Politiekstikstof

PBL: Halen stikstofdoel 2030 op dit moment „nog ver weg”

De stikstofdruk op de natuur daalt, maar de wettelijke stikstofdoelen liggen buiten bereik.

28 February 2024 17:33Gewijzigd op 29 February 2024 10:51
De toegevoegde waarde van de veehouderij daalt door de stoppersregelingen uit 2023 en 2024 naar verwachting met 7 tot 8 procent, stellen de instituten. beeld ANP, Sem van der Wal
De toegevoegde waarde van de veehouderij daalt door de stoppersregelingen uit 2023 en 2024 naar verwachting met 7 tot 8 procent, stellen de instituten. beeld ANP, Sem van der Wal

Dat stellen het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL), Wageningen University & Research (WUR) en het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) in een woensdag verschenen rapport. De instanties onderzochten de voortgang en de effecten van de concrete stikstofmaatregelen die voortkwamen uit de stikstofwet die in 2021 van kracht werd. Daarnaast keken ze ook naar de uitkoopregeling voor zogeheten piekbelasters, waarvoor boeren zich sinds afgelopen zomer kunnen inschrijven.

Hoewel de stikstofdruk afneemt, blijven de wettelijke doelen nog ver weg. Een belangrijke term daarbij is de kdw, de grens waarboven de hoeveelheid stikstofneerslag een risico op natuurverslechtering oplevert. In de wet staat dat in 2025 op minstens 40 procent van de stikstofgevoelige Natura 2000-natuur de kdw niet mag worden overschreden. Daarnaast gaat het om minimaal 50 procent in 2030 en ten minste 74 procent in 2035. Volgens de doorrekening neemt het daadwerkelijk gehaalde percentage toe van 28 procent naar zo’n 31 procent in 2030; fors minder dan de 50 procent dus.

Aanscherping

Dat de stikstofdoelen op dit moment „nog buiten bereik” liggen, komt volgens de instituten deels doordat nog maar een deel van de mogelijke maatregelen voor stikstofreductie is uitgewerkt. Daarnaast komt het ook deels door het feit dat vorig jaar de kdw’s zijn bijgesteld; gemiddeld gaat het om een aanscherping. Zonder die herziening zou niet 31, maar 41 procent in 2030 onder de kdw liggen.

Een groot deel van het stikstofgevoelige Natura 2000-oppervlak blijft dus overbelast, maar de stikstofdruk vermindert wel. Naar verwachting daalt de gemiddelde overschrijding van de kdw in stikstofgevoelige Natura 2000-gebieden met een derde tussen 2021 en 2030. Zolang de kdw in een bepaald gebied wordt overschreden –of dat nu veel is, of weinig– telt dat echter niet mee voor het halen van het wettelijke doel.

De kennisinstituten vinden dat de formulering van de stikstofdoelen „beperkingen” kent. Er zit „weinig beweging in de trend richting het doel, terwijl de stikstofdruk wel degelijk afneemt”, schrijven ze. Over verkrijgen van vergunningen stellen ze dat dit lastig blijft zolang er een sterke focus is op de overschrijding van de kdw’s en er te weinig gegevens over de natuurkwaliteit zijn.

Buitenland

De daling van de overschrijding van de kdw met een derde is overigens maar voor een beperkt deel het resultaat van de stikstofmaatregelen in Nederland. Stikstofreducerende maatregelen in het buitenland en ander beleid in Nederland, zoals het aflopen van de mestderogatie, zorgen voor het leeuwendeel van de daling.

Het PBL, de WUR en het RIVM stellen dat onderbenutte maatregelen voor extra verlaging van de stikstofuitstoot kunnen zorgen. Het gaat dan bijvoorbeeld om het verlagen van het ruweiwitgehalte in koeienvoer. Maar ook als die maatregelen worden ingezet, is het volgens de instituten onwaarschijnlijk dat Nederland de wettelijke doelen gaat halen. Om dit wel te bereiken, „zal de komende jaren nog veel van bedrijven gevraagd moeten worden”, stellen ze.

Kostbaar en vergaand

Het PBL en andere kennisinstituten kwamen maandag met een rapport over het Nationaal Programma Landelijk Gebied (NPLG), waarmee de overheid doelen voor natuur, stikstof, klimaat en water wil halen. Dit maatregelen hiervoor, waarbij provincies een belangrijke rol spelen, moeten nog verder worden uitgewerkt. Het Planbureau stelde dat het niet te verwachten is dat de doelen voor de landbouw worden gehaald met de provinciale plannen en de maatregelen die het Rijk neemt, zoals de nieuwe mestregels en het uitkopen van zogeheten piekbelasters. Om de doelen voor de landbouw in 2030 of 2035 te halen, zullen boeren „veel meer kostbare én vergaande maatregelen” op hun bedrijf moeten doorvoeren, zo viel te lezen. Daarnaast is volgens het PBL meer krimp van de veestapel nodig.

Natuurherstel

In het rapport van deze woensdag is niet alleen gekeken naar maatregelen om stikstof te reduceren, maar ook naar ingrepen om de natuur te herstellen. De vastgestelde en voorgenomen maatregelen leiden tot betere condities voor de aanwezigheid van kwetsbare plant- en diersoorten, stellen de instituten. De voortgang van uitgevoerde maatregelen voor natuurherstel kan volgens hen door een gebrek aan beschikbare en bruikbare gegevens echter niet goed in beeld worden gebracht.

Economische effecten

Verder keken de onderzoekers naar de economische effecten van de stikstofmaatregelen. Door de stoppersregelingen uit 2023 en 2024 zal de veehouderij krimpen en daalt de toegevoegde waarde van de sector naar verwachting met 7 tot 8 procent. De economische effecten concentreren zich met name in Gelderland, Overijssel en Zuidoost-Nederland.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl
Meer over
Stikstof

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer