Wetenschap & techniek
Prof. Paul: Ufo komt vaak uit rijk van demonen

Het geloof in ufo’s is beslist niet altijd onzin, benadrukt M. J. Paul, deeltijdhoogleraar Oude Testament in het Belgische Heverlee. „Verschijningen kunnen een satanische werkelijkheid zijn, waar we ver vandaan moeten blijven. Als rationele calvinisten zijn wij echter het zicht kwijtgeraakt op de invloed van demonen.”

Ufo's. Foto Anton Dorst
Ufo's. Foto Anton Dorst

Natuurlijk zien mensen wel eens vreemde voorwerpen vliegen in de lucht, glimlacht prof. Paul. „De meesten gaan echter schouderophalend aan ufo-meldingen voorbij. Bij een beperkte groep ligt dat anders; zij zijn diep overtuigd van het bestaan van buitenaardse wezens. Die kennis is hun geopenbaard, beweren ze.”

Het geloof in buitenaardse wezens of aliens heeft volgens hem oude papieren. „Talloze mythes gaan over goden die iets hebben gedaan met de mensheid. Ze hebben supermensen verwekt, ‘halfgoden’ met een bovennatuurlijke kennis. Die werden in de strijd om het bestaan bejubeld en verafgood”, aldus de hoogleraar.

„Wij hebben afstand genomen van die heidense mythes, maar het kunnen verwrongen geschiedenissen zijn, waarvan de kern waar is. Vergelijk dit met de zondvloedmythes van over de hele wereld. Die verhalen zijn verdicht, maar de kern, de zondvloed, is wel degelijk gebeurd.”

De oudtestamenticus verwijst naar het contact tussen ‘goden’ en mensen in Genesis 6. De gangbare reformatorische verklaring volgt Calvijn. ”Gods zonen” –”nephilim”– die zich vermengden met de ”dochteren der mensen” zijn volgens de reformator nakomelingen van Kaïn die trouwden met vrouwen uit het geslacht van Seth.

Binnen het jodendom en de vroegchristelijke kerk werden de nephilim opgevat als ”gevallen engelen”. Demonische machten hebben de aarde toen opgezocht om de mensheid te verderven. Dat ging zozeer in tegen Gods bedoelingen, dat Hij de aarde met de zondvloed strafte.

Dat het ufo-geloof weer teruggrijpt op die oeroude heidense mythes is volgens Paul niet vreemd. „De mens blijkt keer op keer een diep religieus wezen. Het geestelijk klimaat in de jaren 70 en 80 heeft er in Nederland toe geleid dat het christendom aan de kant werd geschoven en het bovennatuurlijke werd ontkend. Nu zie je een omslag in de cultuur en is er ruimte voor het bovennatuurlijke. Op basis van oude mythes en oosterse godsdiensten zoeken mensen nu naar zingeving en verklaringen voor ”het hogere”. De steun van wetenschappers geeft aan dat geloof bovendien een schijn van wetenschappelijkheid.”

Het zijn niet de eersten de besten die erin geloven. Zo beweerde de beroemde Britse kosmoloog Stephen Hawking vorig jaar op de tv-zender Discovery Channel dat aliens mogelijk bestaan.

De evolutionist Richard Dawkins deed daar nog een schepje bovenop in de film ”Expelled”: „Ergens in het universum evolueerde een beschaving tot een zeer hoge graad van technologie. Deze ontwierp een vorm van leven die uitgezaaid zou kunnen zijn op deze planeet. Daarom vind je overal in de moleculaire biologie sporen van een ontwerper.” Ook de ontdekker van het DNA-molecuul, sir Francis Crick, beweert dat het leven op aarde is gezaaid door buitenaardse wezens.

Hoewel een christen ook gelooft in een onzichtbaar Wezen, constateert Paul een groot verschil met ufo-religies. „Atheïsten kunnen gerust in onzichtbare buitenaardse wezens geloven. Die zijn niet te bewijzen noch te ontkennen. God heeft zich echter bekendgemaakt in Zijn Woord en door Zijn daden. De Bijbelse waarheidsclaim staat lijnrecht tegenover het geloof in ufo’s en aliens. Niet voor niets zijn dergelijke wetenschappers zo fel gebeten op het christelijk geloof.”

Het valt hem op dat ufo-aanhangers zeer positief staan tegenover wetenschap en techniek. Volgens hen zouden aliens beschikken over allerlei wonderlijke technieken om ongemerkt de aarde te kunnen bereiken.

„Ze grijpen zelfs geregeld terug op het vermeende technische kunnen van de nazi’s. Zo schermen ze met bouwtekeningen van schotelvormige vliegtuigen uit het Derde Rijk.” Die claim verbaast hem niets. „Het nationaalsocialisme van Hitler heeft voor een deel dezelfde occulte oorsprong als het ufo-geloof.”

