Praktiserende christenen zijn ook in het Mekka van de Rooms-Katholieke Kerk in de minderheid. Het proces van secularisatie en geloofsafval gaat in Italië echter langzaam. De groei zit bij pentecostale en rooms-katholieke vernieuwingsbewegingen.
Italië is een van de meest rooms-katholieke landen ter wereld. Ruim 80 procent van de bevolking noemt zich katholiek. Maar de kerkelijke betrokkenheid ligt een stuk lager. Een paar jaar geleden telden vrijwilligers in opdracht van een klein bisdom in Sicilië het aantal bezoekers aan de zaterdagse en zondagse kerkdiensten. Hoewel in dit bisdom op papier 96,5 procent van de bevolking katholiek is, bezocht dat weekend 18,5 procent de kerk.
De rooms-katholieke betrokkenheid kan ook worden afgelezen aan het aantal dopelingen. Het percentage kinderen dat wordt gedoopt is nog altijd hoog (70 procent), maar een stuk lager dan twintig jaar geleden (89 procent).
De cijfers zijn hoe dan ook zeer hoog in vergelijking met de meeste landen in het geseculariseerde Westen. Benedictus XVI, de voormalige paus uit Duitsland, wist dat ook. Hij zag de Italiaanse kerk als een baken. „Italië vormt een gunstig terrein voor christelijke getuigenis”, verklaarde hij in 2006. „De Rooms-Katholieke Kerk is hier een zeer levendige werkelijkheid die present is onder mensen van alle leeftijden. Christelijke tradities zijn nog steeds diep geworteld en blijven vruchten afwerpen. De kerk en de Italiaanse rooms-katholieken zijn daarom geroepenen. De kerk kan het geloof een grote dienst bewijzen, niet alleen voor dit land, maar ook voor Europa en de wereld.”
Migranten
De Rooms-Katholieke Kerk is in Italië dus zonder meer dominant. „Nog geen 3 procent van de bevolking behoort tot een religieuze minderheid,” zegt Massimo Introvigne, een godsdienstsocioloog die met zijn studiecentrum Cesnur onderzoek verricht naar religie in Italië. Tot die religieuze minderheden behoren 442.000 protestanten, 422.000 Jehova’s getuigen, 245.000 moslims en 148.000 boeddhisten. „Het religieus pluralisme is hier dus zeer laag.”
Introvigne merkt op dat deze cijfers betrekking hebben op de inwoners met een Italiaanse nationaliteit. Miljoenen immigranten vallen bij deze cijfers buiten de boot. Toch weten we wel iets over het geloof van immigranten, dankzij weer een andere studie.
Volgens steekproefmetingen van Istat, het Italiaanse Centraal Bureau voor de Statistiek, beschouwt meer dan de helft van de bijna 4 miljoen vreemdelingen zich als christelijk (56,4 procent), vooral orthodox- en rooms-katholiek (respectievelijk 27 en 25 procent). Een kleine 3 procent is protestant. Iets meer dan een kwart noemt zich moslim (26,3 procent). Verder noemt ruim 7 procent zich atheïst. De massale immigratie van Roemenen is de verklaring voor het hoge cijfer van de orthodoxen.
Waldenzen
De Italiaanse protestanten zijn een zeer kleine en versnipperde groep. In totaal tellen ze ruim 400.000 leden. De gevestigde kerken van de Reformatie hebben zich verenigd in een koepel, de Federatie van Evangelische Kerken (FCEI). Hieronder vallen onder anderen de lutheranen (5000 leden), waldenzen (30.000), baptisten (5000) en de zevendedagsadventisten (9000). De Waldenzenkerk is de protestantse kerk van Italië bij uitstek, die nota bene vóór de Reformatie ontstond, en traditioneel sterk is in Piemonte (Noord-Italië).
Hoe numeriek onbelangrijk protestaten ook zijn, het feit dat ze er zijn, is al heel wat. De Fransman Pascal Lemair is getrouwd met een Romeinse. Ze hebben vier kinderen en zijn actief lid van het Leger des Heils. Evangelische kerken zoals het Leger hadden het tot voor kort niet gemakkelijk in Italië. „Mijn vrouw is binnen het Leger des Heils opgegroeid. Ik zal niet zeggen dat ze werd vervolgd, maar het gebeurde wel dat schoolkinderen buiten het zicht van de leraren stenen naar haar gooiden omdat ze niet katholiek was. Nu is het veranderd. Wanneer mensen horen dat wij protestants zijn, tonen ze zich meestal geïnteresseerd. Ze stellen vragen over de verschillen, en we leggen die dan uit.”
Volgens Introvigne hebben de traditionele kerken van de Reformatie het tij niet mee. „De waldenzen en de lutheranen verkeren in een crisissituatie. Volgens mij komt dat onder meer doordat deze kerkgenootschappen intern verdeeld zijn over de moraal. Zo woedt er een strijd over het standpunt rond het homohuwelijk.”
De onderzoeker denkt dat de standpunten van de kerk te politiek correct worden. „Daarmee wordt een kerkgenootschap minder interessant, want het onderscheidt zich nog nauwelijks. Dat zie je ook in Scandinavië, waar lutheranen, baptisten en methodisten maatschappelijke ideeën hebben die nauwelijks verschillen met wat via de doorsneemedia te horen is.”
Pinksterkerken
Maar er zijn ook lichtpuntjes. De rooms-katholieke lekenbewegingen, zoals het neocatechumenaat en de beweging Vernieuwing in de Heilige Geest, groeien sterk. Vaak hebben de leden ervan grote gezinnen en is hun betrokkenheid groot. Het zijn stromingen die in hun beleving wel iets hebben van de pinksterkerken.
En juist de evangelicale en pentecostale kerken zijn ook groeiers. De lidkerken van de Evangelische Alliantie in Italië tellen ongeveer 250.000 leden. De pinksterkerk Assemblee di Dio (wereldwijd bekend als de Assemblies of God) telt zo’n 100.000 leden.
„De pentecostale kerken zijn heel levendig. Ze trekken onder meer veel immigranten, met name uit Zuid-Amerika, en ook wel uit Afrika,” zegt Introvigne.
Hoewel de Jehova’s getuigen niet direct tot het protestantisme kunnen worden gerekend, is het opmerkelijk dat ook die beweging in Italië sterk groeit. Introvigne: „Geen ander land in Europa laat hogere groeicijfers zien.” Volgens de Italiaanse onderzoeker is het geen toeval dat de kerkgemeenschappen met een aan de samenleving tegengestelde opstelling floreren. „Leden van pentecostale gemeenschappen en ook het neocatechumenaat houden er een zeer afwijkende moraal op na. Zo wijzen ze bijvoorbeeld anticonceptie af.”
Verschuivingen
De kerkelijke kaart in Italië wordt dus opnieuw getekend. Introvigne vertelt over een waldense predikant die hij laatst sprak. „Hij zei dat een typische protestant in Italië vroeger een waldense man uit Piemonte was, tegenwoordige is het een Napolitaanse vrouw uit een van de pinksterkerken.”
Het achterland van Napels en Caserta is bezaaid met pentecostale kerkgebouwtjes. Volgens Introvigne heeft dat te maken met terugkerende Napolitaanse immigranten uit de Verenigde Staten, die hun geloof vervolgens verder verspreidden. Toen paus Franciscus vorig jaar een pinksterpredikant opzocht, iemand die hij nog kende uit zijn tijd in Argentinië, was dat niet toevallig in Caserta.
Ook de Rooms-Katholieke Kerk in haar traditionele vorm en georganiseerd naar territoriale parochies, kent problemen. Toch lijkt de secularisatie niet hard door te zetten. De kerkgang vermindert, alsook andere vormen van kerkelijke betrokkenheid. Maar de teruggang zwakt langzaam af.
Introvigne: „Als je kijkt naar de kerkelijke betrokkenheid gedurende de afgelopen dertig jaar, zie je dat het op en neer gaat. De cijfers geven ook niet per se reden tot pessimisme. Het aantal praktiserende rooms-katholieken van onder de 40 jaar in 1980 lag met 15 procent maar een procent hoger dan tegenwoordig.”
Ook het effect van populaire pausen zoals Johannes Paulus II en de huidige paus Franciscus is niet uit te vlakken. „We hebben interviews gehouden met pastoors. Zij zeggen dat sinds Franciscus paus is het kerkbezoek stijgt”, aldus Introvigne.
serie Christendom in Europa
Dit is het negende deel in een tiendelige serie over de toekomst van het christendom in Europa. Op zaterdag 5 december deel 10: afsluiting.
Crucifixen in postkantoor en gemeentehuis
Italië is doordesemd van religie. Dat wil niet zeggen dat alle mensen naar de kerk gaan en dat iedereen iets opheeft met de institutionele kerken. Er is ook veel bijgeloof. Dat heeft te maken met de geschiedenis, het pausschap, het Vaticaan, maar mogelijk ook met antieke culturen zoals die van de Romeinen en de Etrusken, waarin religie een uiterst belangrijke component van het leven was.
De Rooms-Katholieke Kerk is de drager van deze traditie. Vormen van geloof, afbeeldingen, de mix van openbaar en privé: men komt het overal en onmiddellijk in Italië tegen. Het crucifix in de openbare ruimte (gemeentehuis, postkantoor et cetera) is daarvan een voorbeeld.
De Nederlander Bart woont met zijn Italiaanse vrouw in Italië. „Ik ben rooms-katholiek opgevoed, ik ga naar de kerk, mijn kinderen zijn gedoopt. Ze zullen straks ook naar de catechese gaan, en dergelijke. Dat is normaal in Italië. De kerk is een soort buurthuis. In Nederland begrijpen ze niet dat iemand naar de kerk gaat. Mijn vrienden hier zijn veelal stoere jongens die voetballen en van wie sommigen een tatoeage van Padre Pio (een populaire heilige, EK) op hun arm hebben, en elke zondag naar de kerk gaan. Sommigen zijn misdienaar geworden, allemaal helpen we de pastoor als het zo uitkomt. Hier is het bijna vreemd als je niet naar de kerk gaat.”
Het is dan niet zo gek dat het atheïsme nauwelijks een rol van betekenis speelt. Uit cijfers van onder andere de bureaus Cesnur en Gallup International komt naar voren dat zo’n 7 à 8 procent van de bevolking atheïst is. Dat is voor de westerse wereld een uiterst laag cijfer.
Tegelijk kent Italië veel ‘zoekenden’, mensen die wel in iets geloven maar zich nergens aan binden. Onderzoeker Introvigne: „De kerken zouden hun voordeel kunnen doen als ze het lukt om deze zoekenden (weer) aan zich te binden.” Als zij het niet doen, doen anderen het wel. Zo worden in weinig andere westerse landen zo veel mensen boeddhist als in Italië.