Arjan Erkel werd ontvoerd in Dagestan: Natuurlijk kom je vrij, zei ik tegen mezelf
Hoe verandert een gijzeling je leven? Arjan Erkel zat 607 dagen gevangen in Dagestan. „Ik heb geen trauma opgelopen en ben vooral dankbaar voor alles wat ik nu wel heb en toen moest missen.”
Binnen een paar seconden heeft Arjan Erkel (54) op Google Maps de plek gevonden waar hij op 12 augustus 2002 terechtkwam. Op die dag werd Erkel door gemaskerde en bewapende mannen vanuit Machatsjkala, de hoofdstad van Dagestan, ontvoerd. Nu, bijna 22 jaar later, kijkt hij terug op de gebeurtenissen en vertelt hij over hoe die zijn leven hebben beïnvloed. Hij doet zijn verhaal uitkijkend over de Maas, op het terrein van de boksclub die hij vorig jaar met twee vrienden in Delfshaven opende.
Erkel is in 2002 in de Russische deelrepubliek Dagestan werkzaam voor de Zwitserse tak van Artsen zonder Grenzen om hulp te bieden aan vluchtelingen uit Tsjetsjenië. Die maandag is hij op bezoek geweest bij de ouders van zijn Dagestaanse verloofde. Als hij terug naar huis wil rijden, wordt hij uit zijn auto gehaald.
Geitenpaadjes
De gijzelnemers brengen hem naar een onderkomen in de buurt van het dorpje Gimry. Het gebied ziet er op de Google Maps onherbergzaam, droog en bergachtig uit. „Het was zo’n anderhalf uur lopen van de weg. Echt de bergen in, over geitenpaadjes”, herinnert Erkel zich.
„Het was pikkedonker en ik kreeg een aanval van claustrofobie; het was zó beklemmend” - Arjan Erkel, werd als hulpverlener ontvoerd in Dagestan
Aan het eind van de tocht komt het groepje aan bij het verblijf, uitgegraven tussen de rotsen. Een klein keukentje en een woon-slaapkamer van vier bij vier. Daglicht komt er niet binnen. De eerste nacht was slapen moeilijk, zegt Erkel. „Ik zat opgesloten, maar toen we naar bed gingen werd ook nog eens het kaarsje dat ik had, afgepakt. Het was pikkedonker en ik kreeg een aanval van claustrofobie. Het was zó beklemmend.” De gijzelnemers geven hem het kaarsje uiteindelijk terug, als Erkel belooft de schuilplaats niet in de fik te steken.
De gijzeling duurt uiteindelijk een jaar en acht maanden. Terwijl anderen zich inzetten om Erkel vrij te krijgen, probeert hij moed te houden. „Het was een achtbaan van emoties. Van wanhoop tot angst, van verdriet tot onzekerheid.”
„Natuurlijk kom je vrij, zei ik dan tegen mezelf” - Arjan Erkel, werd als hulpverlener ontvoerd in Dagestan
Verveling was zijn grootste vijand, zegt Erkel. In zijn kamertje, „zo groot als ongeveer twee, drie keer een picknicktafel”, probeert hij zich bezig te houden. Met opdrukken of heen en weer lopen. Met het lezen over wapens, uit tijdschriften die hij van de gijzelnemers krijgt. Hij probeert te focussen op het positieve. „Natuurlijk kom je vrij, zei ik dan tegen mezelf. En dan ga je je ouders weer zien en trouwen.”
En Erkel wordt vrijgelaten, op eerste paasdag 2004, na betaling van een miljoen euro. „De bewakers zeiden dat ze me naar een andere plek zouden brengen. Mijn spullen zou ik niet nodig hebben. Ik was bang dat dit het einde van mijn leven zou zijn, maar ik mocht echt naar huis.” Maandag 12 april zet hij voet op Nederlandse bodem.
De eerste nachten slaapt hij bij zijn vader en moeder, daarna verkast hij al snel naar zijn eigen appartement. Zijn ouders hielden dat aan en bleven de huur betalen tijdens Erkels ontvoering. In 2006 trouwt hij met zijn Dagestaanse verloofde.
Alle aandacht die hij die eerste maanden krijgt voelt „als een warme deken” voor de hulpverlener. Hij wordt overladen met kaarten en bloemen uit heel Nederland en ontvangt uitnodigingen voor allerlei evenementen. Hij geeft interviews aan „alles en iedereen, van de grootste kranten tot bij wijze van spreken de schoolkrant”. Vervelend vindt hij het niet. „De media zijn over mij blijven berichten, dus ik vond dat ik best iets terug mocht doen. En ergens was het ook een mooie tijdsbesteding.”
Hij is ondernemender geworden door zijn tijd in gevangenschap, zegt Erkel. En dat blijkt ook wel uit zijn latere leven. In loondienst gaat hij niet meer. Hij schrijft twee boeken, richt met onder meer Yolanthe Cabau Free a Girl op, een hulporganisatie die meisjes uit de seksindustrie bevrijdt, opent een bed and breakfast en geeft lezingen door het hele land. En nu is hij mede-eigenaar van club Maaskracht. „Sinds ik werd vrijgelaten kies ik er bewuster voor om dingen te doen die ik leuk en nuttig vind. Dat is ook vrijheid.”