„„Heb je de Heere lief?” Toen knikte hij en zei: „Ja.” Ik zag tranen in zijn ogen blinken.” Deze jongen, die het syndroom van Down heeft, hongerde en dorstte naar God, schrijft H. Bor in ”Afhankelijk leven. Ontmoetingen met mensen met een handicap”.
Bor is lerend ouderling in de christelijke gereformeerde kerk van Poederoijen. Van 1978 tot 2010 was hij evangelist in Gent. Zijn in 1965 overleden broer Wim had een verstandelijke beperking. „Hij was door Gods genade een engel in ons gezin. Als wij ruzieden onder elkaar, keek Wim verdrietig. Wij hielden vervolgens op.”
De auteur geeft Wims levensverhaal, geschreven door zijn moeder, de nodige ruimte. Hij vult het relaas van zijn moeder aan met eigen herinneringen aan zijn broer. Ontroerend is het hoofdstuk over het sterven van Wim, waarin duidelijk wordt hoe dicht hij bij de Heere leefde.
Het draait in het leven niet om het bereiken van een hoge maatschappelijke positie, benadrukt Bor. „God schiep de mens om Hem te verheerlijken.” In het pastoraat ervoer de auteur dat mensen met een beperking veelal bijzondere genade ontvangen om hun kruis te dragen én blijmoedig door het leven te gaan. Hij zag hoe hun leven in het licht van de Bijbel geen verloren leven, maar een gezegend leven is. Hun Godsvertrouwen en afhankelijkheid van de Heere zijn regelmatig een les voor anderen. Verschillende keren wijst de auteur op 1 Korinthe 1:27, waar Paulus schrijft dat God het dwaze en zwakke der wereld uitverkoos om wijzen te beschamen.
In de verhalen komen niet alleen mensen met een lichamelijke of een verstandelijke beperking voor, maar ook enkelen die kanker kregen of een hoge leeftijd bereikten. Sommigen worden aangeduid als vriend, koorlid of blinde vrouw. Anderen worden met name genoemd. ‘Koster’ Eimert bijvoorbeeld, iemand met een verstandelijke beperking en een kinderlijk geloof. Dirk, die een psychische ziekte had en zich niet schaamde voor het Evangelie van Christus. Joke, die worstelde met haar kinderverlamming, maar God later dankte later voor deze beproeving, omdat Hij die gebruikte om Hem te leren kennen.
Bor staat dankzij het opgroeien met zijn broer Wim ongedwongener en positiever tegenover mensen met een beperking dan sommige anderen. Ook daarover schrijft hij. Zo zijn velen in een reisgezelschap ontevreden als er mensen met een beperking tot de groep blijken te behoren. De auteur geeft de nodige adviezen voor de omgang met mensen met een beperking. De belangrijkste is: Blijf jezelf.
Godsvreze en de zorg van de Heere voor degenen die Bor ontmoette staan centraal in ”Afhankelijk leven”. Dit boekje kan niet alleen iets betekenen voor mensen met een beperking en degenen die om hen heen staan. Het bevat ook lessen voor buitenstaanders.
De uitgave bevat niet alleen herinneringen aan ontmoetingen, maar ook vele meditatieve passages. Zo schrijft Bor over de schepping van de mens naar Gods beeld, mediteert hij over de verlamde in Bethesda en benadrukt hij dat een beperking of chronische ziekte niets te maken hoeft te hebben met een persoonlijke zonde. „Wijs nooit met een beschuldigende vinger op iemands verleden, maar op wat nú nodig is in leven en sterven.”
Boekgegevens
Afhankelijk leven. Ontmoetingen met mensen met een beperking, H. Bor; uitg. Den Hertog, Houten, 2014; ISBN 978 90 331 2677 2; 109 blz.; € 11,50.