In zes uur tijd de inboedel van een president weghalen, de spullen van de nieuwe binnenbrengen én op hun plaats zetten. Tot de tandenborstel en het scheerzeep toe. De verhuizing van de gaande en de komende man in het Witte Huis is een militaire operatie.
Op de dag waarop een president aantreedt, zwaaien precies om 12.01 uur de poorten van de ambtswoning open en rollen de verhuiswagens met bezittingen van de nieuwe Amerikaanse leider en zijn familie binnen. Ze parkeren bij de ene zij-ingang, terwijl er andere vrachtwagens staan bij de andere om de spullen van het gezin van de aftredende president in te laden.
Eerder dan dat tijdstip kan niet begonnen worden met de megaoperatie. Tot aan twaalf uur die dag is het Witte Huis het thuis van de president die vertrekt. Zodra de nieuwe president de eed op de grondwet heeft afgelegd, is 1600 Pennsylvania Avenue zijn nieuwe adres.
Terwijl de vertrekkende president ’s morgens bij het scheren en douchen blindelings naar de scheerzeep en douchegel kon grijpen –alles stond nog op de vertrouwde plek– moet de nieuwe man ’s avonds zijn tandenborstel direct kunnen vinden. Alsof hij er al jaren woont.
In zes uur tijd moet de verhuizing zijn afgerond en de inrichting van het Witte Huis zo zijn dat die voor de presidentiële familie vertrouwd aanvoelt. Dat vergt een strakke planning en een commandoachtige aansturing. De leiding van de operatie ligt in handen van de chef-bode. Hij zorgt ervoor dat iedereen weet wat hij of zij moet doen. Op plattegronden en tekeningen is precies aangegeven waar wat moet staan of hangen. Muren moeten zijn geverfd of behangen in de kleuren die de president en zijn vrouw hebben gekozen, desgewenst moeten er nieuwe tapijten zijn gelegd en eventueel moeten wanden zijn weggebroken of geplaatst.
Wanneer aan het einde van de middag het eerste deel van de plechtigheden is afgerond en de nieuwe president het Witte Huis betreedt, dient de klus te zijn geklaard. De kleding en de schoenen van de nieuwe leider, zijn vrouw en eventuele kinderen moeten keurig een plaats hebben gekregen in de kasten. De boeken in de bibliotheek zijn op dezelfde manier gerangschikt als de president is zijn vorige huis gewend was. De foto’s van de inauguratie eerder die dag hangen al aan de muur.
Geen externe krachten
De hele operatie wordt uitgevoerd door zo’n 200 mensen, met name medewerkers die aan het Witte Huis verbonden zijn. In principe worden er geen externe krachten aangetrokken; de geheime dienst ziet daarop toe. Toen Bill Clinton in januari 1993 naar de ambtswoning verhuisde, ontstond er commotie omdat hij een groep vrienden uit zijn oude woonplaats Little Rock had uitgenodigd om te komen helpen bij het uitpakken. Deze ”friends of Bill”, ook wel FOB’s genoemd, gedroegen zich vrijpostig en hielden zich niet aan de regels. Dat riep bij de huishoudelijke dienst van het Witte Huis veel irritatie op. Portier Emery zei later: „Het was een rommeltje. De president en zijn vrouw hadden allerlei mensen beloofd te mogen komen helpen. Die vonden dat natuurlijk een sensatie; konden ze ook een keer in het Witte Huis kijken. Bovendien waren er nog al wat mensen die iets op hun kerfstok hadden en die dus niet door de screening kwamen. Maar van de president moesten we hen toelaten.”
