Scholieren speciaal onderwijs doen voor het eerst examen
De Eben-Haëzerschool voor voortgezet speciaal onderwijs (vso) in Kapelle beleefde donderdag een historische dag. Voor het eerst in de geschiedenis deden leerlingen examen voor een officieel diploma.
„Ben je zenuwachtig?” informeert schoolleider Dick de Braal als Inge Moerdijk (19) uit ’s-Heer Hendrikskinderen voor de driekoppige examencommissie zit. „Niet echt”, antwoordt de goedlachse leerlinge. „Nou, meester André vanmorgen wel”, vertelt De Braal. „Omdat zíjn leerlingen vandaag examen doen.”
Op het scherm in het klaslokaal staat Inges powerpointpresentatie al klaar. De examenleerlingen hebben die zelf gemaakt – soms met wat hulp. Drie vragen moesten ze beantwoorden: wie ben ik, wat kan ik en wat wil ik.
Rond december begon meester André Boeder in zijn klas al met de voorbereiding van de eindopdracht, hun persoonlijke presentatie. „Ja, dat kost tijd.” Bovendien liepen de leerlingen een paar dagen per week stage.
Examens zijn nieuw voor de Zeeuwse school. Voorheen verlieten leerlingen de school alleen met een certificaat en getuigschrift. Maar vorig jaar maakte onderwijsminister Arie Slob het mogelijk dat ook vso-leerlingen een erkend diploma kunnen krijgen. Niet alle middelbare scholen voor speciaal onderwijs organiseren nu gelijk examens; de Eben-Haëzer greep die kans wel. „Wij gunnen dit onze leerlingen”, zegt juf Loes Coppoolse, intern begeleider en lid van de examencommissie.
„Een diploma geeft onze leerlingen eigenwaarde”, stelt schoolleider De Braal. „Voor hen is het geen papiertje om een vervolgopleiding te starten, maar het geeft een gevoel van: ik hoor erbij. En dat verdienen ze.”
Tegen Inge: „Jij hebt je presentatie vast heel goed voorbereid.” De jongedame knikt hard. Ze vertelt over zichzelf, haar ouders en haar broer die al uit huis is, maar nog geregeld komt eten. Van haar hobby’s laat ze foto’s zien: paardrijden, zwemmen, in de tuin werken, diamond painting, zingen en vissen vangen. „Wat heb je daar op je hoofd?” vraagt De Braal, wijzend op de plaat met het paard. „Een cap”, weet Inge. Waarvoor die is? „Bescherming.” De leerkrachten zijn niet snel tevreden. „Wat beschermt zo’n cap dan precies?”
Zwemdiploma
Engels blijkt Inges favoriete vak en dus schakelt de commissie even over op die taal. Wat ze vanmorgen gegeten heeft? „Bread. Met cheese.” En waar? „Aan de table.” Ook de kennis over EHBO zit wel snor. Op de vraag wat je moet doen met een gewond persoon, somt de leerlinge keurig op: „Ten eerste moet je op je eigen veiligheid letten. En dan moet je…”
„Het ging goed hoor”, knipoogt meester Boeder als het gesprek erop zit. „Dus ik ga ervan uit dat ik… ehh…?” begint Inge. Nee, ’s avonds wordt ze pas gebeld met de uitslag. Eerst volgt er een serieuze bespreking over de eindscore. Naast de presentatie en het eindgesprek weegt daarbij ook het portfolio van de leerling mee. In een map hebben de docenten daarvoor allerlei papieren verzameld: zwemdiploma’s, een certificaat voor het opzeggen van de tien geboden, een veterstrikdiploma.
Avondmaal
Na de lunchpauze rijdt Harmjan Scherrenburg (19) uit ’s-Gravenpolder met zijn scootmobiel het lokaal binnen. Examen doen geeft hem een „gezonde spanning.” In zijn powerpoint staan dertien kernkwaliteiten. Zo noemt de leerling zichzelf onderzoekend, want hij vogelt uit of er op de ene dag meer auto’s met een bepaald kenteken rondrijden dan op de andere. „Voor jezelf opkomen, geef daar eens een voorbeeld van?” vraagt juf Loes. „Als er iets gebeurt wat ik niet leuk vind, dan geef ik dat aan”, zegt de leerling.
Hij houdt van kerkgeschiedenis, christelijke muziek en gezelschapsspelletjes. Vorig jaar heeft hij belijdenis gedaan. „De dominee had een goede preek gemaakt.” Daarna ging hij ook aan het heilig avondmaal. Eigenlijk wilde hij dat al langer. Toen het zover was, merkte hij: „Ik kon beter herdenken dan daarvoor.”
Door de examenspanning presenteerde de leerling wat minder spontaan, constateert de commissie als Harmjan het lokaal uit is. Toch haalt hij voor bijna elk onderdeel het hoogste aantal punten. Ook bij godsdienstige vorming kruist De Braal de hoogste score aan, al doet dat niet helemaal recht. „Een leerling die op zijn eindexamen vertelt dat hij de Heere Jezus liefheeft – dat is niet in een cijfer te vangen.”