Ze leven in Nederland, maar hun familie woont in Israël. De christen Palestijn Nabil en de Joodse Matanja over hun hoop op duurzame vrede. Twee persoonlijke visies waarvan een samenvatting te zien was op RD Actueel.
Nabil Sahhar (63), Den Ham (Ov.)
Wat doet de oorlog in Israël met u?
„Die verscheurt mij. Ik leef in twee werelden gelijk. Mijn familie woont daar, ik woon in Nederland. Mijn familieleden zijn nu veilig, maar ze maken zich wel zorgen. Vooral over gewapende kolonisten die Palestijnse gebieden in blijven trekken. Dat zorgt voor de nodige druk op de mensen daar. Ik voel mij machteloos hier in Nederland.
Diep in mijn hart denk ik: Alles wat daar gebeurt, is zinloos geweld. Ik keur het af. Het is zo onnodig. Ik vergelijk de oorlog in Israël wel eens met de Eerste en Tweede Wereldoorlog in Europa. Ik ben in Normandië geweest. Ik heb die duizenden graven gezien. Uiteindelijk is er in Europa vrede gekomen. Maar is het echt nodig om miljoenen levens te offeren om vrede te krijgen? Ik geloof dat in het land van vrede, vrede zeker zal komen.”
Hoe kijkt u als christen naar de situatie?
„Ik ben opgevoed als christen in een moslimtraditie. Palestijnse christenen vormen maar 5 procent van de bevolking in Israël. Ons kernwoord is: vergeving. Altijd de ander, ook je vijand, recht in de ogen te kijken. Hem niet demoniseren. Continu te bedenken: dit is ook een vader, dit is ook een kind van iemand. Elk leven telt, ook dat van de Israëliërs.
Ook ik ben slachtoffer van Israëliërs. Ik gaf les aan de universiteit van Nablus over Palestijnse architectuur. Ik probeerde iets op te zetten om die architectuur te behouden. Volgens Israël was ik met politiek bezig. Daarom kreeg ik drie dagen om het land te verlaten.
Toch heb ik geen haat in mij. Ik heb gelukkig de kracht gekregen om anderen te willen vergeven. Het doet mij pijn als ik mensen hoor zeggen dat alle Palestijnen de Joden haten. Ik kan u vertellen: Dat is niet waar.”
Het is niet de eerste keer dat dit conflict oplaait.
„Wij hoppen inderdaad van incident naar incident. Nu denkt de wereld dat er weer vrede is in Israël. Maar de oorsprong van het probleem is nog niet weggenomen. En dat is de bezetting van Palestijnse gebieden door kolonisten.
Wij Palestijnen willen, net als ieder ander volk, leven in een vrij land, in een eigen staat. Wij hebben in 1993 Israël erkend als een zelfstandige staat in het Oslo-akkoord. Wij hebben toen afgesproken dat slechts 22 procent van het land Palestijns zal zijn: de westelijke Jordaanoever, de Gazastrook en Oost-Jeruzalem als hoofdstad. Dat was voor ons een heel groot historisch compromis waar we heel blij mee waren.
Maar in de praktijk is die 22 procent voor Israël niet genoeg. Het land heeft een half miljoen Israëliërs geëxporteerd naar de Westelijke Jordaanoever, de Westbank. Die hebben daar nederzettingen gebouwd en wegen aangelegd die alleen voor Israëlisch gebruik zijn. Dus er is frustratie bij de Palestijnen. Nu is dat vat tot ontploffing gekomen. De vraag is: Wie gaat Israël stoppen? Het kan niet zo zijn dat die landpikkerij van Israël kan doorgaan.
In de vorige eeuw hebben wij in vrede samengeleefd in Palestina: 80 procent moslims, 10 procent Joden en 10 procent christenen. Dus wij weten hoe het is. Toen het zionisme is gekomen, is het allemaal veranderd.
We hebben gehoopt dat er een tweestatenoplossing zou komen. Maar omdat Israël nu al meer dan 40 procent van de ons beloofde Westbank bezet heeft, is die oplossing ver weg. Het is zoiets als: we zullen de cake eerlijk verdelen, maar ondertussen eet Israël vast van de cake. Dat kan niet.
Hier is geen sprake van zomaar willekeurige haat tegen elkaar. Integendeel. In de ‘mixsteden’ Haifa, Akko en Jaffa werken we samen. Ik weet daar een Israëlisch ziekenhuis waar 80 tot 90 procent Palestijns personeel werk. Dus als volk kunnen we prima samenleven, dat weet ik zeker. Wij zijn ook uit Abraham ontsproten, wij zijn dus in zekere zin neven van de Joden.
De vraag is, ook aan christenen en aan iedereen die van Israël houdt: Wat doe jij? Blijf je net als fanatieke organisaties als Christenen voor Israël vierkant achter Israël staan? Dan help je niemand. Dan houd je het monster dat het huidige Israël is, in stand.”
Een monster?
„Israël is het verwende kind van het Westen. Niemand durft Israël aan te pakken. Geen enkel kritisch geluid wordt getolereerd. Europa is verlamd door haar geschiedenis. Wat er allemaal gebeurd is in de Tweede Wereldoorlog met het Joodse volk is echt verschrikkelijk. Antisemitisme is iets typisch Europees. Het is niet iets van het Midden-Oosten. Het is vanuit Europa geëxporteerd naar het Midden-Oosten.
Ik geloof echt dat Joden en Palestijnen in Israël door één deur kunnen. We kunnen wel met elkaar leven in één land. Maar de oneerlijkheid moet stoppen. Een voorbeeld: ik woon hier in Den Ham omdat ik met een Nederlandse vrouw ben getrouwd. Dat was voor Israël reden om mij mijn geboorterecht te ontnemen. Dus ik kan alleen nog maar als toerist naar Palestina, ik kan nooit meer in mijn geboorteland wonen.
Terwijl een Joodse Nederlander, die nog nooit het land heeft gezien, het recht heeft om zich in Israël te vestigen. Alleen omdat hij van Joodse afkomst is. Zulke oneerlijkheid verdraag je een paar jaar, maar op een gegeven moment komt dat tot ontploffing. En om dat soort ontploffingen te voorkomen, hoop ik dat Europa Israël eindelijk eens tot de orde roept.”
Hoe kijkt u dan naar Hamas?
„Hamas is gewoon een politieke partij, islamitisch geïnspireerd. Alle volken hebben het recht tot verzet. Dat heeft Hamas ook. Maar dan moet je het niet gelijk als een terroristische organisatie neerzetten. Elke verzetsbeweging is in feite terroristisch. De partij van Arafat is ook zo begonnen, maar is nu een vredespartij. Dat kan met Hamas ook.”
Heeft u hoop voor Israël, ook voor jongeren die er wonen?
„Mijn generatie is het niet gelukt om de vrede te bewerkstelligen. Ik hoop dat de jonge generatie dat wel gaat lukken. Ik weet dat die vrede eenmaal komt. De vraag is: wanneer en met welke prijs? Hoeveel bloedvergieten moet er nog komen?
Iedereen zegt: Wat een ingewikkeld conflict. Het is helemaal niet zo. Geef ons een Palestijnse staat. Haal de Israëlische nederzettingen op de Westbank weg. Zorg voor een creatieve verbinding tussen de Westbank en Gaza. Dan krijg je een prachtig land waar mensen in vrede met elkaar leven. Daar kan de Messias komen, niet in dit verscheurde land.”
Matanja Hagbi (22), Amsterdam
Hoe kijkt u naar de oorlog in Israël?
„Ik vind het ook zorgwekkend. Als ik van mijn familie in Israël hoor hoeveel raketten er weer zijn afgeschoten van beide kanten, maak ik mij zorgen. Ik wil graag dat Israël een plek is waar het veilig is voor iedereen om te wonen. Daarom ben ik er ook op tegen dat die raketten worden afgeschoten, ook van de Israëlische kant vandaan.
Het probleem met raketten is dat er ook veel onschuldige burgers worden getroffen. In de Gazastrook raken we niet alleen Hamas, maar ook veel burgers. Hamas is en blijft een terroristische organisatie. Natuurlijk moeten we van terrorisme af, ik weet alleen niet of dit de manier is waarop dat moet gebeuren. Raketten zijn niet de oplossing; de dialoog is dat wel.”
Krijgt u als Jood veel reacties?
„Valt wel mee. We hebben het er veel over binnen de Joodse kring waarin ik mij bevind. Ook met Nederlandse vrienden spreek ik er wel over, maar het is niet zo dat ik er op straat over wordt aangesproken. Zo Joods zie ik er ook niet uit.
