CAÏRO – Geïnspireerd door het succes van de moslimbroederschap heeft een groep intellectuelen en koptische advocaten besloten de ”Christian Brothers” te vormen. Om daarmee de opkomst van de islamisten in Egypte tegen te gaan. Dat nieuws verscheen donderdag op internet. Maar helemaal nieuw is het idee niet.
Eigenlijk stamt het idee al van begin vorige eeuw. Kort nadat Hassan al-Banna in 1928 de moslimbroederschap oprichtte, ontstond binnen de Koptische Kerk de gedachte om een tegenbeweging te starten: een christenbroederschap.
De hechte organisatie en het vele goede sociale werk dat de moslimbroeders zo populair maakten, was voor de onlangs overleden koptische paus Shenuda III een stimulans ook binnen de koptische kerken meer werk te maken van een hechte organisatie. Daarvoor werd in eerste instantie gebruik gemaakt van het ”zondagsscholennetwerk”.
Onder druk van de toenemende spanningen tussen moslims en christenen werd het plan voor een christelijk antwoord op de moslimbroederschap in 2005 nieuw leven ingeblazen door de advocaat Mamduh Nakhla, hoofd van het al-Kalema Centrum voor Mensenrechten en door politiek analist Michel Fahmi.
„Het politiek evenwicht in Egypte is zoek”, zei Fahmi toen. „We zien alleen moslims en islamisten in beeld. En dat is waarom we opkomen voor onze politieke en burgerrechten. We moesten het islamistisch tij keren.”
Eind 2011 werd het initiatief weer opgepakt door Amir Ayad, lid van de Maspiro Jongeren Unie voor Vrije Kopten. Dat gebeurde kort na de bloedige schermutselingen tussen het Egyptische leger en kopten voor het gebouw van de Egyptische staatstelevisie in Caïro, waarbij zeker twintig kopten werden gedood.
Inmiddels heeft de christenbroederschap al centra in zestien provincies in Egypte en vier buiten Egypte.
Met de overwinning van Mohammed Morsi is in christelijke kringen de angst toegenomen dat Egypte op het punt staat te veranderen in een religieuze staat. De christenbroederschap wil vreedzaam verzet bieden tegen de toenemende invloed van islamitische machten.
Opvallend is in elk geval dat de salafisten in een eerste reactie zeggen „ingenomen” te zijn met de oprichting van de christenbroederschap als de tegenhanger van de moslimbroederschap. „Zolang de christenbroederschap zich houdt aan de wet en zich zal inzetten voor het welzijn van Egypte”, dan hebben de salafisten er geen enkel probleem mee.
Na zijn verkiezing tot president sprak Morsi mooie woorden. „We willen een democratische en nationale staat”, zei hij. „Mijn doel is te bouwen aan een vrij en democratisch Egypte, gebaseerd op sociale rechtvaardigheid.”
Meerdere keren heeft Morsi zo geprobeerd de koptische christenen, van wie de meesten op zijn rivaal Shafiq stemden, alsnog gerust te stellen. „De kopten zijn onze landgenoten en ze hebben al hun rechten. Alle Egyptenaren hebben gelijke rechten en gelijke plichten”, aldus Morsi.
Volgens politieke analisten is het feit dat Morsi koptische christenen in Egypte heeft beloofd dat ze „partners” zullen zijn in de macht en de besluitvorming „historisch.” Een dergelijke belofte is de kopten nog nooit gedaan in de geschiedenis van het moderne Egypte.
Maar veel kopten zien in de toespraken van Morsi helemaal geen grote veranderingen in het beleid van de moslimbroeders. Volgens hen staan zijn uitspraken „bol van de tegenstrijdigheden.” Het is nog steeds dezelfde oude traditionele retoriek van de broederschap.
De christenbroederschap wil niet worden gedefinieerd als een religieuze groep, maar als een organisatie die openstaat voor alle burgers. Zelfs moslimbroeders zijn van harte welkom. En de slogan van de moslimbroeders, ”de islam is de oplossing”, wordt omgebogen tot ”Egypte is de oplossing”.