Dat heeft de raad van bestuur van de kerkendag unaniem besloten, meldde de Duitse nieuwsdienst Idea deze week.

De reden voor dit besluit is dat de tentoonstelling de geschiedenis „op een eenzijdige manier presenteert.”

Tussen Israël en de Palestijnen heerst al decennia een discussie over de interpretatie van de gebeurtenissen in de Israëlische Onafhankelijkheidsoorlog van 1948.

Verschillende Arabische staten hadden in dat jaar de oorlog verklaard aan de jonge Israëlische staat. Nadat de troepen de aanval hadden afgeslagen, ontvluchtten ongeveer 700.000 Arabieren Israël of werden verdreven. Terwijl Israëli’s de gebeurtenissen zien als een heroïsche verdediging van hun staat tegen een overweldigende vijandelijke macht, noemen de Palestijnen ze de ”nakba” (Arabisch: catastrofe).

De op deze gebeurtenissen gebaseerde tentoonstelling van de vereniging “Vluchtelingenkinderen van Libanon” was in het verleden regelmatig te zien op de Duitse kerkendagen. Critici voerden vanaf het begin echter aan dat er te weinig aandacht was voor de rol van de Arabische staten.

De voorzitter van de vereniging, Ingrid Rumpf, herkent zich niet in de kritiek. Een van de veertien borden van de tentoonstelling zou gaan over de aanval door de Arabische legers. „Daar staat dat de Arabische staten de oorlog hebben verklaard. Ook worden de sterktes van de verschillende legers op een rij gezet. Meer kunnen we niet doen.”

De tentoonstelling ”Nakba” wordt gesponsord door de Evangelische Ontwikkelingsdienst en de Stichting voor Ontwikkelingssamenwerking van de deelstaat Baden-Württemberg. Dat zouden ze nooit hebben gedaan als het een vervalsing van de geschiedenis bevatte, aldus Rumpf. „Het gaat er in geen geval om de staat Israël zijn bestaansrecht te ontzeggen.”

De protestantse voorzitter van het eerste oecumenische kerkcongres in 2003, Elisabeth Raiser, bekritiseert het feit dat er in de aanloop naar het kerkcongres al verboden worden uitgesproken. „Als je een tentoonstelling afwijst, moet je dat verantwoorden.”

Ze kan begrijpen dat veel Israëli’s het gevoel hebben dat er op de kerkendagen in het verleden meer aandacht was voor de Palestijnse kant. Dat is volgens haar echter niet het doel van de tentoonstelling ”Nakba”.

De secretaris-generaal van de Kirchentag, ds. Kristin Jahn, verdedigt de beslissing van het presidium en vindt deze terecht vanwege de „eenzijdigheid” van de tentoonstelling. „Het is al jaren duidelijk dat de expositie aan een opknapbeurt toe is. De vereniging is daarin nog steeds schuldig gebleven.” Daarnaast geldt het verbod alleen voor de tentoonstelling; de vereniging kan blijven rapporteren over haar activiteiten op de kerkendag, aldus Jahn.

Het Christelijk Forum voor Israël is blij met het besluit van de raad van bestuur. Elke oorlog leidt tot een vluchtelingenstroom, zegt bestuurslid Winfried Rudloff. „In dit geval is het echter een historisch feit dat Israël eerst werd aangevallen door buurlanden en moest vechten voor zijn voortbestaan ​​als jonge staat. En dat nadat zes miljoen Joden in Europa op brute wijze zijn vermoord in de holocaust.”

Daarbij komt dat de vluchtelingen van de aanvallende Arabische legers te horen kregen dat ze hun huizen en dorpen enkele dagen moesten verlaten, tot alle Joden in de zee waren gedreven, zegt Rudloff. „Hierdoor krijgt de vlucht een andere lading.”

De tentoonstelling verzwijgt volgens hem dat circa 850.000 Joodse vluchtelingen na de oprichting van de staat Israël in 1948 onder dwang zijn verdreven uit moslimlanden, vooral uit Noord-Afrika. „Joden werden onderworpen aan moord, verkrachting en diefstal. Vaak konden ze alleen hun leven redden.”

Tegenwoordig wonen er meer dan twee miljoen Arabische Israëli’s in de staat Israël.