Een vrouw uit Haïti die vertelt hoe de vloer van haar woning werd weggevaagd. Rina Molenaar, bestuurder bij Woord en Daad, zag het verhaal afgelopen weekend voorbijkomen. Het drama tekent de chaos in delen van Haïti, vertelt Molenaar maandagochtend. De aardbeving zaterdag, met een kracht van 7,2 op de schaal van Richter, heeft in het zuidwesten van Haïti al zeker zo’n 1300 mensen het leven gekost. Duizenden huizen zijn ingestort. „De ravage is enorm. Op tal van plekken zijn stukken aarde weggeslagen”, zegt Molenaar.

Woord en Daad is sinds decennia actief in Haïti, „het armste land van het westelijke halfrond.” De christelijke organisatie biedt via partnerorganisatie Parole et Action hulp aan zo’n 5600 sponsorkinderen en runt er pakweg veertig scholen. Tot opluchting van Molenaar kreeg ze tot op heden geen berichten over slachtoffers onder de sponsorkinderen en hun families. Ook lijken al de scholen te zijn gespaard.

De komende dagen wil Woord en Daad noodhulp verlenen in het zwaargetroffen land. „Denk aan het bieden van voedsel en onderdak.”

De vrees bestaat dat een naderende tropische storm, Grace geheten, voor nog veel meer problemen zorgt. „De ravage kan dan nog groter worden”, zegt Molenaar. „De tropische storm kan de hulpverlening ernstig in de weg zitten. Veel slachtoffers van de aardbeving kun je niet snel even elders onderbrengen.”

Tyfoon

Op de langere termijn wil Woord en Daad in Haïti hulp verstrekken bij het „herbouwen van de gemeenschap”, legt Molenaar uit. „Daarbij willen we mensen weerbaar maken.” Ze noemt inspanningen van Woord en Daad op de Filipijnen als voorbeeld. „Daar richtte een grote tyfoon in 2013 forse schade aan. In de periode daarna hebben we woningen steviger gemaakt. Die bleven bij latere zware stormen gelukkig overeind. Ook maakten we evacuatieplannen, waarbij mensen in geval van een natuurramp kunnen schuilen in bijvoorbeeld een stevig kerkgebouw. Dergelijke projecten proberen we ook in Haïti van de grond te krijgen. Dat is hard nodig, ook met het oog op de klimaatverandering.”

De ene na de andere rampspoed treft het straatarme Haïti, in 2010 ook al getroffen door een verwoestende aardbeving. Anarchie heerst in het land, zeker nadat vorige maand president Jovenel Moïse werd vermoord.

Voedseltekort

Molenaar merkt dat de rampspoed in Haïti ook de christelijke achterban in Nederland beroert. „Mensen met een sponsorkind vragen hoe ze hulp kunnen bieden. Er wordt onder meer in kerken gebeden voor het land.”

Ook Tear Fund Nederland wil de getroffenen in Haïti de helpende hand bieden, zegt Willem Klaassen, programmacoördinator van Haïti, maandagmorgen. Via partnerorganisaties in het land wil Tear Fund onder meer goed drinkwater leveren. „Als het mogelijk is, willen we eenvoudige tenten bieden aan mensen die geen huis meer hebben. Ook willen we de eerste dagen zorgen voor goede hygiëne voor getroffenen.”

In Haïti is Tear Fund betrokken bij landbouwprojecten waar honderden boeren aan meedoen. Sommige mensen die in die projecten participeren hebben de aardbeving niet overleefd. „De impact van deze aardbeving is enorm.”

De aardbeving en mogelijk ook de naderende tropische storm zullen leiden tot voedseltekorten, vreest Klaassen. „Als bijvoorbeeld een schuur is ingestort of landbouwmaterialen zijn verwoest, wordt het lastiger de oogst binnen te halen. Bovendien is in delen van Haïti de infrastructuur enorm beschadigd. Zo hoorde ik dat een brug is ingestort. Daardoor wordt de aanvoer van voedsel bemoeilijkt. Bedenk dat mensen elkaar ook nog eens moeilijk telefonisch kunnen bereiken.”

Versteviging

Ook Klaassen wijst op het belang van versteviging van woningen in het door natuurgeweld getroffen land. „Zorg dat huizen orkanen en aardbevingen kunnen doorstaan.” Maandagochtend zou het christelijke noodhulpcluster zich beraden op een gezamenlijke hulpactie voor Haïti. In dat cluster participeren Woord en Daad, EO Metterdaad, Tear Fund, Red een Kind, Dorcas en ZOA.