Een kopie van de reconstructie van het hoofdje van het Meisje van Nulde, de 4-jarige Rowena Rikkers uit Dordrecht, moest namelijk tijdens de perspresentatie uit de vitrine worden gehaald. Dit gebeurde op gezag van de persofficier van het parket in Zutphen. Het museum had het hoofdje van het Nederlands Forensisch Instituut (NFI) gekregen. Het diende als voorbeeld van een moderne opsporingsmethode.

Het NFI had contact gehad met het parket in Zutphen, dat toestemming had gegeven, aldus een woordvoerder van het museum. Maar tijdens de presentatie kreeg het museum een telefoontje van de persofficier van het parket met de opdracht het hoofdje te verwijderen.

Volgens het museum en het NFI was er sprake van een communicatiefout. Het parket in Zutphen achtte het niet geschikt om het hoofdje vóór de zitting te presenteren, omdat de zaak nog loopt.