Nieuwe Kerk Amsterdam biedt kijkje achter de schermen
De Amsterdamse Nieuwe Kerk is een prachtig monument. Maar vaak gaat het er over hedendaagse kunst. Deze zomer biedt de kerk op de Dam echter een kijkje achter de schermen. Zelfs tot achter de coulissen van het orgel.
Teleurstelling op de gezichten van de mensen die óók mee willen naar de klavieren van het imposante instrument dat zojuist geklonken heeft, maar die dat niet van tevoren kenbaar gemaakt hebben. „Moest je je daarvoor opgeven dan?” Ja dus.
Bovendien is het bij de speeltafel dusdanig krap, dat maar een paar mensen mee naar boven kunnen, maakt organist Bernard Winsemius duidelijk. En dus gaat slechts een handjevol bezoekers met de musicus mee naar de plek waar bijna nooit iemand komt.
Wie naar het orgel wil, moet buitenom. De restanten van de toren die in de 17e eeuw bij de Nieuwe Kerk moest verrijzen maar er nooit gekomen is, vormen het trappenhuis naar het instrument dat Schonat hier in 1655 realiseerde. „De mooiste orgeltrap van Nederland, met treden van uitgehouwen natuursteen”, aldus Winsemius. Hij is hier al deccenialang vaste bespeler en heeft zojuist van 12.00 tot 12.30 uur een concertje verzorgd met muziek van onder anderen Scheidemann, Bach en Stanley.
Dat laatste –dagelijkse middagconcerten in de zomer– is vaker gebeurd. Vorig jaar niet – toen was het pijpwerk van het orgel voor onderhoud weg. Om het instrument nóg dichter bij de mensen te brengen, laat stichting De Nieuwe Kerk het deze zomer niet alleen weer dagelijks horen, maar krijgen bezoekers bovendien op vrijdag de gelegenheid mee te gaan naar de speeltafel.
Veel geld
Boven vertelt Winsemius over de bijzonderheden van het orgel. Al vlak na de bouw in 1655 –het telde toen twee klavieren– moest het instrument worden uitgebreid. En dat pakte men goed aan. Winsemius: „Ze barstten destijds van het geld.” Daarom moesten de orgelmakers Van Hagerbeer en Duyschot begin jaren 70 van de 17e eeuw een derde klavier en extra registers realiseren. Met als specialiteit: verdubbeling, verdrie- of zelfs verviervoudiging van stemmen. „Dat is daarna nooit meer ergens geprobeerd. Maar het zorgde er wel voor dat het orgel qua aantal pijpen het grootste werd van de Republiek.”
Winsemius laat horen wat hij bedoelt. De Octaaf 4’ van het rugwerk bijvoorbeeld heeft in de lage tonen maar één pijp per toon. Maar bovenin zijn dat er vier. „Een clustertje pijpen per toon.” Als je goed luistert, hoor je dat een hoge toon uit meerdere pijpen komt. „Ze deden dat waarschijnlijk om de draagkracht van het orgel te vergroten.”
Overigens verwijderde orgelbouwer Bätz in de 19e eeuw een groot deel van die dubbele pijpen. Marcussen heeft het in de jaren 80 van de vorige eeuw allemaal weer moeten reconstrueren.
Ook de orgelkas –met schilderingen en beelden van beroemde 17e-eeuwse kunstenaars– en de registerknoppen stralen voornaamheid uit. „De oorspronkelijke messing knoppen zijn in de jaren vijftig gestolen, toen ze in de Portugese Synagoge lagen opgeslagen. Eén was er nog over; die diende als voorbeeld om alle andere opnieuw te laten maken.”
Beneden dwalen bezoekers door de 600 jaar oude ruimte. Na het huwelijk van Willem-Alexander en Máxima in 2001 in deze kerk vroegen buitenlandse toeristen het prachtige gebouw te mogen bewonderen, zegt een vrijwilligster. Sindsdien is de Nieuwe Kerk –al sinds 1980 niet meer voor de eredienst maar als tentoonstellingsruimte in gebruik– iedere zomer gericht op het verhaal van de kerk zelf.
Daarom vertelt de expositie ”Reis in de tijd” momenteel het verhaal van het praalgraf van Michiel de Ruyter, van koninklijke bruiloften en inhuldigingen, van gedenkstenen voor schrijvers als Hooft en Hella Haasse. Het verhaal van de 17e-eeuwse preekstoel, de glas-in-loodramen en het fraaie transeptorgel. En dus deze zomer speciaal het verhaal van het imposante hoofdorgel.
Reis in de tijd
In de Nieuwe Kerk in Amsterdam loopt nog tot 14 september de tentoonstelling ”Reis in de tijd”. Daarbij is er speciale aandacht voor het grote orgel, aangeduid als „het belangrijkste zeventiende-eeuwse orgel in Nederland.” Dagelijks wordt het instrument tussen 12.00 en 12.30 uur bespeeld door onder anderen de organisten van de kerk, Henk Verhoef en Bernard Winsemius. Op dinsdag is de bespeling van 17.00 tot 18.00 uur. Vrijdags is er na het concert gelegenheid om een kijkje te nemen bij de speeltafel.