Debacle vogelgriep op de Veluwe staat voor de deur
In de regio Barneveld zijn in ruim een week tijd vijf pluimveebedrijven getroffen door de vogelgriep. Is een herhaling van het dramatische vogelgriep-seizoen van 2003 mogelijk?
Bij twee pluimveebedrijven in Lunteren en een in Voorthuizen is de vogelgriep ontdekt. Volgens het ministerie van Landbouw, dat woensdagochtend met het nieuws naar buiten kwam, worden de ruim 300.000 kippen op de bedrijven geruimd door de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA), om verdere verspreiding van de ziekte te voorkomen. In een straal van een kilometer rond de getroffen ondernemingen liggen nog vijf pluimveebedrijven. Ook dieren die daar worden gehouden, worden uit voorzorg gedood. Om hoeveel dieren dat gaat, is niet bekend.
Er zijn nu vijf besmettingen met vogelgriep in de regio Barneveld in een week tijd, na twee eerdere besmettingen in maart. Peter Koelewijn is directeur van Rondeel Barneveld, een pluimveebedrijf dat zorgt voor eieren die horen bij de „diervriendelijkste die je kunt kopen” (Milieu Centraal). De Rondeel van Koelewijn ligt binnen een straal van drie kilometer van het besmette bedrijf in Voorthuizen. „Dat betekent dat er woensdagmiddag monsters zijn afgenomen door de NVWA om te kijken of hier de vogelgriep ook is binnengekomen,” zegt Koelewijn. „Binnen 24 uur krijgen we de uitslag. Als die positief is, worden al onze kippen geruimd.”
Zorgen
Ook bij een negatieve test is Koelewijn nog niet uit de brand. Zijn kippen kunnen preventief geruimd worden, wanneer een besmet bedrijf binnen een straal van een kilometer komt. „Zelfs als dat niet gebeurt, blijven de problemen en de zorgen groot. Onze eieren mogen momenteel nergens heen. Het bedrijf ligt helemaal stil voor tenminste 72 uur en zolang er geen nieuwe besmettingen in de regio worden opgespoord. Ondertussen blijven de eieren zich opstapelen. Dus linksom of rechtsom: een debacle staat voor de deur.”
In de regio Barneveld zijn honderden pluimveehouderijen gevestigd. Veel van deze bedrijven kampen met dezelfde problemen als Koelewijn. Voor Rondeel zijn de druiven extra zuur, zegt Koelewijn, omdat zij zelf hun eieren kunnen inpakken. Daarmee wordt het risico op besmetting „van buiten” aanzienlijk verkleint, meent hij.
„Bij ons is de keten dus heel kort. Onze manier van werken is ontstaan naar aanleiding van het dramatische vogelgriep-seizoen van 2003. De stal is erop gericht om risico”s zoveel mogelijk buiten te houden terwijl de kippen - binnen - veel vrijheid hebben. Maar als je vooruitstrevend bent, pas je niet in de wet van gisteren. Er zou nieuwe wetgeving moeten komen voor bedrijven als de onze, maar zoiets moet EU-breed geregeld worden. En dat duurt erg lang.”
Kees de Jong, voorzitter van de vakgroep Pluimveehouderij van belangenorganisatie LTO/NOP „hoopt en verwacht” dat het toenemende aantal besmettingen nog te stoppen is. „We hebben eerder gezien dat er twee weken na stormachtig weer, zoals begin april, een piek te zien is. Vervolgens doofde dat uit en kon het onder controle gehouden worden. Maar in deze regio zitten de bedrijven dicht op elkaar, dat maakt het spannend.
Uit de lucht
Het is nog onduidelijk hoe de recente besmettingen in de Gelderse Vallei tot stand zijn gekomen, meldt het ministerie van Landbouw. Doorgaans worden besmettingen veroorzaakt door zieke wilde watervogels. Maar de regio Barneveld „betreft een pluimveedicht gebied waar relatief weinig watervogels komen”. Minister Staghouwer heeft de Deskundigengroep Dierziekten daarom gevraagd of er extra maatregelen mogelijk zijn om verdere verspreiding te beperken.
Wanneer het over de vogelgriep gaat, gaan de gedachten al snel terug naar het dramatische vogelgriep-seizoen van 2003, toen uiteindelijk 30 miljoen dieren zijn doodgegaan of gedood. Zo”n vaart loopt het nu echt nog niet, zegt De Jong. „Destijds wisten we nauwelijks waar we mee bezig waren, vergelijk het met de eerste coronaperiode in het voorjaar van 2020. Uit „2003” zijn veel lessen getrokken: we nemen nu veel meer voorzorgsmaatregelen, zoals vrachtwagens continu ontsmetten en collega”s waarschuwen wanneer je vermoedt dat eigen dieren ziek zijn. De sector staat er heel anders voor dan in 2003.” Volgens Koelewijn is de „druk van buitenaf” nu echter enorm. „Daarmee bedoel ik de vogelgriep die onder wilde vogels rond gaat. Dat is echt gigantisch. Ze vallen zo uit de lucht, dat heb ik nog nooit meegemaakt. Wat dat betreft vind ik dat de sector de vogelgriep nog knap buiten heeft weten te houden.”
Vaccineren
Binnen de sector gaan steeds meer stemmen op om kippen te vaccineren tegen het agressieve vogelgriepvirus H5. Volgens viroloog en vogelgriepexpert Thijs Kuiken is dat echter een „tussenoplossing”, zegt hij in de Barneveldse Krant. „De duurzame aanpak is: zorg voor minder bedrijven dicht op elkaar.” In de 10-kilometerzone rond het besmette bedrijf in Voorthuizen liggen bijvoorbeeld al 232 andere pluimveebedrijven. Koelewijn is echter niet overtuigd. „Een opfokbedrijf van ons is eens geruimd omdat we op 800 meter van een besmet bedrijf zaten. Toch hadden wij geen enkele besmetting. Hygiëne is het meest belangrijk, wellicht in de toekomst gecombineerd met vaccinatie, waarmee dit jaar overigens al een proef volgt. Maar: het virus kan altijd een keer per ongeluk op een laars zitten. 100 procent waterdicht wordt een bedrijf nooit.”