Honderden wetenschappers zeggen dat er aanwijzingen zijn dat het nieuwe coronavirus ook via zogeheten aerosolen mensen kan infecteren. De WHO moet haar aanbevelingen herzien, vinden ze.
De WHO stelt op haar website dat het coronavirus zich voornamelijk van persoon tot persoon verspreidt via kleine druppeltjes uit de neus of mond die vrijkomen wanneer een besmet persoon hoest, niest of spreekt. Deze druppels zijn relatief zwaar en zakken snel naar de grond. Het houden van minimaal een meter afstand is daarom cruciaal. Ook goede hygiënemaatregelen zijn belangrijk, omdat mensen het virus via contact met besmette oppervlaktes kunnen oplopen.
De organisatie rept echter niet over aerosolen, ultralichte druppeltjes die lang kunnen blijven zweven. En dat is het pijnpunt van de wetenschappers. „Verspreiding via aerosolen bungelt onderaan”, zegt dr.ir. Francesco Franchimon, binnenklimaatdeskundige en medeopsteller van een open brief aan de WHO.
De brief roept op om de rol van aerosolen bij de verspreiding van het coronavirus serieus te nemen. Aan de brief werkten 239 wetenschappers uit 32 landen mee, onder wie vijf Nederlanders.
Franchimon: „De WHO zegt dat er geen bewijs is dat aerosolen een belangrijke rol spelen bij de virusverspreiding. Dat ís ook ontzettend moeilijk te bewijzen, maar dat wil niet zeggen dat die rol er niet is. Wil je hard bewijs hebben, dan zou je virussen moeten vangen in de lucht en in het lab moeten testen of ze cellen kunnen infecteren.” Er lopen momenteel proeven met fretten naar virusverspreiding via de lucht, maar de resultaten daarvan laten nog even op zich wachten.
De binnenklimaatdeskundige prefereert het principe van beter voorkomen dan genezen. „We weten niet goed wat de rol van aerosolen is. Toch pleiten we ervoor: doe meer aan ventilatie. Dat zorgt ervoor dat besmette lucht zich mengt met schone lucht en virusdeeltjes uit de ruimte verdwijnen.”
Ook het RIVM wijst op het belang van goede ventilatie. Toch acht het instituut de rol van aerosolen bij de virusverspreiding beperkt. Zo blijkt uit diverse studies dat ventilatiesystemen geen rol lijken te spelen. „Het lijkt erop dat het virus wel in de fijne kleine druppeltjes kan zitten, maar dat de dosis virus daarin meestal niet voldoende is om iemand te infecteren”, luidt de verklaring op de website. De duidelijkste aanwijzing hiervoor is het reproductiegetal, een maat voor hoeveel mensen besmet raken door een ziek persoon als je geen maatregelen treft. Dat getal is bij het nieuwe coronavirus tussen de 2 en de 4. Bij ziektes die zich via aerosolen verspreiden, is die waarde veel hoger. Zo besmet iemand met mazelen zonder maatregelen zoals isolatie of vaccinatie gemiddeld ongeveer 17 anderen.
De brief van de wetenschappers is geen aanleiding om het beleid te herzien, zegt RIVM-woordvoerder Coen Berends desgevraagd. „We houden in de gaten wat de WHO erover zegt. Deze discussie speelt overigens al langer. Ons standpunt blijft dat verspreiding nauwelijks via aerosolen plaatsvindt. We baseren ons daarbij op de wetenschappelijke literatuur. We zien dat de 1,5 meterregel in Nederland goed werkt. Als verspreiding voor een belangrijk deel via aerosolen zou gaan, zou die afstandsregel veel minder effectief zijn.”
Franchimon benadrukt het belang van ventilatie. Maar wat is goede ventilatie? In ieder geval meer dan het wettelijk minimum vereist, zegt de wetenschapper. „Die is erop gebaseerd dat het niet moet stinken, de lucht niet bedompt moet zijn. Beter ventileren is verstandig met het oog op corona en levert sowieso gezondheidswinst op. In de lucht zweven allerlei virussen, schimmels, bacteriën en chemische stoffen uit het meubilair. Met name mensen met luchtwegaandoeningen zijn gebaat bij frisse lucht.”