Het voelt nu of alsof de Palestijnse kant in Nederland veel aandacht krijgt in de media. Die is er minder voor de Israëlische kant van het verhaal. Het is ook heel lastig om er een goed item over te maken. Omdat het lastig is om genuanceerd over de kwestie te praten. Er is zoveel gebeurd; dat is niet in één artikel samen te vatten.
We voelen toch wel een soort angst vanwege de raketten die onze kant op komen. Maar in de Joodse en Israëlische kringen bespreken we toch vooral dat we niet achter de overheid staan. Beetje jammer dat we allemaal over één kam worden geschoren. Als je zegt: Ik ben Joods of ik ben een zionist, worden er al snel associaties gemaakt die vaak niet kloppen. Zoals bijvoorbeeld dat we geen Palestijnen in Israël willen, dat soort dingen. Maar dat geldt echt niet voor de meesten.
Zionisme betekent dat Joden recht hebben op een eigen staat. Een plek waar Joden veilig zijn. Daarom kwam die ook na de Holocaust. Maar het gaat wel wat verder dan dat. In Israël liggen de wortels van ons volk. We hebben het recht om er terug te komen. Dat is alles.
Er zijn verschillende stromingen binnen het zionisme. Er zijn bijvoorbeeld ook evangelische zionisten, dat zijn christenen die willen dat alle Joden naar Israël gaan zodat de Messias kan komen. Ik noem mij zelf een sociaal zionist: dat wil zeggen dat in principe iedereen in Israël zou moeten kunnen wonen.”
Dus ook de Palestijn en de Israëliër gebroederlijk naast elkaar?
„Ja, maar het gaat heel veel vergen. Er moeten eerste andere leiders komen. Op dit moment profiteren de leiders van beide kanten van deze oorlog. Premier Netanyahu bijvoorbeeld hamert heel erg op veiligheid. Dus hij wil het graag onveilig hebben, zodat hij meer stemmen kan krijgen. De Palestijnse Autoriteit en Hamas krijgen nu veel steun vanuit Syrië en Rusland. En Amerika ziet in deze oorlog kansen om wapens te verkopen. Al die leiders profiteren ervan.
Als er een harmonieuze samenleving komt, dan moet het vanuit de mensen zelf komen, anders komt het er niet. Dus gewoon de twee bevolkingen die met elkaar in gesprek gaan. Maar de media maken dat nu praktisch onmogelijk, omdat die de demonisering aan allebei de kanten aanjagen. Daardoor krijg je die verkeerde associaties dat de ene kant de andere kant weg wil hebben. Dat is echt niet zo.”
Zou jij persoonlijk in Israël kunnen samenleven met Palestijnen?
„Ja, zeker. Ik heb nog geen plannen om naar Israël te verhuizen, maar als dat wel het geval zou zijn, zou ik daar zeker met Palestijnen willen wonen. De Thora schrijft ons voor dat we als Joden het voorbeeld moeten zijn voor de rest van de wereld. Daarom helpen we ook heel veel in de Palestijnse gebieden, onder andere met hulpgoederen. Er zijn ontzettend veel Palestijnen die dagelijks de grens passeren omdat ze een baan hebben in bijvoorbeeld een Israëlisch ziekenhuis. Die kanten hoor je niet in de media, maar persoonlijk kijk ik dus juist uit naar een samenleving waarin we er met elkaar een mooie staat van kunnen maken.”
De Palestijnen zeggen dat Joden juist Palestijnse gebieden inpikken.
„Ik ben ook niet voor die Israëlische nederzettingen daar. Maar ook dat verhaal ligt genuanceerd. Nederzettingen worden over het algemeen alleen gebouwd op plekken waar nog niemand woont. Dan heb ik er ook weer niet zo heel veel op tegen. Maar als er akkoorden zijn getekend, dan moet je je daar wel aan houden.”
Heb je hoop dat er in de toekomst iets gaat veranderen?
Twijfelend: „Op zich wel. Maar het hangt van zo veel factoren af. Van de bevolking zelf, van hun leiders, van de media. Er is mij geleerd dat ik altijd hoop moet blijven hebben. Maar het begint wel langzaam weg te zakken.”
Is er kans op verzoening of vergeving?
„Ik weet niet of vergeving op de agenda hoort te staan. De dingen die nu gebeuren, zijn gebaseerd op wat er vroeger is gebeurd. Het lijkt mij dat we veel beter kunnen nagaan wat er nodig is om weer samen verder te gaan, dan dat we nagaan wat we elkaar moeten vergeven. Anders raken we geobsedeerd door de geschiedenis en dat helpt niet.”