De Bijbel is soms minder positief over techniek, ontdekte de oudtestamenticus. „Het valt me op dat alle uitvindingen die in Genesis 4 beschreven staan, gedaan zijn binnen het geslacht van Kaïn. Calvijn heeft dat toegeschreven aan de algemene genade. Hij is daarmee afgeweken van de visie van het jodendom en van de vroege kerk, die deze uitvindingen als uiterst negatief beschouwen, als een openbaring van satan. God heeft soms deze verkeerde bedoelingen omgebogen, waardoor bijvoorbeeld Bezaleël en Aholiab de tabernakel konden bouwen.”

Paul legt de pseudepigrafische geschriften op tafel, een dik boek met joodse religieuze teksten uit de eerste en tweede eeuw voor Christus – „Hierop zinspelen Paulus en Judas in hun brieven.” Volgens deze overleveringen hebben gevallen engelen aan mensen kunsten en wetenschappen geleerd om in opstand te komen tegen God.

„Zo zouden de ijzer- en koperbewerkers zwaarden maken om elkaar te bevechten, terwijl de muziekinstrumenten bedoeld waren om de afgoden mee te dienen. Later maakte de technische kennis van voor de zondvloed de torenbouw van Babel mogelijk. Volgens die oude geschriften zal het negatieve gebruik van techniek ook in de eindtijd overheersen. En wie zit daar achter?” zo vraagt de hoogleraar zich af.

Dat de aliens met hun vermeende technieken geregeld contact zoeken met ufo-gelovigen is volgens de hoogleraar meer dan alleen verbeelding. „Een mens ziet normaal gesproken geen geesten of engelen. God kan het Zijn kinderen wel openbaren, zoals blijkt uit de geschiedenis van Elisa in Dothan. Satan bootst dat na. Hij kan de ogen van mensen openen voor zijn geestelijke werkelijkheid. Veel paranormale waarnemingen komen daar vandaan: geestelijke toegewijde ufo-gelovigen zien werkelijk ufo’s en aliens.”

Het doel van deze ufo-openbaringen is volgens hem volstrekt helder: „Satan gebruikt alles wat van de dienst van God aftrekt. Maar het is verboden om je op dat terrein te begeven. Wij hebben ons te houden aan de Bijbelse grenzen.”

Paul illustreert de macht van het occulte met een ontboezeming van een voormalige heks: „Zij maakte ’s nachts astrale reizen. Haar geest verliet haar lichaam en had contact met de geest van een andere heks. Als ze elkaar overdag tegenkwamen, konden ze het gesprek van die nacht zo voortzetten.”

Mensen die zich op occult gebied begeven, worden daarvan steeds afhankelijker, vervolgt de hoogleraar. „Bijzondere ervaringen worden ‘heilige’ werkelijkheid en leiden ten slotte tot geestelijke toewijding aan satan.”

Een deel van de verschijningen van zogeheten aliens duidt Paul dan ook als demonisch. „Vaak is er sprake van een combinatie van psychische stoornissen zoals sterke verbeeldingskracht, paranormale gaven en wetenschap. Op griezelige wijze lopen fantasie en werkelijkheid door elkaar heen. Buitenaardse wezens komen in hun visioenen voor in de rol van wat wij afgoden zouden noemen.”

De hoogleraar ziet in het ufo-geloof een moderne variant van het oude heidendom. „Voor ons is een afgod niets. Maar volgens de apostel Paulus gaan er wel degelijk geestelijke machten achter schuil. Uit 1 Korinthe 10:20 blijkt dat wanneer heidenen aan de afgoden offeren, zij daardoor gemeenschap krijgen aan de duivelen en occult belast worden. Ik ben ervan overtuigd dat demonische machten ufo-gelovigen in hun greep kunnen houden.”

Naar de mening van prof. Paul zet het hedendaagse rationele calvinisme te gemakkelijk de demonische invloed buiten de deur; het sluit zijn ogen voor de huidige frontlinie, die van de ”nieuwe spiritualiteit”.

„Er is momenteel sprake van een confrontatie van machten, die je kunt proeven in films en boeken. Die bezorgen een deel van onze jongeren veel strijd, omdat ze zich ertoe aangetrokken voelen. ’s Zondag gaan ze nog wel naar de kerk en door de week verdiepen ze zich in het paranormale.”

Het gaat dan bijvoorbeeld om het spelen met een ouijabord of het populaire glaasje draaien. Onschuldig is dat allerminst, beklemtoont de hoogleraar. „Dirk Post uit Urk werd vermoord na het oproepen van geesten door Jaap van der H. Tristan van der V. (de schutter van Alphen aan den Rijn, BvdD) hoorde stemmen in zijn hoofd. Demonen oproepen doe je niet straffeloos.”

Vanuit het hedendaagse calvinisme hebben we echter te weinig antwoorden in deze geestelijke strijd, vreest prof. Paul, terwijl de vroege kerk heel goed wist hoe je hiermee om moest gaan.

„De Bijbel heeft er immers prachtige antwoorden op? Je bestrijdt demonen niet met ontkennen of te zeggen: „Het is allemaal onzin.” We hebben tegen de boosheden in de lucht de geestelijke wapenrusting nodig waarover Paulus spreekt in Efeze 6.”

Dit is het tweede artikel in een tweeluik over het geloof in ufo’s.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer