Het kan het verschil maken tussen wel of geen sinterklaasavond. Of het stukje vlees bij het avondeten. Babykleertjes en schoolspullen zullen ook niet goedkoper worden, reageren verschillende oppositiepartijen woensdagavond tijdens het debat over de kinderbijslag.

Het demissionaire kabinet verdedigt in het debat het plan om de kinderbijslag in 2022, 2023 en deels in 2024 niet te laten stijgen. Normaal gesproken stijgt de kinderbijslag twee keer per jaar, omdat bijvoorbeeld de prijzen van de boodschappen hoger uitvallen. Recent zijn de energietarieven behoorlijk omhoog gegaan, maar ook een ritje met het openbaar vervoer of een kopje koffie buiten de deur wordt jaarlijks duurder. De komende tweeënhalf wordt de kinderbijslag niet verhoogd om de stijgende prijzen te compenseren, als het aan de regering ligt. Gezinnen met kinderen lopen daardoor 17 tot 50 euro per jaar mis.

Het voorstel moet de komende vier jaar zo’n 100 miljoen euro per jaar opleveren, in totaal ruim 400 miljoen euro. Die opbrengst wil staatssecretaris Wiersma (Sociale Zaken) gebruiken om te investeren in betere dienstverlening door uitvoeringsorganisaties, zoals het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (UWV) en de Sociale Verzekeringsbank (SVB).

Een nobel doel, vindt ook de oppositie, maar niet ten koste van kinderen en gezinnen. Intrekken dat plan, is het standpunt van alle fracties die geen deel uitmaken van de coalitie. „Het gezin is de hoeksteen van de samenleving, maar het kabinet struikelt erover”, aldus SGP-Kamerlid Stoffer.

Armoede

De cijfers over armoede onder kinderen spreken boekdelen, vinden de oppositiepartijen. Een op de tien kinderen groeit op in armoede, houdt PvdA-Kamerlid Van Dijk de staatssecretaris voor die ook verantwoordelijk is voor het armoedebeleid in Nederland. Het aantal kinderen dat bij de voedselbank komt, is gestegen van 32.000 naar 37.000 in de afgelopen drie jaar, memoreert zelfstandig Kamerlid Omtzigt. „Dit wetsvoorstel lijkt nergens op”, vindt hij.

VVD, D66, CDA en CU steunen het plan niet van harte, maar houden vast aan de afspraken die er zijn gemaakt tussen de coalitiepartijen. VVD-Kamerlid Tielen staat naar eigen zeggen „niet te juichen” om het wetsvoorstel te steunen, maar in samenhang met een aantal andere plannen vindt ze het „aanvaardbaar.” De VVD’er wijst onder andere op het betaald ouderschapsverlof dat dit jaar is uitgebreid. Het voorstel moet ook in samenhang worden gezien met het geld dat het kabinet de afgelopen drie jaar juist extra uitgaf aan kinderbijslag, vinden de coalitiepartijen.

Eén toezegging wilde staatssecretaris Wiersma de Kamer doen. Als de prijzen sneller stijgen dan de prognoses waar het wetsvoorstel van uitgaat, zal voor dat extra deel de kinderbijslag de komende jaren alsnog iets omhoog gaan. Dat scenario ligt voor de hand, omdat mede vanwege de hogere energieprijzen de kans is toegenomen dat de prijzen de komende jaren hoger uitvallen.

Het is nog onzeker of het wetsvoorstel überhaupt een meerderheid haalt in de Eerste Kamer. Alleen de coalitiepartijen verklaarden zich tijdens het debat voorstander van het plan. VVD, D66, CDA en CU bezetten in de Eerste Kamer 32 van de 75 zetels.