Wat nodig is om geweld tegen hulpverleners te stoppen
Schoppen, seksistische opmerkingen en pogingen tot moord. Afgelopen jaar werden 13.000 gevallen gemeld van geweld en agressie tegen politieagenten. „Er is sprake van een trend.”
„Helaas is het aantal meldingen het spreekwoordelijke topje van de ijsberg”, legt de burgemeester van Gouda, Pieter Verhoeve, tevens voorzitter van de Taskforce ”Onze hulpverleners veilig” uit in de podcast Sprekend RD. „Ik zie graag een verhoging van het aantal aangiftes. Oud- en Nieuwjaarsdag zijn geen feestdagen meer voor hulpverleners. Ik vind het een krankzinnige Nederlandse traditie. Het is een nacht waarin een jungle van wetteloosheid en anarchie ontstaat.”
Eric Linthuis, plaatsvervangend wachtcommandant bij de brandweer in Rotterdam, kreeg tijdens de jaarwisseling stoeptegels en zwaar vuurwerk naar zijn hoofd gegooid. „Mijn collega’s en ik waren net bezig de slangen uit de wagen te halen om een brand te gaan blussen. De ME stond naast me met getrokken pistolen. Er werd geschoten. Mijn teamgenoten en ik moesten rennen voor ons leven. Het was een bizarre avond.”
Ook politieman Ronald Jaspers Focks vertelt over agressie die hij meemaakte. Op een oudjaarsdag ondersteunen hij en een collega enkele ambulancebroeders. „Toen we arriveerden, kwam er vanuit een andere woning een groep mensen op ons af. Met twee agenten stonden we tegenover zo’n vijftig man. Het kwam tot een handgemeen en er werd vuurwerk gegooid.”
De Taskforce ”Onze hulpverleners veilig” is opgericht nadat er in 2019 in Rotterdam een agent werd neergeslagen, toen hij een zogeheten trouwtoeterstoet had gewezen op geluidsoverlast. Toenmalig minister van Justitie en Veiligheid, Ferd Grapperhaus, wilde een halvering van het aantal incidenten. Verhoeve geeft aan dat politieagenten momenteel jaarlijks 13.000 aangiftes doen. „Vaak doen hulpverleners aangifte als privépersoon. In dat geval kan het een jaar duren voordat de zaak voorkomt bij de rechter. Ook komt het voor dat de dader minder straf krijgt dan gehoopt. Dat geeft stress.”
Daarom is het belangrijk dat hulpverleners bij een aangifte melden dat ze bij de uitvoering van hun werk zijn gehinderd, laat het ministerie van Justitie en Veiligheid weten. De politie kan dan het vinkje ”veilige publieke taak” aanklikken. „Dan wordt prioriteit gegeven aan het onderzoek en kan een zwaardere straf worden opgelegd. Daar gaat het nu nog vaak mis, waardoor het langer duurt voordat rechtszaken worden opgepakt.” Doordat hulpverleners nu vaak nog verzwijgen dat een incident werkgelateerd is, is er geen zicht op het daadwerkelijke aantal gevallen van geweld richting hulpverleners.
Verhoeve heeft zelf ook weleens aangifte gedaan. „Aan de balie was iemand zo boos geworden dat hij dreigde naar mijn huis te gaan en iedereen daar eruit te gooien. De betrokkene is vrijgesproken. Gelukkig is er niets gebeurd, maar het had anders kunnen aflopen.”
Doxing
Of zwaardere straffen daders afschrikken, weet Verhoeve niet. „Alleen de roep om te straffen vind ik kaal. Je moet het combineren met het voorkomen van geweld.” Verhoeve noemt het positief dat doxing begin dit jaar strafbaar is gesteld. Doxing is het online zetten van persoonsgegevens.
Volgens Verhoeve komt de toename van geweld deels door onvrede in de samenleving. „Als je het mij persoonlijk vraagt, is het ieder voor zich. Het dikke ik. Of, om het met een klassiek Bijbelwoord te zeggen: ieder doet dat goed is in zijn eigen ogen.”
Ook de houding van de ouders en hoe die praten over de overheid speelt een rol, meent Verhoeve. „Ouders staan erbij als hun kinderen vuurwerk gooien naar hulpverleners. Ik vind het absurd, maar het gebeurt. In Gouda wil de gemeenteraad vuurwerk uitfaseren. Volgende week vergaderen we erover. Ik ben benieuwd wat de raad besluit.”
De boodschap van de taskforce is dat achter elk uniform een mens zit. Verhoeve meent dat dat besef meer indaalt als mensen ouder worden. „De kans dat je leegloopt tegen een agent wordt in de loop der jaren wel minder.”