Plony Herweijer leest over verbijsterend leed en over een rijk Evangelie
Ze vindt het een moeilijke opdracht. „Zeven boeken? Dan moeten 700 andere titels blijven liggen...” Plony Herweijer kiest toch, ook met een doel. „Je wilt zo graag dat mensen de rijkdom van het Evangelie gaan ervaren.”
In haar woning in Waddinxveen heeft Plony Herweijer (62) naast de stapel gekozen titels een oud schriftje liggen. „Sinds 1993 heb ik genoteerd welke boeken ik gelezen heb. Het zijn er zo’n 700. Heel leuk om er weer eens doorheen te bladeren. En handig nu ik een keuze moest maken.”
Na 42 jaar met hart en ziel in het basisonderwijs te hebben gewerkt, geniet juf Herweijer sinds augustus van haar pensioen. „Het moeten is eraf. Hobby’s die stillagen, zoals naaien en handwerken, kan ik weer oppakken. En ik heb weer tijd om te lezen.” Of ze altijd al graag heeft gelezen? „Zeker! Als kind, ’s avonds in bed op m’n zolderkamertje. Dan vergat ik alles. Als m’n vader nog even naar de schuur moest, moest ik oppassen dat hij het licht bij mij niet zag branden. Maar gelukkig liep hij op klompen...”
1.
Anne de Vries: Dagoe de kleine bosneger
„De boeken van Anne de Vries ademen liefde en vertrouwen. Als juf heb ik lang met veel plezier uit ”Jaap en Gerdientje” gelezen. Prachtig! Ook ”Dagoe de kleine bosneger” las ik meermalen in de klas. De laatste jaren niet meer, het staat te ver van de kinderen af. En zo’n titel: dat kan natuurlijk niet meer. Toch noem ik het boekje, dat ik als kind al las. Een spannend verhaal over een bruin jongetje dat van zijn bruine meester het verhaal over de barmhartige Samaritaan hoort. Even later wordt hij zelf een barmhartige Samaritaan als hij een baby van de indianen redt die in een lege kano op de rivier drijft en in het water terechtkomt. Dagoe komt in grote problemen met zijn eigen stam: zal de wraak van de watergeest hen niet treffen? Maar het gebed tot ”Masra Jezus” helpt. De Vries schrijft heel spannend, levensecht. En zo’n boekje heeft tegelijk een mooie boodschap. Het heeft bij mij ook de liefde voor Suriname versterkt. Later kwam ik bijvoorbeeld uit bij ”Hoe duur was de suiker?” van de Surinaamse schrijfster Cynthia McLeod. Van haar heb ik vervolgens alles gelezen. Zo gaat dat bij mij als een schrijver mij aanspreekt.”
2.
Floris B. Bakels: Nacht und Nebel
„Als kind las ik graag boeken over de oorlog: ”Reis door de nacht”, ”Snuf”, ”Engelandvaarders”. Die periode boeide me ontzettend. Maar in zulke boeken is de oorlog vooral spannend. De wreedheid en zinloosheid komen eigenlijk niet aan de orde. Daar gingen m’n ogen voor open tijdens geschiedenis, toen ik in havo 4 zat. Later las ik ”Nacht und Nebel” van Bakels. Verbijsterend: wat is er allemaal gebeurd! Verschrikkelijk! Maar ik wilde het lezen. Ik moest het weten. En de vraag kwam op me af: Hoe kan het, Heere? Uw goede schepping... Het bijzondere met ”Nacht und Nebel” is dat Bakels God juist ín de verschrikkingen vindt. Hij had daarvóór niets met het geloof. Dat heeft mij erg geholpen: God is zo waar, Hij houdt mensen midden in de ellende vast. Ook al begrijp ik er niks van, Hij is er toch. Later ontdekte ik ook wat er in de Eerste Wereldoorlog allemaal gebeurd is. Ga maar naar Ieper, naar de Menenpoort. Duizenden namen die de verschrikkingen vertellen. Ik voel me op zo’n plek heel klein. Het maakt me heel verlangend: Wanneer komt U terug, Heere Jezus?”
3.
D. Martyn Lloyd-Jones: De Bergrede
„Het werk van Lloyd-Jones is voor mij gaan leven door een Studium Generale van ds. A. Beens aan de Driestar. Het moet rond 1993 geweest zijn, zie ik mijn schriftje. Ik heb toen een mooi citaat genoteerd. Wat me in Lloyd-Jones aanspreekt? Hij preekte met gezag en spiegelt alles aan de Heere Jezus. Daarbij maakt hij heel concreet wat bijvoorbeeld zonde is. In de klas keek ik aan het eind van de dag weleens naar de kinderen. Sommigen hadden bij wijze van spreken de hele dag niets verkeerd gedaan. En toch gingen we weer vragen: „Wilt U onze zonden vergeven?” Maar wat waren die zonden dan? Lloyd-Jones gaf het antwoord. Is God vandaag de belangrijkste voor me geweest? Hoe heb ik geleefd voor Zijn aangezicht? Dan wordt het heel concreet. En diep. Want waar wordt de zonde bitter? Waar je ziet dat de Heere Jezus ervoor moest lijden. Dan ga je verlangen: Heere, neem die zonde weg. Lloyd-Jones leert me dat altijd Christus centraal moet staan. In preken, maar ook als ik bijvoorbeeld voor het jeugdwerk van de JBGG een Kompas-schets maak.”
4.
Charles H. Spurgeon: Zielen winnen voor het Evangelie
„Dit boek moet ieder lezen die het Evangelie mag doorgeven, als predikant, maar ook bijvoorbeeld als leerkracht. Spurgeon is zo rechttoe rechtaan in zijn verkondiging, op het scherp van de snede. Hij benadrukt dat je als prediker met gezag komt, als ambassadeur van de Koning. En dat er geen verontschuldiging is als je als hoorder het Evangelie afwijst. Het gaat erom dat je kinderlijk leert geloven. Leert aannemen wat de Heere je in Zijn goedheid aanbiedt. Dat je leert zien dat God alles kan, behalve liegen. Vroeger zei mijn vader al: „Kind, leg je vinger maar bij het Woord. De Heere is aan óns niets verplicht, maar wel aan Zijn eigen Woord.” Dat vind ik ook bij Spurgeon. Het is voor mij een levensmissie dat door te geven. Je wilt zo graag dat anderen die rijkdom van het Evangelie gaan ervaren.”
5.
Jacqueline van der Waals: Gebroken kleuren
„Ik houd van taal. Als puber schreef ik zelf gedichten, als uitlaatklep. Als kind genoot ik al van ”De spin Sebastiaan” van Annie M.G. Schmidt: prachtig! En de combinatie van taal en muziek in bijvoorbeeld de ”Matthäus Passion” van Bach: zo’n stuk kan mij raken tot diep in mijn ziel. Het werk van Jacqueline van der Waals spreekt me aan. Neem haar gedicht ”Sinds ik het weet”, met die laatste regel: „Gevoel ik plots Gods glimlach over mij.” Ik herken daar iets in: dat de Heere, midden in de moeilijkheden, er toch bij is. Haar bundeltje ”Gebroken Kleuren” gaat al lang met me mee; ik kreeg het van mijn vriendje voor m’n 17e verjaardag. Ik kan eruit blijven citeren. Neem het gedicht ”Annunciatie”, over het geurende dennenbosje. Met die slotzin: „En ’k had het leven nooit zo liefgehad.” Ik kon weleens moedeloos zijn. Wat wil God met mijn leven? Zulke gedichten helpen mij om de juiste vragen te stellen. Mijn leven heeft een doel, omdat God het heeft gewild.”
6.
Chaim Potok: Uitverkoren
„”Uitverkoren” was het eerste dat ik van de Joodse schrijver Chaim Potok las. Daarna heb ik al zijn boeken gelezen. ”Mijn naam is Asjer Lev” vind ik misschien nog wel mooier. Potok schetst de spanning die ontstaat als het orthodoxe chassidische milieu wordt opengebroken. Het lijkt wel wat op de zuil van ons refowereldje. In die zin zijn die boeken een spiegel voor me. Wij hebben ook te maken met een zuil die afbrokkelt. Maar daar moeten we niet te benauwd voor zijn, Gods Koninkrijk reikt zoveel verder. Niet alleen boeit de thematiek mij, Potok schrijft ook prachtig. Hij vertelt door dingen juist weg te laten. Geweldig! Wat ik ook boeiend vind in deze boeken, is dat je het jodendom leert kennen. Het verbaast me altijd: we hebben het christendom te danken aan het jodendom, maar we weten daar eigenlijk niets van.”
7.
Janke Reitsma: Niets ontgaat ons
„Vroeger las ik veel Amerikaanse romans, tegenwoordig zoek ik bewust naar Nederlandse schrijvers: Guurtje Leguijt, Janne IJmker, Vonne van der Meer, Els Florijn. Het recente debuut van Janke Reitsma heeft me verrast: ik werd er helemaal ingezogen. Het jongetje Koen dat met zijn zwaar gehandicapte zusje naar het wad wil. Zo gruwelijk alleen is hij: verbijsterend. Ik denk dan: hoeveel leed gaat er achter al die voordeuren schuil? We hebben er met elkaar zo’n rommeltje van gemaakt. Wat moet de Heere daarvan vinden? Hoewel ik ”Niets ontgaat ons” niet als christelijk boek heb gelezen, leert het me dat je op heel veel vragen in dit leven geen antwoord krijgt. Je moet niet alles willen oplossen. Maar we mogen dan ook leren dat kruisdragen betekent dat God erbij is en eronder schuift. Hij draagt ons met kruis en al. Dan is het toch goed.”
Plony Herweijer
Plony Herweijer (1960) uit Waddinxveen groeide op in Zevenhuizen (Z-H), ging naar de Driestar en deed in Gouda de pabo. Ze werkte vanaf 1980 in het basisonderwijs op scholen in H.-I.-Ambacht en Ridderkerk en (de laatste jaren) op de Eben-Haëzerschool in Boskoop. Ze is ruim veertig jaar betrokken bij de Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten en leidt reizen voor Goed Idee Reizen. Kerkelijk behoort Herweijer tot de gereformeerde gemeente van Moerkapelle.
www.rd.nl/uitdeboekenkast