Zodra het duister van de nacht zich laat gelden en de regendruppels luidruchtig op het dak van de pipowagen beginnen te tikken, is het zwerversgevoel daar. Hoewel, eigenlijk zou er nog een paard op het grasveldje moeten staan, om morgen verder te kunnen trekken.
Dat zal niet gaan met deze woonwagen in het buitengebied van het Gelderse Putten. De fraai verbouwde schaftkeet staat wel op wielen, maar zit met de afvoerbuis van het toilet stevig verankerd in de bodem.
Ook prima natuurlijk, want logeren tussen de schuren op boerderij ’t Zwaluwnest van Mark en Gerdine Blok biedt afwisseling genoeg. Alleen al door de aanwezigheid van 400 mestkalveren.
De zwartbonten moeten ’s morgens en ’s avonds worden gevoerd en kinderen die daar lol aan beleven, mogen boer Mark helpen. Rutger van vier heet wel Boer, maar weet niet wat-ie ziet als hij de stallen binnenstapt. De kalveren ook niet trouwens, te oordelen naar de stampij die ze maken.
Via een ingenieus stelsel van buizen en leidingen worden honderden liters melk naar de hokken getransporteerd. En dan is het een kwestie van de slang goed richten om de voergoten vol te spuiten. „Zo genoeg?” wil Rutger weten. „Nog een beetje”, weet Mark feilloos in te schatten.
Het aparte is dat zes, zeven kalveren de melk sneller naar binnen slobberen dan Rutger de bakken vol kan krijgen. Na schuur twee volgt onderkomen drie. De stallucht heeft zich inmiddels vastgezet op de burgerkleren van de pipowagenlogés. Junior maalt er niet om, senior denkt aan de was die dat gaat opleveren.
Eerst slapen als een zwerver. Gerdine wijst de weg naar het mintgroen en rood geschilderde optrekje. Wat opvalt, is de jonge aanplant om de wagen heen. Of wat daarvan over is. „Hazen en konijnen geven het groen hier geen enkele kans.” Zo gaat dat op het platteland, zeker met zo veel natuurgebied en landgoed Oldenaller onder handbereik.
Een paar treden van een ijzeren trappetje vormen de opgang naar het logeeradres. Eén stap naar binnen, en je staat midden in de keuken. Klein, maar wel compleet. Rechts zit het toilet. Anderhalve pas verderop is de woonkamer: twee stoelen en een tafeltje, eventueel nog wat voller te zetten met uitklapbare meubels. De laatste 1,5 meter van de wagen wordt ingenomen door de tweepersoonsbedstee. Welkom in de knusse wereld van het woonwagenvolk. Douchen kan in het tuinhuisje achter de pipowagen.
Wie hier niet tot rust komt, mankeert wat. De stilte is bijna volmaakt. Schilderijtjes van koeien en kippen aan de muur en gordijnen met klompen, windmolens en klederdracht maken het plaatje af: we zijn er he-le-maal tussenuit.
Nog even de benen strekken. Wandelaars kunnen hier kiezen. Fietsers zitten zo in (de bossen van) Putten of –de andere kant op, iets verder– het Veluwemeer.
De nacht brengt het ultieme kampeergevoel, dankzij de regen. Die ruist thuis, maar tikt hier. De vossen (ze zitten er volop, zegt Gerdine) hebben zich verscholen in hun holen, en blaffen vannacht niet.
Dé verrassing van logeren in een bed and breakfast is altijd het ontbijt. Dat komt Gerdine hoogstpersoonlijk brengen, in een grote rieten mand. Wie niet wil geloven dat daarmee een half weeshuis kan worden gevoed, moet vooral zelf een overnachting boeken in de pipowagen. In één woord: kostelijk!
Prijs per nacht: vanaf 65 euro (voor 2 pers)
Aantal kamers: 1
„Geen idee wat een bed and breakfast inhield”
We hadden geen idee wat een bed and breakfast inhield. Maar we zijn nogal ondernemend, dus toen we er vorig jaar op marktplaats.nl tegen een schaftkeet aanliepen, besloten we die te kopen en om te bouwen tot pipowagen.
Dat was een hele klus: de wagen was donkerbruin, er zat nog weinig in en hij was niet geïsoleerd.
Nu is-ie volop in gebruik. We krijgen steeds meer mensen over de vloer. Jonge stellen vooral, maar ook wel zakenlui die hier in de buurt een meerdaagse cursus volgen. De gasten komen niet alleen uit Nederland, maar ook uit België en Duitsland.
Wij vinden het wel gezellig allemaal. In de boerderijwinkel hebben we ook al veel aanloop. Fietsers die een cadeautje kopen, hele groepen die voor een proeverij bij ons komen pauzeren.
We zijn in overleg met de gemeente en met Natuurmonumenten omdat we graag een minicamping willen starten. De ruimte is er, het lijkt ons een uitdaging en het sluit mooi aan op wat we al hebben met de pipowagen.
Zelf op vakantie? Nee, dat is niet eenvoudig met zo veel activiteiten. Een boer met vee is nogal gebonden. Maar het zou wel leuk zijn. We zijn erg gecharmeerd van Frankrijk. Wie weet, ooit.