De beste remedie voor een fietser tegen koude handen en voeten? Binnenblijven.
Maar stel nou even dat deze weg van de minste weerstand geen optie is.
Kantoor of school wachten, de auto is deze week voor je vrouw. Of Poetin heeft je met z’n streken zover gekregen dat er een speedpedelec op de oprit staat.
Wat ook kan: je lichaam is best dol op stofjes die vrijkomen tijdens het sporten. Voor je portie neurotransmitters móét je dus naar buiten.
En daar loert de vrieskou, voor een koukleum binnenshuis in gedachten al voelbaar. Dat het in Siberië pas écht bibberen is, troost geen moment. Het idee van vingers als ijspegels en voeten als bevroren koelelementen, zoiets. Wat voor mij het stadium van een idee allang is gepasseerd.
Oma’s tip: op kou kun je je kleden. Ook op de fiets. Dat is helemaal waar. Het principe van laagjes kleding werkt, een winddichte jas en broek zijn hun geld meer dan waard. Muts en sjaal kunnen voor een wat sportievere look worden vervangen door een cap en buff: minimale stukjes stof met een verbluffend warm resultaat.
Maar dan die handen en voeten. Hoe die warm te houden?
Het is bewezen dat de ene mens gevoeliger is voor kou dan de andere. Dat kan zowel in ervaring (de hersenen zeggen: Het is koud) als in gevoel (het lichaam zegt: Ik ervaar kou) zitten. En verder in nog een hele rits aan andere factoren: gewicht, leeftijd, geslacht. Vrouwen heten grotere kleumers te zijn dan mannen. Wat weer bepaald geen wetmatigheid is: binnen ons huwelijk al helemaal niet waar het handen en voeten betreft.
Maar fietsen dus, en het is koud. Dat leverde in de loop der jaren zoektochten op naar nóg betere handschoenen, nóg wintervastere schoenen, telkens dikkere overschoenen ook. Met klinkende kwalificaties: windproof, waterproof, thermo, extreme cold weather.
Ze doen hun werk. Tot aan –en dat is persoonsgebonden– het punt dat het kwik onder nul zakt, in combinatie met factoren als windkracht en neerslag. Daar begint het afzien, zeker het eerste halfuur van een fietstocht. In een mum van tijd zijn vingers pijnlijk en voelen voeten aan als de betonvloer in een koelcel.
Dit begint op een klaagzang te lijken, wat niet de bedoeling is. Fietsen bij temperaturen onder nul is een uitdaging –het water in de bidon bevriest, om wat te noemen– maar wordt niet zelden beloond met de prachtigste beelden van zonsopkomsten en -ondergangen. Vrieslucht ademt ook lekkerder en aan het heerlijke gevoel van een warm huis, kantoor of schoollokaal ná de fietsrit zijn moeilijk woorden te geven.
Waarmee de handen en voeten onderweg overigens nog geen graad warmer zijn geworden.
Tijdens de speurtocht naar warmte begonnen me advertenties van verwarmde kleding op te vallen. Eerst handschoenen, later ook sokken. Inmiddels bestaan er eveneens shirts en jassen met verwarming. Of zolen.
Het principe staat een beetje gelijk aan de bekende elektrische deken die ouders vroeger –en misschien nog wel– op hun bed hadden liggen. In de stof zijn draden verwerkt die elektrisch worden verwarmd, via het stopcontact of –bij handschoenen en sokken– door middel van batterijen.
De eerste reactie bij het zien van al dit moois: dat is iets voor watjes, of voor ouden van dagen. De tweede reactie: idem. Tot weer een fietstocht waarbij de pracht van de rode gloed van de zon aan de einder volledig werd verdrongen door pijnlijke vingers en tenen. Zou het tóch wat zijn, zo’n verwarmde handschoen?
De proef op de som met handschoenen en sokken van HeatPerformance. Tal van andere aanbieders hebben ze overigens ook: AGU, Sealskinz, EKOI, gemakkelijk vindbaar via Google.
De handschoenen (type Allround) ogen als echte winterhandschoenen en voelen ook zo aan: dik, robuust. Aan de onderkant van de pols in een afsluitbaar vakje is ruimte voor de oplaadbare batterij. Op de pols zijn door middel van een drukknop drie warmtestanden in te stellen.
De sokken (type Thin) komen minder winterhard over: het lijken gewone sportsokken, maar dan met een batterijzakje. Bij het aantrekken van de sok zijn de verwarmingsdraden (niet hinderlijk) voelbaar. De batterijen gaan gemakkelijk een paar uur mee.
De grote test is een dag in december, waarbij de thermometer min 7 aangeeft, de weervorsers opgewonden reppen over een gevoelstemperatuur van min 9 en het verstand waarschuwt: doe het niet!
De kortste conclusie is dat de voeten warm worden –echt warm, en dat blijven ze– en dat de handen niet koud raken. Dat is in beide gevallen een openbaring: het kan dus, ‘onbevroren’ fietsen in de vrieskou!
Ik testte beide producten verschillende keren, onder verschillende weersomstandigheden. In alle gevallen was de hoogste verwarmingsstand voor de sokken te hoog: de voeten werden bijna heet.
Die ervaring was er voor de handen niet. Niet het gevoel van warmte overheerste, maar van het uitblijven van koude en dus van pijnlijke vingers. Ook heerlijk. Bij natte weersomstandigheden krijgen de verwarmingselementen in de handschoenen het lastig. Dat geldt ook voor momenten waarop de handen bezweet raken en de handschoenen even uit gaan en daarna weer aan. Dan is er van warmte weinig meer te bespeuren en slaat de kou onbarmhartig toe. Ook al zijn de batterijen nog lang niet leeg.
Verwarmde handschoenen (testmodel 149,95 euro) en sokken (129,95 euro) zijn prijzig waar het de aanschaf betreft, maar kunnen lang mee. Voor de wasmachine zijn ze niet bang. Geen ongemak meer door koude handen en voeten kan snel ruimschoots opwegen tegen de –eenmalige– hap uit het huishoudbudget.