Binnenland

Refoscholen: Wel zorgen, geen staking

„Zorgen? Ja. Staken? Nee.” Een deel van het christelijk onderwijs deed vandaag niet mee aan de staking op de basisscholen. „De actie is een verkeerd signaal richting de kinderen.”

Redactie onderwijs
27 June 2017 12:42Gewijzigd op 16 November 2020 10:54
Schalk. beeld ANP
Schalk. beeld ANP

Een groot aantal scholen voor primair onderwijs begon vanmorgen een uur later met de lessen. De leerkrachten willen dat de overheid meer geld uittrekt voor hun salarissen en voor verlichting van de werkdruk. De leraren verdienen minder dan hun collega’s in het voortgezet onderwijs.

„Glashelder dat er reden is tot bezorgdheid”, zegt RMU-bestuurder P. Schalk. „De werkdruk neemt toe door de grootte van de klassen, de invoering van passend onderwijs, de administratie die moet worden bijgehouden en de vacatures die steeds moeilijker kunnen worden vervuld.” Forse investeringen in het onderwijs zijn dan ook nodig, stelde de RMU vorige week in een brief aan scholen in de achterban.

Staken is echter ongepast en onverstandig, vindt de RMU. „Op Bijbelse gronden mag staken alleen als doorwerken zonde is, of in het geval van apert onrecht. Gelukkig is dit niet aan de orde. Bovendien is een staking pedagogisch niet verantwoord.” De staking geeft richting kinderen een verkeerd signaal af over gezagsverhoudingen, stelt Schalk. „We moeten hun geen verkeerd gedrag aanleren. Er zijn andere plaatsen om een signaal af te geven: in overleg met de politiek en aan de cao-tafels. Staken werkt ook niet.”

De RMU riep scholen op niet mee te doen. „Ik weet ook van geen enkele school in de achterban waar dat wel gebeurde.”

De christelijke vakorganisatie CGMV toonde er maandag begrip voor dat de maat voor leerkrachten vol is. „Den Haag mag zich niet langer doof houden”, stelde CGMV. „Vanaf nu moet met spoed worden gewerkt aan kleinere klassen, ruimte voor scholen om personeel aan te nemen, vermindering van administratieve regeldruk, een evenwichtige beloning en het creëren van mogelijkheden voor leerkrachten voor scholing.”

De urgentie daarvan blijkt volgens de vakorganisatie uit een enquête die ze heeft laten uitvoeren. De ondervraagden gaven aan dat zij de werkdruk als zwaar ervaren. „In korte tijd moeten er bergen werk verzet worden: Cito-toetsen moeten worden nagekeken, ingevoerd en bij lage scores worden geanalyseerd”, stelde een van de leerkrachten. „Daarna moeten er groepsanalyses gemaakt worden en volgen er besprekingen. Vervolgens dienen de rapporten klaargemaakt te worden, moeten alle groeps- en hulpplannen geëvalueerd worden en dienen er nieuwe plannen voor volgend jaar te worden geschreven. En dat allemaal na schooltijd voor 31 leerlingen en het moet over vijf weken zo mogelijk afgerond zijn.”

Leerkrachten twijfelen of ze hun baan tot aan hun pensioen kunnen volhouden. Uit het onderzoek blijkt dat de regeldruk en administratieve rompslomp in het primair onderwijs de zwaarste wissel trekken. Veel leerkrachten vinden het moeilijk om een balans te vinden tussen werk en privé.

Geen enkele deelnemer aan de enquête van het CGMV toonde zich zeer tevreden met het salaris. Tegelijkertijd geven de meesten aan dat geld niet doorslaggevend mag zijn, maar dat ze de scheefgroei in relatie tot de zwaarte van het werk en in vergelijking met andere hbo-banen als onbillijk ervaren.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer