ze baseren die leeftijd op de gemeten afstanden in het heelal en de snelheid die het licht in een jaar kan afleggen. Zo berekenen ze vrij eenvoudig de ouderdom van het heelal.
Kloppen die gemeten afstanden wel?
Ja, daarover bestaat geen enkele twijfel. Net als over de meetmethoden. Die zijn dus feitelijk juist.
Maar hoe zit dat dan met de lichtsnelheid?
De lichtsnelheid is ook vrij eenvoudig vast te stellen. Dat is de snelheid van een lichtbundel die vanuit lichtbron A, via spiegel B weer terugkeert bij lichtbron A. Die lichtsnelheid is per definitie gelijk aan 299.792.458 meter per seconde. Een jaar telt 365,25 dagen x 24 uur x 60 minuten x 60 seconden. Deze getallen met elkaar vermenigvuldigd levert op dat licht in 1 jaar 9.460.730.472.580.800 meter, afgerond 9,46 biljoen kilometer, aflegt.
Maar dan is een sterrenstelsel op 13 miljard lichtjaar afstand toch gewoon 13 miljard jaar oud?
Inderdaad trekken de meeste wetenschappers deze conclusie. Maar dat is te kort door de bocht, vindt de Amerikaanse astrofysicus Jason Lisle. Wetenschappers weten alleen de snelheid van een heen-en-weer gaande lichtbundel, de zogeheten tweerichtingssnelheid. Deze doet bij sterren echter niet ter zake. Zij zenden hun eigen licht uit dat op aarde wordt opgevangen. Sterrenlicht legt die afstand dus af in slechts één richting: van ster A naar een waarnemer op aarde B.
Maakt het dan uit of het licht in een of twee richtingen beweegt?
Jazeker. Lisle heeft in zijn boek ”The Physics of Einstein” (2018) aangetoond dat de eenrichtingssnelheid van licht niet te meten is. Die kan 299.792.458 meter per seconde zijn, maar ook oneindig groot. Het is dus mogelijk dat het licht dat verre sterren uitstralen op hetzelfde moment op aarde terechtkomt. Einsteins speciale relativiteitstheorie verbiedt Lisles benadering niet. Dat concludeerde een seculiere wetenschapper als John Winnie in 1970 al .
Dus?
Lisles benadering heeft drie belangrijke consequenties. Alle gebeurtenissen in het heelal worden op aarde direct waargenomen, zonder enige vertraging van tijd, omdat licht ervan onmiddellijk de waarnemer op aarde bereikt. Ook doet de afstand tot de lichtbron in het heelal er niet toe. Ten slotte maakt de afstand van sterren tot de aarde niets uit voor hun leeftijd.
Hoe pakt dat dan in de praktijk uit?
Stel dat er op 13 juli 2022 licht van een sterrenstelsel op 13 miljard lichtjaar afstand op aarde valt.
Astronoom A volgt de gangbare benadering met de bekende tweerichtingslichtsnelheid van 299.792.458 meter per seconde (Poincaré-Einstein Synchrony Convention). Hij concludeert dat de lichtstraal 13 miljard jaar geleden is uitgezonden; het licht heeft er immers 13 miljard jaar over gedaan om de aarde te bereiken. Dat doen dus de astronomen van de NASA.
Astronoom B volgt de benadering van Lisle met de mogelijkheid van een oneindige eenrichtingssnelheid van licht (Anisotropic Synchrony Convention). Hij stelt vast dat de lichtstraal op 13 juli 2022 is uitgezonden; het licht bereikt immers direct de waarnemer op aarde.
Lisle: „Het is zinloos om te onderzoeken wie het goede antwoord heeft gegeven. Beide antwoorden zijn immers correct binnen hun gekozen benadering.”
Miljarden lichtjaren hebben dus niets met de ouderdom van sterren te maken?
Nee. Lichtjaren zijn een afstandsmaat en geen maat voor de ouderdom van sterren. Uit het Bijbelse scheppingsgeschiedenis kunnen we weten dat de sterren allemaal op de vierde dag zijn geschapen. Ze zijn dus allemaal even oud; volgens de Bijbelse chronologie ongeveer zesduizend jaar.
Sterren ontstaan dus niet vanzelf uit spontaan samentrekkende deeltjes, zoals de gangbare wetenschap beweert. Deze zienswijze is ook wetenschappelijk gezien onmogelijk; de tweede wet van de thermodynamica staat niet toe dat chaos spontaan transformeert tot orde.