Veel eisen
Het was niet het enige punt van ergernis waarvoor de Clintons zorgden bij hun intrek in de presidentiële ambtswoning. Stafleden van het Witte Huis raakten ook gestrest door de vele eisen die Hillary Clinton stelde aan de inrichting van de ambtswoning. Zoals gebruikelijk waren zij en haar man Bill kort na de verkiezingen uitgenodigd door zittende president Bush sr. en zijn vrouw om hun toekomstige woning te bezichtigen. Vrijwel direct na dat bezoek namen de Clintons contact op met binnenhuisarchitecte Kaki Hockersmith uit Little Rock om haar te vragen het Witte Huis opnieuw in te richten. Met haar hulp zorgde Hillary Clinton voor een metamorfose van het interieur. Zo moest de keuken in het woongedeelte van de ambtswoning worden verbouwd om er een sfeervolle plattelandskeuken van te maken. In de bibliotheek kwamen walnoten boekenkasten en aan de muur behang met een druk fruitmotief dat toentertijd al 100 dollar per rol kostte.
De Clintons spendeerden in totaal 400.000 dollar aan de nieuwe inrichting van het Witte Huis, allemaal gefinancierd met particuliere donaties. Het project wekte veel verbazing, zowel bij de Amerikaanse media en burgers als bij de medewerkers van het Witte Huis. Laatstgenoemden werden bovendien door de first lady voortdurend aangespoord om binnen een onredelijke tijd onmogelijke opdrachten uit te voeren. Om een voorbeeld te noemen: de elektriciens hadden minstens een halve dag nodig om één kristallen kroonluchter te verplaatsen. Hillary Clinton wilde dat ze dit binnen een uur deden.
Meubelopslag
Bij de inrichting kunnen de aankomende president en zijn vrouw gebruikmaken van de meubels en ornamenten die staan opgeslagen in een enorm gebouw in Maryland. Alle meubelstukken die ooit in het Witte Huis hebben gestaan, worden hier onder uitstekende klimatologische omstandigheden bewaard.
Een meubelstuk dat bijna altijd in het Witte Huis blijft staan, is het enorme Resolutebureau in de Oval Office, de officiële werkruimte van de president in de westelijke vleugel. De Britse koningin Victoria deed dit in 1880 cadeau aan president Rutherford B. Hayes. Het bureau is gemaakt van het hout van het Britse schip HMS Resolute. Dit verlaten, ronddolende schip werd eerder door de Amerikaanse marine op zee gevonden en vervolgens als teken van vriendschap aan de Britten teruggegeven.
Begin jaren zestig kreeg het bureau wereldwijde bekendheid door de foto waarop het jonge zoontje van president John F. Kennedy door het luikje aan de voorkant naar buiten kruipt. Dit luikje werd pas later op verzoek van president Franklin D. Roosevelt aan het bureau toegevoegd omdat zijn benen, die door polio waren getroffen, aan het zicht te onttrekken.
Een van de weinige presidenten uit de 20e eeuw die dit bureau niet gebruikten, was Richard Nixon die de voorkeur gaf aan de schrijftafel van president Wilson, de presidentiële voorganger die hij het meest bewonderde.
Natuurlijk kunnen presidenten ervoor kiezen eigen meubels naar het Witte Huis te brengen voor de privévertrekken. Doorgaans worden die dan enkele weken voor de verhuizing tijdelijk opgeslagen in de buurt van het Witte Huis. Soms maken aankomende presidenten een ‘geheime’ afspraak met het hoofd van de huishoudelijke dienst om een deel van hun inboedel alvast in het Witte Huis op te slaan. Dat moet dan wel buiten medeweten en buiten het zicht van de zittende president gebeuren. Voorkomen moet worden dat de zittende president in de laatste weken van zijn ambtstermijn het gevoel krijgt op de schopstoel te zitten. De kosten voor het transport naar het Witte Huis zijn voor rekening van de aankomende president.
De inboedel van de vertrekkende president wordt meestal naar een transportvliegtuig vervoerd, dat de bezittingen vervolgens terugbrengt naar de thuisstaat van de aftredende man. Ook die operatie verloopt strak, tenzij het vertrek onverwachts plaatsheeft, zoals bij Richard Nixon in augustus 1974 en eerder bij Jackie Kennedy in de late herfst van 1963. Hoofdportier J. B. West zei later: „Er was geen draaiboek. Maar dat was niet het belangrijkste. Er waren tranen en iedereen zocht troost.”
Artikelenserie in de aanloop naar de inauguratie van de nieuwe Amerikaanse president. Deel 3: de verhuizing van de president.