Terwijl in Nederland het kerkbezoek afneemt, groeien veel Oekraïense kerken sinds de oorlog met Rusland. Dat is ook het geval met de Assembly of God in Lutsk, in het noordwesten van het land. Tegelijk heeft de kerk het moeilijk.
Voorganger Sergey Semenyuk is een paar dagen in Hoogeveen. Hij is er te gast bij de baptistengemeente Beth-El, die de kerk in Lutsk steunt. Oudste Arjan Kats: „Onze gemeente biedt noodhulp voor de Assembly of God, waarmee we al sinds 2011 contact hebben. We willen betrokken blijven bij de gemeente, ook nu de aandacht verschuift. Zo mogelijk houden we daar volgend jaar een kinderkamp.”
Wees
Ds. Semenyuk is betrokken op kinderen, in het bijzonder weeskinderen. Hij groeide zelf als wees op. Zijn gemeente organiseert al jarenlang kinderkampen en is daarmee doorgegaan toen vorig jaar de oorlog met Rusland begon. „Door de oorlog komen we nu ook in contact met kinderen uit het oorlogsgebied”, zegt de predikant. „We merken dat velen van hen gestrest zijn en over de oorlog praten. De kampen zijn een hoogtepunt voor hen.”
De gemeente begeleidt niet alleen kinderen, maar ook anderen, zoals drugsverslaafden, vluchtelingen en soldaten die gewond terugkeren van het front. In totaal zijn er naar schatting van de voorganger 250 vrijwilligers actief in de gemeente, vooral gemeenteleden, maar ook mensen die niet naar de kerk gaan.
Voor het begeleiden van soldaten die van het front zijn teruggekeerd, bijvoorbeeld door een verwonding, is een speciale aanpak nodig. Ds. Semenyuk: „Oekraïners zijn rechttoe rechtaan. Ze vragen direct: „Wat is er gebeurd? Wat heb je gedaan? Heb je Russen gedood?” Het is belangrijk om de ander eerst op zijn gemak te stellen en vertrouwen te winnen. Gelukkig hebben we hulp gekregen van Philip, een Amerikaan die in Afghanistan heeft gewerkt, en daar te maken kreeg met oorlogstrauma’s.”
De gemeente groeit, mede door hulp aan anderen, aldus de predikant. „In juli zijn zestien mensen gedoopt. Onder hen bevonden zich drie jongeren, die drugsverslaafd waren, en hun moeders. Aan het begin van de oorlog telde onze gemeente ongeveer 200 leden. Nu zijn dat er zo’n 250. We komen tot nu toe op zondag samen in een hotel en willen een eigen kerk gaan bouwen.”
Frontlinie
Zijn vrouw Katherine (Katya) werkt als vrijwilliger direct achter de frontlinie. Hij zegt dat ze dat graag wilde om iets te kunnen doen voor haar land. De voorganger laat een filmpje zien van een ontploffing en zegt: „Katya stond bij een aantal Oekraïense soldaten toen er een Russische drone kwam aanvliegen. Ze wisten dat die drone een foto zou nemen en informatie van de plaats zou doorgeven aan een artilleriestelling. Daarom begonnen ze direct heel hard te rennen. Enige ogenblikken later ontplofte een granaat op ongeveer 50 meter bij hen vandaan.”
Aan het front zijn ze blij met de vrijwilligers, zegt ds. Semenyuk. „Dat zie je ook als we voedsel brengen. Vrijwilligers van onze gemeente leverden onlangs 400 voedselpakketten af. „Dankjewel dat jullie gekomen zijn”, was het eerste wat de soldaten zeiden. Pas daarna bedankten ze voor het brood. We willen naast hen staan en ons hart voor hen openen.”
De taak van zijn vrouw is vooral luisteren en hoop geven. Ds. Semenyuk: „Er zijn heel veel trauma’s. Soldaten die hun kameraden hebben zien sneuvelen, hebben vaak een schuldgevoel. Ook bidt ze met mensen voor het gevecht. Een groep waarmee ze gebeden had, verloor geen mensen, terwijl dat bij andere groepen wel gebeurde. Dat kan toch te maken hebben met het gebed?”
Doorbraak
De voorganger vertelt over een man uit Gherson, die in juni vorig jaar zag hoe een dam doorbrak. Paarden, varkens en andere dieren renden voorbij, op zoek naar een schuilplaats. Verderop hoorde hij hulpgeroep. De man dacht dat hij zou sterven, maar hij overleefde de ramp. Met een boot hebben ze hem gered.
„Die man kwam later in contact met mijn vrouw”, aldus ds. Semenyuk. „Midden in de nacht wilde hij met haar praten. Mijn vrouw was moe en gestrest, maar ze vroeg God om kracht en kreeg die. Daardoor kon ze die nacht van een tot vier uur met hem in gesprek gaan. Het moeilijkste voor hem bleek dat hij gescheiden was van zijn vrouw. Dat kon hij zichzelf niet vergeven.”
Katya is vol van de oorlog, zegt ds. Semenyuk. „Als ze thuis komt, zit haar hoofd vol spanning. Ze praat dan met mij, maar ook met Philip. Hij luistert naar haar en geeft haar feedback. Katya houdt er ook van om haar ervaringen aan het front op seminars te delen.”
Ds. Semenyuk is bezorgd dat de hulp voor Oekraïne uit Europa minder wordt. Hij wijst onder meer naar Polen, dat geen wapens meer naar zijn land wil sturen. „Wij zijn niet perfect en er is veel corruptie, maar blijf ons alstublieft helpen. We beschermen Europa tegen het Russische gevaar.”