Republikeinse kiezer gelooft nog steeds dat verkiezingen zijn gestolen
Voor veel buitenlanders blijft het onbegrijpelijk, maar in Amerika zijn er nog steeds grote groepen kiezers die oprecht geloven dat Trump gelijk heeft met zijn bewering dat de presidentsverkiezingen van 2020 zijn gestolen.
Voor twee derde van de Republikeinen in de staat Iowa staat vast dat er in 2020 op aanzienlijke schaal is gerommeld met de verkiezingsuitslagen, waardoor Donald Trump het moest afleggen van zijn rivaal Biden. Een peiling, vorige maand, wees dat uit.
„Ik ben een van de mensen die dat denken”, zegt Jeff Taylor, hoogleraar politieke wetenschappen aan Dordt College in Sioux Center en Republikeins lid van de Senaat van Iowa. „De verkiezingen van 2020 zijn niet eerlijk verlopen.”
Taylor wil echter niet meegaan in allerlei samenzweringsverhalen, zoals de bewering van advocaat Sydney Powell dat stemmachines automatisch een stem op Trump aan Biden toedeelde. „Dat is gewoon onzin.”
Gerommeld
De politicoloog, die de verkiezingen al sinds 1976 nauwkeurig volgt, kreeg al direct op de avond van de verkiezingsdag in november 2020 argwaan toen rond middernacht op hetzelfde moment het tellen in zeven staten stopte. „Dat was nog nooit gebeurd. In vijf van die staten had Trump een duidelijk voorsprong.” Voordat hij die nacht ging slapen, schreef hij in zijn dagboek: „Zo zaai je het zaad voor de verdenking dat er is gefraudeerd.”
De volgende dagen werd Taylor bevestigd in zijn wantrouwen. „Om een voorbeeld te noemen: op de avond van de verkiezingsdag stond Trump in de staat Pennsylvania met 15 procent voor op Biden. Hij had 680.000 stemmen meer. Na afloop van de telling, twee dagen later, kwam hij er 80.000 tekort. Ik kan me niet aan de indruk onttrekken dat er is gerommeld.”
Taylor wijst erop dat juist in de staten waar het erom spande Democraten en anti-Trump gezinde Republikeinen de kiesorganen domineerden. „En vergeet ook niet dat in Amerika malversaties bij verkiezingen vaker voorkomen. Dat gebeurde bij de presidentsverkiezingen van 1876 en 1960. Dat is bewezen. Daarvan is ook geregeld sprake bij lokale verkiezingen.”
Onzin
Het probleem is volgens Taylor dat het meestal erg moeilijk is om achteraf te bewijzen dat er inderdaad is gerommeld. „De bestuurlijke elite haast zich vaak om bewijsmateriaal te verdonkeremanen. En de media cultiveren de grote leugen. Ze zijn anti-Trump en herhalen keer op keer dat hij met zijn bewering van gestolen verkiezingen onzin verkondigt. Dat hij venijnig wordt, valt daarom te begrijpen.”
De politicoloog vindt het zorgelijk dat Amerika „zich bijna verslikt in leugens.” Hij wijst op de desinformatie over de Russische inmenging bij de verkiezingen („geen spoor van bewijs”), rond de laptop van Hunter Biden, en de noodzaak van een lockdown tijdens de coronapandemie. Taylor: „Als een land zijn politici en zijn verkiezingsuitslagen niet meer kan vertrouwen, is de democratie stervende.”